direct naar inhoud van 8.1 Mer/mer-beoordeling
Plan: BP_Isolatorweg
Plannummer: B1003BPGST
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.B1003BPGST-OH01

8.1 Mer/mer-beoordeling

Het instrument milieueffectrapportage (m.e.r.) is ontwikkeld om het milieubelang een volwaardige plaats in bepaalde plan- en besluitvormingsprocessen te geven. Enerzijds maakt het opstellen van een milieueffectrapport (MER) de initiatiefnemer bewust van de milieugevolgen en anderzijds kan de overheid diverse milieugevolgen in samenhang met elkaar en op een voor de burger transparante wijze bij de besluitvorming betrekken.

De verplichting een MER op te stellen is van kracht sinds 1 september 1987 en is verankerd in de Wet milieubeheer. Voor sommige plannen of activiteiten geldt direct de verplichting om een MER op te stellen, maar er zijn ook plannen waarvoor het bevoegd gezag moet beoordelen of zij het nodig vindt om ter voorbereiding van een besluit een MER te laten maken (M.e.r.-beoordeling). In het Besluit MER, is opgenomen voor welke activiteiten de m.e.r.-(beoordelings)plicht bestaat. Het gaat dan met name om activiteiten die aanzienlijke nadelige effecten op het milieu kunnen hebben.

De ontwikkeling van het emplacement Isolatorweg is geen activiteit waarvoor een MER opgesteld zou moeten worden; de betreffende drempels van het Besluit m.e.r. worden ruimschoots onderschreven. Op grond van het Besluit m.e.r. geldt evenmin een m.e.r.-beoordelingsplicht.

Verder zijn er geen overige omstandigheden die het opstellen van een m.e.r. verplicht zouden maken. Hierbij wordt het volgende overwogen:

  • Het project is gelegen op het bestaande industrieterrein Westpoort.
  • Het project staat niet in relatie met andere projecten zodat er geen sprake is van gecumuleerde nadelige milieueffecten.
  • Alle mogelijk milieugevolgen van de herontwikkeling (m.b.t. verkeer, luchtkwaliteit, geluid, externe veiligheid, bodem, cultuurhistorie en archeologie, natuur- en soortenbescherming) zijn grondig onderzocht en de resultaten daarvan zijn zorgvuldig afgewogen. (De resultaten van deze onderzoeken worden hierna besproken.)
  • Uit de verschillende onderzoeken blijkt dat het project geen onaanvaardbare hinder of gevaar oplevert. Aan alle van toepassing zijnde grenswaarden (zoals die bijvoorbeeld op grond van de Wet luchtkwaliteit en Wet geluidhinder) wordt voldaan.
  • In het plangebied zijn geen beschermde dier- en plantsoorten aanwezig (het betreft een bestaand bedrijventerrein). Het plangebied ligt niet in of in de nabijheid van een beschermd natuurgebied, waardoor nadelige milieueffecten ter plaatse van beschermde gebieden zijn uitgesloten.
  • Gelet op de toegestane functies, reiken de effecten van het project geografisch gezien niet ver.