Plan: | N207 |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0394.BPGnwv00000000N207-E001 |
Nota Ruimte
De Nota Ruimte geeft het beleidskader voor de duurzame ontwikkeling en een verantwoord toekomstig grondgebruik in de vorm van onder andere de Ecologische Hoofdstructuur (EHS). De EHS is een samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuurgebieden. Het netwerk wordt gevormd door kerngebieden, natuurontwikkelingsgebieden en ecologische verbindingszones. De EHS is op provinciaal niveau uitgewerkt, de PEHS. Het gemeentelijk beleid is opgenomen in de visie 'Natuur ontsnippert'. De rijbaanverbreding die met onderhavig bestemmingsplan mogelijk wordt gemaakt, blijft buiten de EHS. Wel grenst het gebied van de EHS aan de weg. De provincie heeft dan ook het voornemen bij het beheer van de bermen en bermsloten in de grens met de EHS bijzondere aandacht te besteden aan ecologische aspecten.
Flora- en faunawet
Voor de soortenbescherming is de Flora- en faunawet (hierna Ffw) van toepassing. Deze wet is gericht op de bescherming van dier- en plantensoorten in hun natuurlijke leefgebied. De Ffw bevat onder meer verbodsbepalingen met betrekking tot het aantasten, verontrusten of verstoren van beschermde dier- en plantensoorten, hun nesten, holen en andere voortplantings- of vaste rust- en verblijfsplaatsen. De wet maakt hierbij een onderscheid tussen 'licht' en 'zwaar' beschermde soorten. Indien sprake is van bestendig beheer, onderhoud of gebruik, gelden voor sommige, met name genoemde soorten, de verbodsbepalingen van de Ffw níet. Er is dan sprake van vrijstelling op grond van de wet. Voor zover deze vrijstelling niet van toepassing is, bestaat de mogelijkheid om van de verbodsbepalingen ontheffing te verkrijgen van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I). Voor de zwaar beschermde soorten wordt deze ontheffing slechts verleend, indien:
Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient in het geval van zwaar beschermde soorten of broedende vogels overtreding van de Ffw voorkomen te worden door het treffen van maatregelen, aangezien voor dergelijke situaties geen ontheffing kan worden verleend.
Met betrekking tot vogels hanteert EL&I de volgende interpretatie van artikel 11:
De verbodsbepalingen van artikel 11 beperken zich bij vogels tot alleen de plaatsen waar gebroed wordt, inclusief de functionele omgeving om het broeden succesvol te doen zijn, én slechts gedurende de periode dat er gebroed wordt. Er zijn hierop echter verschillende uitzonderingen:
Nesten die het hele jaar door zijn beschermd
Op de volgende categorieën gelden de verbodsbepalingen van artikel 11 van de Ffw het gehele seizoen:
Nesten die niet het hele jaar door zijn beschermd
In de 'aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten' worden de volgende soorten aangegeven als categorie 5. Deze zijn buiten het broedseizoen niet beschermd:
De Ffw is voor dit bestemmingsplan van belang, omdat bij de voorbereiding van het plan moet worden onderzocht of deze wet de uitvoering van het plan niet in de weg staat.
De bestaande provinciale weg N207 wordt verbreed op het traject in de Haarlemmermeer, van Ringvaart tot Ringvaart. Vanuit oostelijke richting wordt het tracé tot aan het viaduct van de Schiphollijn aan de noordkant verbreed. Vanaf de Schiphollijn wordt de verbreding aan de zuidkant gerealiseerd tot de Hoofdweg. Hiertoe wordt het bestaande betonpad en de watergang aan deze zuidkant verlegd. De voorgenomen ontwikkelingen kunnen als volgt worden omschreven:
Op basis van de analyse, zoals opgenomen in de mer-beoordelingsnotitie, wordt geconcludeerd dat de Natuurbeschermingswet geen beletsel vormt voor de uitvoering van het bestemmingsplan.
Er is ontheffing van de Ffw nodig voor de kleine modderkruiper en de bittervoorn. Waar nodig dient overtreding van de Ffw voorkomen te worden door het treffen van mitigerende en compenserende maatregelen. Indien de vereiste maatregelen worden genomen zal de Ffw de uitvoering van het bestemmingsplan niet in de weg staan.