direct naar inhoud van Artikel 15 Water
Plan: Groene Staart 2011
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.M1101BPSTD-VG01

Artikel 15 Water

15.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. water;
  • b. rietkragen, oevervoorzieningen en landhoofden;
  • c. waterstaatsdoeleinden;
  • d. de bescherming van de waterkering, ter plaatse van de aanduiding 'waterkering';
  • e. recreatief medegebruik;
  • f. watersportverenigingen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'aanlegsteigers';
  • g. bruggen, met inbegrip van bijbehorende fiets- en voetpaden, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'brug';
  • h. aanlandingsvoorzieningen ten behoeve van een pontveer over de Amstel;
  • i. ligplaatsen van woonboten en aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteiten, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 1' en/of de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 2'.
15.2 Bouwregels
15.2.1 Gebouwen

Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.

15.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Binnen deze bestemming mogen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten dienste van deze bestemming worden gebouwd met inachtneming van de volgende bepalingen:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'aanlegsteigers' zijn ten behoeve van watersportverenigingen aanlegsteigers toegestaan tot maximaal 15% van het betreffende aanduidingsvlak;
  • b. de maximale bouwhoogte van aanlegsteigers bedraagt 2 meter;
  • c. de maximale bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt, buiten de aanduidingen 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 1' en 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 2', 6 meter.
15.3 Specifieke gebruiksregels
15.3.1 Verbod

Als verboden gebruik als bedoeld in 26.1 van deze regels wordt in ieder geval aangemerkt het gebruik van de in 15.1 genoemde gronden als ligplaats voor woonboten, passagiersvaartuigen, pleziervaartuigen, bedrijfsvaartuigen en stationerende vaartuigen, met uitzondering van de op grond van 15.1 onder h en i toegestane aanlandingsvoorzieningen ten behoeve van een pontveer en ligplaatsen voor woonboten.

15.3.2 Woonboten

Voor woonboten gelden de volgende regels:

  • a. per aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 1' geldt een maximum aantal ligplaatsen voor woonboten zoals met de aanduiding 'maximum aantal ligplaatsen voor woonboten' is aangeduid;
  • b. per aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 2' is maximaal 1 ligplaats voor woonboten toegestaan;
  • c. langs de oever mag geen dubbele rij woonboten zijn afgemeerd, met uitzondering van de woonboten ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 2'.
15.4 Wijzigingsbevoegdheid
15.4.1 Specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 2

Het Dagelijks Bestuur is bevoegd, met inachtneming van het bepaalde in artikel 3.9a van de Wet ruimtelijke ordening, de bestemming van de in 15.1 onder i genoemde gronden te wijzigen door het verkleinen dan wel schrappen van de aanduiding 'specifieke vorm van water - woonschepenligplaats - 2', met dien verstande dat toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid alleen is toegestaan indien:

  • a. de betreffende woonboot dan wel woonboten naar een andere ligplaats is/zijn verplaatst;
  • b. dan wel dat er overeenstemming met de betreffende belanghebbende is bereikt, zodat zeker is gesteld dat de betreffende woonboot/woonboten verplaatst gaan worden.