Plan: | Banstraat 23-27 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.K1105BPSTD-VG01 |
Wet luchtkwaliteit
Sinds 15 november 2007 zijn de belangrijkste bepalingen over luchtkwaliteitseisen opgenomen in de Wet milieubeheer (hoofdstuk 5, titel 5.2 Wm). Hiermee is het Besluit luchtkwaliteit 2005 vervallen. Omdat titel 5.2 handelt over luchtkwaliteit staat deze ook wel bekend als de 'Wet luchtkwaliteit'.
Specifieke onderdelen van de wet zijn uitgewerkt in amvb's en ministeriële regelingen.
De nieuwe wetgeving kent een dubbele doelstelling:
In de Wet milieubeheer is indirect een koppeling gelegd met ruimtelijke plannen. Deze koppeling houdt in dat bij het voorbereiden van ruimtelijke plannen, waaronder een bestemmingsplan, moet worden onderzocht of het plan ertoe leidt dat grenswaarden voor de luchtkwaliteit worden overschreden of, wanneer deze reeds worden overschreden, het plan leidt tot een verdere overschrijding. Het effect van het plan op de luchtkwaliteit hangt direct samen met de potentiële verkeersaantrekkende werking van het plan ten opzichte van het vigerende bestemmingsplan.
Het geldende bestemmingsplan staat de bouw van enkele woningen toe. Het voorliggende plan leidt niet tot een significant ander programma.
Daarnaast geldt dat een nieuwbouwprogramma van 1.500 woningen op één ontsluitingsweg op grond van de algemene maatregel van bestuur 'Niet in betekenende mate' (Besluit NIBM) niet in betekenende mate bijdraagt aan de luchtverontreiniging en niet hoeft te worden getoetst aan de grenswaarden. Het programma dat op basis van het voorliggende bestemmingsplan wordt mogelijk gemaakt is aanmerkelijk kleinschaliger dan de realisatie van 1.500 woningen. De ontwikkeling van 6 woningen die op basis van dit bestemmingsplan wordt toegestaan zijn derhalve te kwalificeren als 'niet in betekenende mate'.
Het voorgaande in ogenschouw nemende en gezien het toegestane programma binnen het plangebied is het aannemelijk dat het plan niet leidt tot overschrijding van de wettelijke grenswaarden. Derhalve kan gesteld worden dat het aspect luchtkwaliteit geen belemmering vormt voor het voorliggende bestemmingsplan.
Besluit gevoelige bestemmingen
Sinds 15 januari 2009 is het Besluit gevoelige bestemmingen van kracht. Het Besluit verbiedt op plaatsen waar normen overschreden worden of waar overschrijding dreigt, de ontwikkeling van voorzieningen voor kwetsbare groepen in de nabijheid van snelwegen en provinciale wegen.
In het onderhavige plangebied worden geen nieuwe gevoelige bestemmingen gerealiseerd en de nieuwbouw bevindt zich niet binnen de invloedssfeer van snelwegen en provinciale wegen. Het besluit is derhalve niet van toepassing op het bestemmingsplan.
Conclusie
Het bestemmingsplan is in overeenstemming met de nationale regelgeving.
Actieplan Luchtkwaliteit Amsterdam 2005
Op 1 maart 2006 is de gemeenteraad akkoord gegaan met het Actieplan Luchtkwaliteit Amsterdam 2005. Dit actieplan kent als doel het oplossen van de bestaande knelpunten ten aanzien van de luchtkwaliteit in de stad. De drie centrale uitgangspunten van dit actieplan zijn:
Richtlijn gevoelige bestemmingen luchtkwaliteit Amsterdam
Deze stedelijke richtlijn heeft het college van B&W in december 2009 vastgesteld. Het belangrijkste uitgangspunt in de richtlijn is dat bij stedelijke wegen met meer dan 10.000 motorvoertuigbewegingen per etmaal binnen een afstand van 50 meter (gemeten van de rand van de weg) geen gevoelige bestemmingen in de eerste lijnsbebouwing worden geprojecteerd. Van de in de richtlijn genoemde uitgangspunten kan gemotiveerd worden afgeweken indien (bijzondere) omstandigheden en belangen hiertoe aanleiding geven.
Met deze Amsterdamse richtlijn gevoelige bestemmingen luchtkwaliteit is sprake van extra en strengere regelgeving dan Europa voorschrijft.
De richtlijn geeft aan dat deze alleen bindend is voor de centrale stad. Stadsdelen zijn niet verplicht deze over te nemen. Het dagelijks bestuur van stadsdeel Zuid heeft besloten deze richtlijn niet van toepassing te verklaren op het onderhavige bestemmingsplan.
Conclusie
Het bestemmingsplan wordt niet beïnvloed door het gemeentelijke beleid.
Milieubeleidsplan Amsterdam Zuid 2011-2014
In het Milieubeleidsplan 2011-2014 staan de visie en de doelen van het stadsdeel voor de volgende onderwerpen centraal: lucht, geluid, klimaat, duurzaam inkopen, groen, water, bodem en afval. Stadsdeel Zuid draagt bij aan de doelstelling van Amsterdam om in 2011 aan de Europese normen voor fijn stof te voldoen en in 2015 aan de normen voor stikstofdioxide. Daarnaast draagt Stadsdeel Zuid bij aan de doelen van de gemeente Amsterdam op het gebied van geluidhinder, die onder andere betrekking hebben op het terugdringen van geluidhinder. Doel daarbij is dat binnen 10 jaar (2018) er geen gevels meer zijn met een belasting door stedelijk wegverkeer boven 68 dB.
Uitvoeringsprogramma verbetering luchtkwaliteit Oud-Zuid 2008-2010 - Werken aan gezonde lucht
Om de acties van het stadsdeel die voortvloeien uit het Actieplan Luchtkwaliteit Amsterdam 2005 in goede banen te leiden, is het uitvoeringsprogramma verbetering luchtkwaliteit Oud-Zuid 2008-2010 opgesteld.
Het doel van het uitvoeringsprogramma is het uitvoeren van knelpuntgerichte maatregelen voor het op maat oplossen van de meest vervuilde straten van Amsterdam en generieke maatregelen om de luchtkwaliteit globaal te verbeteren.
Het uitvoeringsprogramma beschrijft op overzichtelijke wijze de maatregelen die het stadsdeel gaat uitvoeren ter verbetering van de luchtkwaliteit, waarbij de termijnen, de kosten, de financiering en de organisatie van de uitvoering concreet zijn beschreven. Dit uitvoeringsplan beslaat de periode 2008-2010 met dien verstande dat in 2010 alle opgenomen maatregelen in gang zijn gezet.
Conclusie
Het bestemmingsplan wordt niet beïnvloed door het stadsdeelbeleid.