Plan: | Partiële herziening bestemmingsplan Buitengebied Castricum, 3e herziening gedeelte perceel Heereweg |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0383.BPB13Heereweg893-VS02 |
Met dit bestemmingsplan wordt het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" gedeeltelijk herzien. Het betreft een herziening van de regels, de toelichting en de verbeelding ter plaatse van een gedeelte van het perceel aan de Heereweg 89 in Castricum. De aanleiding voor de herziening is de uitspraak van de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State (LJN: BW7617, Raad van State, 201106567/1/R1) met betrekking tot het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89". In de uitspraak zijn een tweetal artikelen van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" vernietigd. Het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" is in juni 2013 vastgesteld, met daarin het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" opgenomen. Daarom wordt in onderhavig bestemmingsplan het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" herzien en niet "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89". Naar aanleiding van de zienswijzen die zijn ingediend tegen het ontwerp bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 3e herziening gedeelte perceel Heereweg 89, Castricum", dat is op gesteld na de uitspraak van de Raad van State, heeft er een koerswijziging plaatsgevonden. De koerswijziging en daarmee de onderhavige herziening betreft het niet meer mogelijk maken van evenementen en het toestaan van een feestzaal in de zin van ceremonies, feesten en partijen in de stoeterij.
De uitspraak van de Raad van State wordt in onderhavige toelichting nader toegelicht.
De regels behorende bij deze herziening betreffen uitsluitend de aangepaste bepalingen uit het moederplan (bestemmingsplan "Buitengebied Castricum"), die met onderhavige herziening worden gewijzigd. Voor het overige blijven de regels van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" integraal van toepassing.
Voorliggend bestemmingsplan "Partiële herziening Buitengebied Castricum, 3e herziening gedeelte perceel Heereweg 89' betreft een herziening van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum", zoals vastgesteld door de raad van de gemeente Castricum op 20 juni 2013.
Het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" dat was opgesteld ten behoeve van de ontwikkeling en waar de Raad van State zich over heeft uitgesproken, was vastgesteld door de raad van de gemeente Castricum op 21 april 2011.
Op basis van de uitspraak van de Raad van State is er een reparatieplan opgesteld (bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 3e herziening gedeelte perceel Heereweg 89, Castricum") welke in mei 2013 als ontwerp ter inzage heeft gelegen. Op dit reparatieplan zijn zienswijzen binnen gekomen. Naar aanleiding daarvan heeft er overleg plaats gevonden met initiatiefnemer en de indieners van de zienswijzen en is besloten om geen grootschalige evenementen meer mogelijk te maken in het bestemmingsplan, maar om in een gedeelte van de stoeterij feesten, ceremonies en partijen mogelijk te maken.
Nadat het reparatieplan ter inzage had gelegen is het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" vastgesteld. Daarin is het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" niet exact overgenomen. Zo is er een archeologische verwachtingswaarde opgenomen.
Onderhavige partiële herziening voorziet derhalve in:
Hoofdstuk 2 heeft betrekking op de uitspraak van de Raad van State en de gevolgen hiervan voor het moederplan. In hoofdstuk 3 zijn vervolgens de 'planaanpassingen' opgenomen. Per geval worden daar de afwegingen, om tot planaanpassing over te gaan, beschreven. Het aanvullende onderzoek ten aanzien van "verkeer en parkeren" komt in hoofdstuk 4 aan de orde. Tot slot beschrijft hoofdstuk 5 de juridische toelichting op de regels en hoofdstuk 6 het aspect 'overleg en inspraak'.
Op 6 juni 2012 is door de Raad van State uitspraak gedaan, waarbij het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" gedeeltelijk is vernietigd. Het vernietigingsbesluit heeft betrekking op:
Hieronder wordt uitgelegd waarom de betreffende onderdelen van artikel 3 zijn vernietigd.
Artikel 3.1, sub b
De voor "Gemengd" aangewezen gronden zijn ingevolge artikel 3.1, onder b, van de planregels bestemd voor het bedrijfsmatig verrichten van activiteiten gericht op culturele, educatieve en ontspannende voorzieningen, waaronder vergaderruimte, tentoonstellingen, workshops, bedrijfs- en productpresentaties en indoor spelen. Anders dan de raad kennelijk heeft beoogd volgt uit de planregels niet dat deze activiteiten ondergeschikt dienen te zijn aan de overige functies die ingevolge artikel 3.1 van de planregels ter plaatse zijn toegelaten. Voorts volgt uit de planregels, anders dan de raad heeft beoogd, evenmin dat de onder artikel 3.1, onder b, van de planregels toegelaten activiteiten uitsluitend zijn toegestaan op de begane grond van de bestaande stoeterij, zodat deze activiteiten binnen het gehele plandeel met de bestemming "Gemengd" kunnen worden verricht. Voor zover de raad zich op het standpunt heeft gesteld dat uit de plantoelichting volgt dat de activiteiten als bedoeld in artikel 3.1, onder b, van de planregels uitsluitend op de begane grond van de stoeterij kunnen worden verricht, overweegt de Afdeling dat aan de plantoelichting geen bindende betekenis toekomt. Gelet op het vorenstaande is artikel 3.1, onder b, van de planregels vastgesteld in strijd met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid.
In deze herziening dienen voornoemde functies dus uitsluitend ondergeschikt en op de begane grond toegestaan te worden.
Artikel 3.5
Deze afwijkingsbevoegdheid leidt ertoe dat op de gronden met de bestemming "Gemengd" evenementen kunnen plaatsvinden. Gelet op de tijdelijkheid van deze evenementen leidt de afwijkingsbevoegdheid er naar het oordeel van de Afdeling echter niet toe dat de bestemming kan worden gewijzigd.
Uit de plantoelichting volgt dat de evenementen die ter plaatse zullen worden georganiseerd ongeveer 300 tot 500 bezoekers zullen trekken. In uitzonderlijke gevallen zal ter plaatse een evenement voor maximaal 800 bezoekers worden georganiseerd, zo volgt uit de plantoelichting. Het extra aantal verkeersbewegingen ten gevolge van de evenementen is niet onderzocht. Naar het oordeel van de Afdeling heeft de raad derhalve onvoldoende inzichtelijk gemaakt welke gevolgen de evenementen zullen hebben voor de verkeerssituatie. Daarbij neemt de Afdeling in aanmerking dat het aantal bezoekers in de planregels niet is gelimiteerd. Evenmin acht de Afdeling de parkeerbehoefte ten gevolge van de evenementen inzichtelijk gemaakt, zodat onvoldoende duidelijk is of de ter plaatse aanwezige 200 parkeerplaatsen voldoende zijn om aan de parkeerbehoefte te voldoen. Daarbij acht de Afdeling het van belang dat indien ter plaatse een evenement wordt georganiseerd een deel van de overige ter plaatse toegestane functies eveneens kan worden uitgeoefend, zodat niet alle 200 parkeerplaatsen beschikbaar zullen zijn voor de bezoekers van de evenementen.
In deze herziening worden dergelijke evenementen niet meer toegestaan. Wel worden er in een gedeelte van de stoeterij feesten, ceremonies en partijen mogelijk gemaakt. Het effect daarvan op het verkeer en parkeren wordt in hoofdstuk 4 onderbouwd.
Tot slot volgt uit de planregels en de verbeelding naar het oordeel van de Afdeling, bij het ontbreken van een aanduiding ten behoeve van de stoeterij, niet eenduidig waar binnen het plandeel met de bestemming "Gemengd" de evenementen kunnen worden toegelaten.
Omdat er geen evenementen meer mogelijk worden gemaakt, is een aanduiding voor de stoeterij niet relevant. Daar waar de feesten, ceremonies en partijen mogelijk worden gemaakt is een aanduiding op de verbeelding opgenomen.
Gelet op het vorenstaande is artikel 3.5 van de planregels vastgesteld in strijd met de bij het voorbereiden van een besluit te betrachten zorgvuldigheid.
In hoofdstuk 3 wordt aangegeven hoe het voorgaande in onderhavige herziening wordt aangepast.
In hoofdstuk 2 van deze toelichting is aangegeven welke onderdelen van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte Heereweg 89" vernietigd zijn en waarom. In het onderstaande wordt uiteengezet welke onderdelen in deze partiële herziening zijn opgenomen om het bestemmingsplan te repareren.
In de regels zijn uitsluitend de bepalingen die wijzigen in opgenomen. Voor de overige regels wordt verwezen naar het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum". Voor de duidelijkheid zijn op de verbeelding alle aanduidingen en (dubbel)bestemmingen opgenomen die van toepassing zijn op het plangebied. Derhalve geeft de verbeelding een volledig beeld van hetgeen geldt ten aanzien van het plangebied.
Regels
Artikel 3.1
Artikel 3.1 sub b is vernietigd door de Raad van State. In deze partiële herziening is een nieuwe bepaling opgenomen, waarin is aangegeven dat de genoemde functies alleen op de begane grond ter plaatse van de aanduiding "cultuur en ontspanning" zijn toegestaan. Tevens zijn de genoemde functies alleen ondergeschikt aan de overige functies toegestaan. Deze aanduiding is opgenomen op een gedeelte van de stoeterij.
In bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" is in artikel 3.1 sub f opgenomen dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van gemengd - stoeterij' een stoeterij is toegestaan. Dit wordt verwijderd, omdat dit in deze partiële herziening niet relevant is.
In deze partiële herziening wordt een nieuwe bepaling opgenomen. Naar aanleiding van de zienswijzen die zijn ingediend tegen het ontwerp bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 3e herziening gedeelte perceel Heereweg 89, Castricum", is besloten dat de evenementen worden ingeruild voor een zaal voor vergaderingen, recepties en bruiloften. Dat is in dit bestemmingsplan geborgd doordat een bepaling is opgenomen waarin is aangegeven dat ter plaatse van de aanduiding 'feestzaal' alleen op de begane grond ceremonies, feesten en partijen zijn toegestaan. Deze aanduiding is opgenomen op een gedeelte van de stoeterij. In de regels is feestzaal gedefinieerd als het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie in de vorm van ceremonies, feesten en partijen, niet zijnde een discotheek, bar-dancing. Hierbij kan drank en voedsel genuttigd worden. De feestzaal zal derhalve gebruikt worden voor ceremonies, feesten en partijen en wat daarmee vergelijkbaar is qua ruimtelijke impact. Alles wat hier niet vergelijkbaar mee is, is derhalve uitgesloten. De feestzaal is bedoeld voor besloten feesten, partijen, ceremonies en vergelijkbare categorieën en is derhalve niet openbaar toegankelijk. Er kunnen maximaal 200 gasten gebruik maken van de feestzaal.
In bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" is de hooiberg, die in artikel 3.1 van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte Heereweg 89" mogelijk werd gemaakt, niet meer genoemd. Dat wordt in deze partiële herziening hersteld.
Artikel 13.1 van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" komt er derhalve als volgt uit te zien (de onderstreepte tekst is toegevoegd ten opzichte van artikel 13.1):
met de daarbij behorende wegen en paden, groenvoorzieningen, water en waterhuishoudkundige voorzieningen, speelvoorzieningen en parkeervoorzieningen.
Artikel 13.4
Daarnaast is de volgende voorwaardelijke verplichting opgenomen:
Artikel 3.5
Artikel 3.5 van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte Heereweg 89" is in het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" overeenkomstig de uitspraak van de Raad van State niet opgenomen. In onderhavige herziening is het tevens niet opgenomen.
Artikel 34
Dit betreft de bestemmingsregels voor de dubbelbestemming Waarde - Archeologie. Deze dubbelbestemming wordt in onderhavige herziening verwijderd (zie onderstaand).
Verbeelding
Functieaanduidingen
Op een gedeelte van de stoeterij zijn op de verbeelding de aanduidingen 'cultuur en ontspanning' en 'feestzaal' opgenomen.
Archeologie
In het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" is de bestemming 'Waarde - Archeologie 2' toegevoegd ten opzichte van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte Heereweg 89". In het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte Heereweg 89" is onderbouwd dat er geen dubbelbestemming archeologie noodzakelijk is, daarom is de bestemming 'Waarde - Archeologie 2' in deze partiële herzieningen verwijderd. Daarnaast is er in dit bestemmingsplan geen sprake van een nieuwe ontwikkeling in de zin van bouwen/roeren van de grond. Uit het onderzoek wat is gedaan ten behoeve van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte Heereweg 89" is gebleken dat het plangebied gelegen is op de overgang van strandvlakte/Oud Duin afzettingen naar de naast gelegen strandvlakte. Gezien het in oostelijke richting wegduiken van de aan de Heereweg waargenomen strandwal/Oud Duin afzettingen en daarin ingeschakelde bodems lijkt het echter aannemelijk dat het hier genoemde plangebied deel uitmaakt van de naastgelegen strandvlakte als van de strandwal/Oud Duin afzettingen. Een voortzetting van de westelijk waargenomen bodems tot binnen het plangebied wordt op basis hiervan weinig waarschijnlijk geacht. Verder moet gewezen worden op het feit dat op dit moment op de locatie sprake is van de aanwezigheid in de vorige eeuw aangelegde bebouwing. Aangenomen mag worden dat bij de aanleg daarvan de ondergrond al tot op enige diepte is omgezet. Aanbevolen wordt daarom om op de locatie geen verder archeologisch onderzoek uit te voeren. De volledige rapportage1 is als bijlage 1 bij deze herziening opgenomen.
Omdat de Afdeling Bestuursrechtspraak Raad van State heeft geconcludeerd dat niet voldoende inzicht is gegeven in de verkeerskundige effecten van de jaarlijks terugkerende evenementen, is aanvullend onderzoek uitgevoerd. Dit onderzoek is als bijlage bij deze toelichting opgenomen2. In het onderstaande zijn de belangrijkste conclusies weergegeven. Hierbij moet worden opgemerkt dat het toelaten van evenementen zoals deze in bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 2e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" waren toegelaten, in onderhavige herziening niet meer worden toegelaten.
Voor de parkeerbehoefte is een berekening per functie uitgevoerd. Voor een uitgebreide uitleg wordt verwezen naar de parkeerbalans zoals opgenomen in de bijlage van deze toelichting.
Er zijn bij de aansluiting op de Heereweg twee parkeerterreinen bestemd voor het parkeren. De Heereweg is de ontsluiting voor deze twee parkeerterreinen. Schetsmatig is in beeld gebracht hoeveel parkeerplaatsen ingepast kunnen worden op deze twee parkeerterreinen. Hiervoor zijn de bestemde parkeerterreinen voorzien van parkeervakken, ingericht volgens de maatvoering voor rijwegen en parkeervakken zoals aangegeven in de landelijke richtlijnen van het CROW. Dit betekent bij haaks parkeren een breedte van 2,50 meter voor ieder parkeervak en een diepte van 5,13 meter. Om in en uit te kunnen rijden is een rijwegbreedte van 6,00 meter aangehouden. Deze maatvoering is eveneens conform de NEN-norm 2443 van maart 2013.
Op basis van deze inpassing kan geconstateerd worden dat op de twee parkeerterreinen aan de Heereweg (123+72=) 195 parkeerplaatsen ingepast kunnen worden. Aan de achterzijde is ook parkeerruimte beschikbaar, voor personeel, bezoekers van de B&B en als overloop indien het worst case scenario zich zou voordoen. Het merendeel van dit verkeer komt eveneens via de Heereweg, in ieder geval de bezoekers. Aan de achterzijde kunnen 36 parkeerplaatsen gerealiseerd worden.
De maximale parkeerbehoefte is berekend op 222 parkeerplaatsen, waarvan 210 voor bezoekers en 12 voor personeel. Er kunnen 195 parkeerplaatsen aan de Heereweg en 36 achter het pand worden ingepast. In totaal zijn er 231 parkeerplaatsen realiseerbaar en is de maximale behoefte 222 parkeerplaatsen. In de regels van het bestemmingsplan is een voorwaardelijke verplichting opgenomen om te waarborgen dat voldoende parkeerplaatsen worden gerealiseerd. Met deze ontwikkeling zijn dus geen parkeerproblemen te verwachten en kan goed worden voorzien in de parkeervraag.
Om eventuele nadelige effecten voor de doorstroming van de N512 te kunnen uitsluiten is een uiterst scenario berekend met de methode Harders. In dit scenario wordt er van uitgegaan dat alle parkeerplaatsen in één uur zijn gevuld via de inrit van huisnummer 89 tijdens de maatgevende avondspits van een werkdag in 2020. Omdat van het minst gunstige scenario wordt uitgegaan is aangenomen dat alle bezoekers uit het noorden komen en linksaf slaan om het huisnummer 89 te bereiken. Hierbij moet men voorrang verlenen aan het verkeer vanuit het zuiden waardoor een wachtrij kan ontstaan op de hoofdrijbaan vanuit het noorden. Indien de wachttijden tot boven de 20 seconden per voertuig uitkomen, is er een sprake van een doorstromingsprobleem en zijn maatregelen noodzakelijk.
In de rapportage, welke als bijlage 2 is bijgevoegd, is het resultaat van de berekening te vinden. Uit deze berekening blijkt dat de wachttijden op de hoofdrichting (van noord naar zuid) onder een acceptabele 15 seconden blijft. Daarmee hebben de ontwikkelingen in het plangebied geen negatieve gevolgen voor de doorstroming van de N512.
Er is ruim voldoende parkeergelegenheid voor de onderhavige ontwikkeling en daarnaast heeft de ontwikkeling geen negatieve gevolgen voor de doorstroming van de N512.
Bij de planontwikkeling dient rekening gehouden te worden met milieuzoneringen van bestaande en toekomstige bedrijven om zodoende de kwaliteit van het leefmilieu te handhaven en te bevorderen. Bij milieuzonering wordt gebruik gemaakt van de door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) opgestelde Lijst van Bedrijfsactiviteiten''. Hierin wordt per functie aangegeven welke milieu-invloed (in de vorm van geur, stof, geluid en gevaar) hiervan kan uitgaan en welke richtafstand hierbij (minimaal) in acht genomen worden. In het algemeen wordt door middel van het aanbrengen van een zonering (afstand) tussen bedrijvigheid en woonbebouwing de overlast ten gevolge van de bedrijfsactiviteiten zo laag mogelijk gehouden.
De te realiseren feestzaal genereert geluid. De activiteit is het meest te vergelijken met de functie muziekcafé, discotheek uit de VNG Lijst van Bedrijfsactiviteiten (sbi-code 563). De richtafstand ten opzichte van woningen is 30 meter. De nabij gelegen woningen liggen op een afstand groter dan 100 meter. Verder onderzoek is daarom niet noodzakelijk. Het aspect geluid vormt derhalve geen belemmering voor onderhavige ontwikkeling.
Algemeen
Een bestemmingsplan bestaat uit de juridisch bindende regels en verbeelding en gaat vergezeld van een toelichting.
De regels bevatten het juridisch instrumentarium voor het regelen van het gebruik van de gronden, bepalingen omtrent de toegelaten bebouwing, regelingen betreffende het gebruik van aanwezige en/of op te richten bouwwerken.
De verbeelding heeft een ondersteunende rol voor toepassing van de regels alsmede de functie van visualisering van de bestemmingen. Op de verbeelding worden de bestemmingen weergegeven, met daarbij de harde randvoorwaarden. De verbeelding vormt samen met de regels het voor de burgers bindende deel van het bestemmingsplan.
De toelichting heeft geen bindende werking; de toelichting maakt juridisch ook geen onderdeel uit van het bestemmingsplan, maar heeft wel een belangrijke functie bij de weergave en onderbouwing van het plan en ook bij de uitleg van bepaalde bestemmingen en regels.
De opzet van de herziening
Voorliggend bestemmingsplan betreft een gedeeltelijke herziening van het geldende bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" (moederplan). Hierdoor is sprake van een afwijkende opzet in vergelijking bij een 'regulier' bestemmingsplan.
Voor het inzichtelijk krijgen van de geldende situatie binnen het plangebied is het noodzakelijk om naast deze herziening ook het geldende bestemmingsplan (moederplan) te raadplegen; er ontstaat geen compleet overzicht van de nieuwe geldende situatie. Zo zijn in de regels en in de toelichting slechts die onderdelen opgenomen, die deel uitmaken van deze herziening. Zo geldt voor de regels: uitsluitend de bepalingen uit het moederplan die wijzigen dan wel worden aangevuld door onderhavige herziening zijn in de planregels opgenomen. Voor de duidelijkheid zijn op de verbeelding alle aanduidingen en (dubbel)bestemmingen opgenomen die van toepassing zijn op het plangebied. Derhalve geeft de verbeelding een volledig beeld van hetgeen geldt ten aanzien van het plangebied. Na het onherroepelijk worden van voorliggende herziening kan overigens wel een geconsolideerde versie (geïntegreerde versie) van het moederplan en deze eerste herziening worden opgesteld, waardoor een compleet overzicht van de geldende situatie ontstaat.
Voor een onderbouwing van de herziene delen van het geldende bestemmingsplan "Buitengebied Castricum" wordt verwezen naar de voorgaande hoofdstukken.
De procedures voor vaststelling van een bestemmingsplan zijn door de wetgever geregeld. Aangegeven is dat tussen gemeente en verschillende instanties waar nodig overleg over het plan moet worden gevoerd alvorens een ontwerpplan ter visie gelegd kan worden. Daarnaast is er de gelegenheid om in het voortraject belanghebbenden te laten inspreken conform de gemeentelijke verordening. Pas daarna wordt de wettelijke procedure met betrekking tot vaststelling van het bestemmingsplan opgestart (artikel 3.8 Wro).
De Wro bevat geen procedurevoorschriften met betrekking tot de inspraak, en is in Wro zelf niet verplicht gesteld. Dat neemt niet weg dat het de gemeente vrij staat toch inspraak te verlenen bijvoorbeeld op grond van de gemeentelijke inspraakverordening. Gelet op de omvang en inhoud van voorliggende herziening van het bestemmingsplan "Buitengebied Castricum, 3e herziening gedeelte perceel Heereweg 89" is besloten dat geen inspraak zal plaatsvinden.
Het Besluit ruimtelijke ordening (artikel 3.1.1) geeft aan dat burgemeester en wethouders bij de voorbereiding van een bestemmingsplan overleg voeren met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. De instanties die in kennis gesteld moeten worden van dit bestemmingsplan zijn geïnformeerd. Er zijn geen reacties van deze instanties ontvangen.
De vaststellingsprocedure van het bestemmingsplan vindt plaats volgens artikel 3.8 van de Wet ruimtelijke ordening. Het ontwerp bestemmingsplan is in dit kader ter visie gelegd gedurende een periode van zes weken. Gedurende deze periode zijn zienswijzen tegen het plan kenbaar gemaakt. De nota zienswijzen is als bijlage 3 bij dit bestemmingsplan opgenomen. Vervolgens is het plan ter vaststelling aangeboden aan de gemeenteraad van Castricum.