Plan: | Eerste wijziging Afrikahaven |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | wijzigingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0363.B1601BPGST-VG01 |
Op dit wijzigingsplan zijn de regels van het bestemmingsplan "Afrikahaven", vastgesteld op 28 mei 2013 door de gemeenteraad van Amsterdam, van toepassing, voor zover in de regels van dit wijzigingsplan niet anders is bepaald en met dien verstande dat in geval van discrepantie tussen de regels van het bestemmingsplan "Afrikahaven" en het wijzigingsplan, de regels van het wijzigingsplan van toepassing zijn.
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan "Afrikahaven", vastgesteld door de gemeenteraad van Amsterdam d.d. 3 juli 2013.
het wijzigingsplan "Eerste wijziging Afrikahaven" van de gemeente Amsterdam, zoals vervat in de geometrische bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand met identificatienummer NL.IMRO.0363.B1601BPGST-VG01 met de bijbehorende regels.
De op de plankaart voor Water - 2 aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daarbij behorende:
Op en onder de in lid 3.1 genoemde gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd ten dienste van de bestemming en de naastgelegen haventerreinen, met een maximale bouwhoogte van 60 meter.
Burgemeester en wethouders kunnen met het oog op de ruimtelijke kwaliteit nadere eisen stellen aan de situering van de bouwwerken, geen gebouwen zijnde. Burgemeester en wethouders toetsen bij de toepassing van deze bevoegdheid tot het stellen van nadere eisen of geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van:
Tot strijdig gebruik als bedoeld in artikel 2.1, lid 1, onder c, van de Wet algemene bepalingen
omgevingsrecht wordt in ieder geval gerekend:
Burgemeester en wethouders kunnen overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.6, lid 1, onder a, van de wet, de bestemming Water - 2 voor maximaal 10% van de aldus bestemde gronden wijzigen in de bestemming 'Bedrijf - 1' zoals bedoeld in artikel 3 van het bestemmingsplan "Afrikahaven".
Op en onder de in lid 4.1 genoemde gronden mag uitsluitend gebouwd worden ten dienste van de primaire bestemming en de overige aan deze gronden toegekende bestemmingen, met inachtneming van de volgende bepalingen:
Het bepaalde in lid 4.2 is niet van toepassing op een bodemverstoring:
Burgemeester en wethouders kunnen ter bescherming van de in lid 4.1 genoemde archeologische waarden nadere eisen stellen aan de situering van de bouwwerken, indien uit het archeologisch rapport is gebleken dat ter plaatse archeologische waarden zoals bedoeld in lid 4.1 aanwezig zijn.
Aan de in lid 4.4 genoemde vergunning kunnen de volgende voorschriften worden verbonden:
Het bepaalde in lid 4.4 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden:
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin dat de dubbelbestemming “Waarde - Archeologie - 3" geheel of gedeeltelijk kan worden geschrapt, indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding "Milieuzone - 1" geldt het terzake bepaalde in de bestemmingen 'Bedrijf - 1', 'Bedrijf - 2' en 'Bedrijf - 3' zoals bedoeld in de artikelen 3 t/m 5 van het bestemmingsplan "Afrikahaven".
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding "Veiligheidszone - windturbine 2" geldt het terzake bepaalde in de bestemmingen 'Bedrijf - 1', 'Bedrijf - 2', 'Bedrijf - 3' en 'Cultuur en ontspanning' zoals bedoeld in respectievelijk de artikelen 3, 4, 5 en 6 van het bestemmingsplan "Afrikahaven".
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Vrijwaringszone - Vaarweg' geldt dat:
tenzij is aangetoond dat het functioneren van de vaarweg niet in het geding is en hiertoe schriftelijk advies is ingewonnen bij de beheerder van de vaarweg.
Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, danwel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot,
Het bevoegd gezag kan eenmalig in afwijking van het bepaalde in lid 8.1 een omgevingsvergunning verlenen voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in lid 8.1 met maximaal 10%.
Het bepaalde in lid 8.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet.
Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in lid 8.4, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind.
Indien het gebruik, bedoeld in lid 8.4, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten.
Het bepaalde in lid 8.4 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan "Afrikahaven", wijzigingsplan "Eerste wijziging Afrikahaven"