direct naar inhoud van 5.2 Nieuwe ontwikkelingen
Plan: Zuidelijke binnenstad
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0363.A1006BPSTD-OH01

5.2 Nieuwe ontwikkelingen

5.2.1 Noord/Zuidlijn - Rode Loper

Volgens de huidige planning zal in het najaar van 2017 de Noord/Zuidlijn worden opgeleverd. De nieuwe metrolijn verbindt Amsterdam-Noord met Station Zuid-WTC. Door deze metrolijn vinden ook bovengronds veel veranderingen plaats: er komen in- en uitgangen van de nieuwe metrostations op straat waardoor het op die plekken veel drukker zal worden. De huidige openbare ruimte is daar niet op berekend en moet dus op een andere manier worden ingericht. Ook zonder de komst van de Noord/Zuidlijn is de openbare ruimte aan herinrichting toe.

Het project Rode Loper is in 2003 gestart om de herinrichting in stadsdeel Centrum boven het tracé van de Noord/Zuidlijn voor te bereiden. Het gaat om: Damrak, Beursplein, Beursstraat, Oude Brugsteeg, Rokin, Oude Turfmarkt, Vijzelstraat, Vijzelgracht en de Nieuwe Vijzelstraat. De openbare ruimte boven het tracé kan uitgroeien tot een schitterend gebied, dat allure uitstraalt en waar bezoekers zich welkom voelen; zo is de naam 'Rode Loper' ontstaan.

Op initiatief van stadsdeel Centrum is, in samenwerking met de dienst Infrastructuur, Verkeer en Vervoer (DIVV), de dienst Ruimtelijke Ordening (DRO) en het Project Management Bureau (PMB) een Nota van Uitgangspunten opgesteld. Hierin is aangegeven aan welke doelstellingen de toekomstige openbare ruimte van de Rode Loper moet voldoen. De doelstellingen worden ontleend aan beleid dat eerder is vastgesteld door de centrale stad en het stadsdeel:

  • behoud van bereikbaarheid en doorstroming,
  • verbetering van verkeersveiligheid,
  • verbetering van de luchtkwaliteit,
  • toepassing van duurzame materialen.

Daarnaast leidt de visie tot drie doelstellingen:

  • meer ruimte voor voetgangers;
  • een entree met uitstraling;
  • accentueren historische structuren.

De Nota van Uitgangspunten voor de Rode Loper is in 2009 door de stadsdeelraad en de gemeenteraad vastgesteld. 

In februari en maart 2011 heeft inspraak plaatsgevonden over het Voorlopig Ontwerp voor de Rode Loper. Belanghebbenden langs het tracé en andere belangstellenden zijn op verschillende inspraakavonden geïnformeerd en kregen de kans om hun mening te geven over de plannen. De inspraakreacties worden op dit moment verzameld en gebundeld in een "Reactienota". Vervolgens wordt aan de bestuurders voorgelegd welke wijzigingen wenselijk, mogelijk, of nodig zijn. De nota zal dan met het al dan niet gewijzigde ontwerp worden vastgesteld.

Vóór het einde van 2011 wordt de vaststelling van het Voorlopig Ontwerp van de gehele Rode Loper door het dagelijks bestuur en het College en bespreking in de stadsdeelraad en de gemeenteraad verwacht.

Station Vijzelgracht

Het station krijgt drie ingangen:

  • één aan de Vijzelgracht, op de hoek met de Prinsengracht, ongeveer voor het Frans consulaat;
  • twee aan de Weteringschans, op de hoek van de Nieuwe Vijzelstraat, één aan de oostzijde en één aan de westzijde.

De verwachting is dat per dag 40.000 passagiers gebruik zullen maken van dit station. Nadat het station tussen de Weteringschans en de Prinsengracht gereed is, wordt een wandelpromenade met bomen aangelegd.

In de ruimte boven het ondergrondse station Vijzelgracht wordt een zogenoemd 'bergbezinkbassin' aangelegd, dat gaat dienen als overloop voor de afvoer van regenwater.

5.2.2 Leidseplein

In 2005 is het stadsdeel Centrum in het kader van de gebiedsgerichte aanpak Leidsebuurt begonnen met het maken van een plan voor een nieuw aantrekkelijk Leidseplein en omgeving. Het Leidseplein functioneert niet optimaal. Het gebied is voor het oog rommelig en op sommige plekken behoorlijk versleten. Vooral de voetganger heeft weinig ruimte. Taxi's, trams en fietsers domineren het beeld en het gebruik van het plein. Het doel is om het plein in de nabije toekomst in te richten tot een plein waar het prettig is om te verblijven, een plek waar de bezoeker zicht welkom voelt. In de plannen wordt het Leidseplein, het Kleine-Gartmanplantsoen en een deel van de Marnixstraat voetgangersgebied. Om de voetganger op het Leidseplein vrij spel te geven wordt o.a. de huidige taxistandplaats verplaatst en wordt het plein autovrij. De rijbaan op het Kleine-Gartmanplantsoen verdwijnt evenals de rijbaan in (een) deel van de Marnixstraat (van het American hotel tot de toegang tot de Leidsekade). De tramhaltes worden verplaatst om deze beter toegankelijk te kunnen maken. Ook wordt gezocht naar een goede plek voor een ruime ondergrondse fietsenstalling onder het Kleine-Gartmanplantsoen en/of het Leidseplein.

Ten behoeve van de herinrichting van de openbare ruimte zijn in februari 2010 twee nota's van uitgangspunten vastgesteld, een Nota van Uitgangspunten Openbare ruimte Leidsebuurt en een Nota van uitgangspunten Fietsparkeergarage. In het laatste document staan de uitgangspunten voor een te bouwen ondergrondse fietsenstalling onder het Leidseplein. Het doel is de realisatie van een fietsenstalling onder het Leidseplein. Subdoelen hierbij zijn:

  • verbetering van de mogelijkheden de fiets veilig en comfortabel te stallen waardoor meer mensen fietsen naar het Leidseplein;
  • vermindering van het aantal geparkeerde fietsen op het Leidseplein zodat dit mede een verbetering van de kwaliteit van de openbare ruimte mogelijk maakt.

De uitgangspunten voor de stalling zijn:

  • de stalling komt ondergronds;
  • de stalling krijgt een hoogwaardige kwaliteit: mensen ervaren het als aantrekkelijk om de fiets te stallen.

De uitgangspunten voor de omgeving zijn:

  • op maaiveld richt het stadsdeel ruim 2000 fietsparkeerplaatsen in, deze fietsparkeerplaatsen worden verdeeld over kortparkeerplaatsen op en rond het Leidseplein en fietsparkeerplaatsen in de omliggende (woon)straten;
  • stadsdeel Centrum handhaaft het juist gebruik van de kortparkeerplaatsen en een fietsparkeerverbod op de rest van het Leidseplein.

Op de verbeelding is voor het oostelijk deel van het Leidseplein en het Kleine Gartmanplantsoen, binnen de bestemming 'Verkeer', een aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - ondergrondse fietsenstalling toegestaan' opgenomen. Binnen deze gebiedsaanduiding is een ondergrondse fietsenstalling direct toegestaan. Voor het realiseren van gebouwde toegangen tot de fietsenstalling is voor het dagelijks bestuur een bevoegdheid opgenomen om bij omgevingsvergunning af te wijken van de regels.

5.2.3 Duintjer (Vijzelstraat 66-80)

Aan de Vijzelstraat staat op nummers 66-80 een kantoorgebouw, ontworpen door de architect Duintjer en gerealiseerd in de periode van 1969 tot 1973. Het voormalig kantoorgebouw van ABN AMRO is in november 2005 gekocht door een woningcorporatie en belegger met de doelstelling een deel van het pand te verbouwen tot woningen.
Het dagelijks bestuur van het stadsdeel heeft in 2007 ingestemd met het voorstel om de helft van het totale vloeroppervlak te bestemmen voor wonen. Dit voorstel is vertaald in een Nota van Uitgangspunten (NvU). In overleg met ontwikkelaars is afgesproken om 30% van de woningen te realiseren in de sociale huursector, 25% in het middensegment en 45% huur in het hoogste segment. Alle woningen, ook de vrije sector woningen, worden levensloopbestendig en aanpasbaar gebouwd. De ruimten in de plint van het gebouw blijven beschikbaar voor levendige publieksfuncties als winkels, kantoren met baliefuncties, horeca en niet-commerciële voorzieningen. Uitgangspunt is dat de kantoorruimte flexibel wordt opgezet zodat het eventueel plaats kan bieden aan een internationale hoofdvestiging of aan creatieve bedrijvigheid. Er zijn voldoende inpandige parkeerplaatsen voor zowel bewoners als bedrijven. Daarom komen de gebruikers niet meer in aanmerking voor een parkeervergunning op straat.

Op 9 september 2009 heeft de commissie Bouwen Wonen en Stedelijke Ontwikkeling de NvU besproken. Met betrekking tot de segmentering van de woningen is een wijziging voorgesteld, waarbij de woningen in het middensegment niet worden verhuurd, maar verkocht voor een prijs van € 4100 per m². De gedachte hierachter is dat de netto hypotheeklasten bij € 1000,- per maand liggen, waardoor de woningen beter betaalbaar zijn voor de middeninkomens. De deelraad heeft op 17 december 2009 aangegeven hiermee akkoord te zijn. Op 9 februari 2010 heeft het dagelijks bestuur de gewijzigde NvU vastgesteld.

In overleg met Bureau Monumenten en Archeologie (BMA) zijn in de nota ook welstandscriteria opgenomen die de monumentale waarden van het pand benoemen. Het dagelijks bestuur heeft besloten het pand niet aan te wijzen als gemeentelijk monument.

In april 2010 is een bouwaanvraag ingediend. Omdat de aanvraag niet past binnen het vigerend bestemmingsplan Leidse- en Weteringbuurt is gekozen voor het starten van een projectbesluitprocedure. Dit projectbesluit maakt het planologisch mogelijk het huidige kantoorgebouw te herontwikkelen tot een complex met woonappartementen, kantoren en winkels overeenkomstig de NvU. Na een periode van terinzagelegging is het projectbesluit vastgesteld en de bouwvergunning verleend. Deze besluiten zijn op 6 oktober 2011 bekend gemaakt. Het projectbesluit is overgenomen in het ontwerpbestemmingsplan, zoals dat ter inzage heeft gelegen vanaf 11 november 2011. De termijn om beroep in te dienen bij de rechtbank tegen het projectbesluit en de bouwvergunning was op 11 november nog niet verstreken. Gebleken is dat diverse beroepen zijn ingediend. Daarop is op het moment van vaststelling van het bestemmingsplan door de deelraad nog geen uitspraak gedaan door de rechtbank, zodat deze besluiten nog niet onherroepelijk zijn.

Om die reden is besloten de locatie Vijzelstraat 66-80 (gebouw Duintjer) uit het bestemmingsplan te halen. De locatie maakt bij vaststelling van het bestemmingsplan Zuidelijke binnenstad geen onderdeel uit van het plangebied. De bestemmingen die in het ontwerpbestemmingsplan aan de locatie waren gegeven, 'Gemengd - 66-80', 'Tuin - 66-80' en 'Verkeer - 66-80', zijn uit de regels geschrapt. Indien en nadat het projectbesluit en de bouwvergunning onherroepelijk zijn geworden, kan alsnog een bestemmingsplan voor de locatie worden vastgesteld.

5.2.4 De Heren en de Keizer

Op 26 maart 2009 heeft de stadsdeelraad ingestemd met het préadvies van het dagelijks bestuur op de notitie van de VVD en D66 "De Heren en De Keizer: een Tophotel voor een Topstad?" Aanleiding voor de notitie was een initiatief voor een tophotel van 148 hotelkamers in de leegstaande kantoorpanden van de voormalige MeesPierson Bank aan de Herengracht, nummers 542-556, en Keizersgracht, nummers 679-689. Het initiatief past niet in het vigerende bestemmingsplan Vijzelstraat-Amstel en is evenmin in overeenstemming met het hotelbeleid als vervat in de nota Hotelbeleid Binnenstad 2008-2011. In de notitie wordt het dagelijks bestuur gevraagd ondanks de strijdigheid met het hotelbeleid, medewerking te verlenen aan het initiatief.

In het préadvies op de notitie geeft het dagelijks bestuur aan dat het om een drietal redenen wil meewerken aan het initiatief voor een tophotel en zo voor een deel af te wijken van het beleid:

  • In de binnenstad is op korte termijn een zeer gering aantal grote op zichzelf staande panden met een historisch-monumentale uitstraling beschikbaar. Het initiatief gaat uit van een tophotel van rond de 150 kamers. Dit sluit aan bij de in de nota Hotelbeleid Binnenstad 2008-2011 en in de markt genoemde minimaal benodigde grootte van hotels in het 5-sterren-plussegment.
  • De panden aan de Keizersgracht en Herengracht betreffen weliswaar geen groot op zichzelf staand pand, maar hebben wel een bijzondere historisch monumentale uitstraling.
  • In de nota Hotelbeleid Binnenstad is afgesproken dat er in de periode 2008-2011 concrete, uitgewerkte plannen moeten zijn voor 1.000 kamers in de binnenstad, waaronder twee plannen voor tophotels. Het voorbereiden van plannen voor tophotels vergt een lange voorbereidingstijd.

Het dagelijks bestuur wil in dit specifieke geval meewerken aan het initiatief voor een tophotel in de panden aan de Herengracht en de Keizersgracht en overweegt daarbij het volgende:

  • De doorbraken uit de jaren zeventig van de vorige eeuw moeten worden hersteld en de indeling van hotelkamers moet aansluiten op het gevelbeeld en de parcellering van de panden.
  • De panden hebben allen een zeer monumentale uitstraling van individuele herenhuizen. Met de vestiging van een tophotel in deze panden moet worden aangesloten op het individuele karakter van de herenhuizen met eigen ontsluiting (incl. trappenhuis). Dit ligt ook in de lijn van de verwachting en sluit ook aan op de ambitie voor een dergelijk tophotel. Er is sprake van een kwaliteitsimpuls qua uitstraling naar de omgeving doordat de panden hun individuele ontsluiting terugkrijgen.
  • Het binnenterrein krijgt een kwaliteitsimpuls door herstel van de keurtuin.
  • Gezien het beschikbare quotum voor dit gebied, kan alleen een tophotel op deze locatie worden gevestigd.

Het dagelijks bestuur wil medewerking verlenen aan dit initiatief onder de voorwaarde dat de oorspronkelijke structuur van de panden op de hoeken (Herengracht 542 en 556) geheel wordt hersteld. Dit betekent dat grote doorbraken, gepleegd in de jaren zeventig van de vorige eeuw, ongedaan gemaakt moeten worden. Voor de andere panden geldt dat de structuur zoveel mogelijk hersteld moet worden en daar is iets meer ruimte voor aanpassingen. Voor de Keizersgracht geldt ook dat de structuur zoveel mogelijk hersteld moet worden, alleen zijn hier de monumentale waarden heel beperkt. Deze uitgangspunten worden gesteund door een historisch onderzoek naar de monumentale waarden door Bureau Monumenten en Archeologie. Tot slot zal het zeker moeten zijn dat het daadwerkelijk om een tophotel gaat waarvan de exploitatie is gewaarborgd.

In september 2011 is ten behoeve van de realisatie van dit tophotel een aanvraag om omgevingsvergunning ingediend. De aanvraag is voorzien van een goede ruimtelijke onderbouwing. Op enkele punten voldoet de aanvraag niet aan het door de raad op 26 maart 2010 geaccordeerde preadvies. Deze afwijkingen zijn goed te motiveren. Het dagelijks bestuur zal de deelraad dan ook voorstellen in te stemmen met enkele aanpassingen in het preadvies. De aanvraag om omgevingsvergunning is strijdig met het vigerende bestemmingsplan Vijzelstraat- Amstel. Als de deelraad instemt met de aanpassingen in het preadvies, wordt een procedure gevoerd om te komen tot een omgevingsvergunning met een projectafwijkingsbesluit (artikel 2.12 lid 1 onder a, onder 3 Wabo). Die vergunning geeft de toestemming om het tophotel te realiseren.

5.2.5 Huidekoperstraat 13-17

Op 4 december 2009 is bij het stadsdeel Centrum een bouwaanvraag ingediend voor de locatie Huidekoperstraat 13-15 en 17. Het plan omvat sloop van de bestaande panden en nieuwbouw van woningen.

De eigenaar van de percelen Huidekoperstraat 13-17 heeft een plan ontwikkeld om de bestaande gebouwen te slopen en elf nieuwe woningen te bouwen. In het vigerende bestemmingsplan Vijzelstraat-Amstel zijn de panden bestemd voor 'gemengde doeleinden', hetgeen betekent dat verschillende functies in de panden zijn toegestaan. Op de plankaart zijn de panden nader aangeduid met 'woningen niet toegestaan'. Deze aanduiding heeft tot doel bedrijfs- en werkpanden met een bruto vloeroppervlak groter dan 1.000 m² te beschermen tegen omzetting en splitsing naar woningen. Gebleken is echter dat het vloeroppervlak van de percelen minder dan 1.000 m² bedraagt. Bescherming van de werkfunctie is dan ook niet legitiem. Dit betekent dat aan het voornemen om woningen op deze locatie te realiseren kan worden meegewerkt. Dit kan alleen met een nieuw bestemmingsplan.

Het primaire doel van het bestemmingsplan is om voor de percelen Huidekoperstraat 13-15 en 17 binnen de bestemming 'Gemengd' wonen toe te staan. Daarnaast maakt het bestemmingsplan een onderdoorgang naar het binnenterrein mogelijk en voorziet het in een aanpassing (verlaging) van de maximaal toegestane bouw- en goothoogte.

Het bestemmingsplan is op 1 maart 2011 vastgesteld door de stadsdeelraad en vanaf 22 april 2011 onherroepelijk. Op 12 mei 2011 is vergunning verleend.

5.2.6 Vijzelhof

De Vijzelhof is een complex in de Weteringbuurt, in het bouwblok Vijzelgracht/ Nieuwe Looiersstraat/ Noorderdwarsstraat/ Noorderstraat. Het bestaat uit voormalige weverswoningen (rijksmonumenten) met aan de achterzijde een aanbouw uit de jaren zestig van de vorige eeuw. Tot begin 2000 was het complex in gebruik als kantoor van een bank. Delen van het complex zijn inmiddels verbouwd. Voor het deel van het binnenterrein en de weverswoningen met het adres Noorderstraat 24 t/m 42 is begin 2010 een bouwvergunning verleend voor het realiseren van 14 woningen en een ondergrondse parkeervoorziening met 67 parkeerplaatsen. De historische woonfunctie wordt hier weer hersteld. De panden met het adres Noorderstraat 6-22 zijn door het stadsdeel aangekocht om daarin de basisschool de Kleine Reus te realiseren.

5.2.7 Bloemenmarkt - Singel 610

In de loop van de tijd zijn, op één uitzondering na, de oorspronkelijke boten van de Bloemenmarkt vervangen door vast verankerde pontons. Voor de laatste resterende boot – Singel 610 ter hoogte van de Sint Jorisstraat – is een bouwaanvraag ingediend om ook deze boot te vervangen door een ponton. De huidige boot is namelijk in een zodanig slechte staat, dat hij niet langer voor deze functie kan worden gebruikt. De erfpachtovereenkomst is inmiddels hierop aangepast. Het huidige bestemmingsplan 'Rembrandtplein e.o.' staat deze vervanging niet toe. Aan dit bestemmingsplan is het 'Stedenbouwkundig Programma van Eisen voor de Bloemenmarkt aan het Singel te Amsterdam' d.d. 10 mei 1994 gekoppeld. Deze schrijft voor dat deze stand (nr. 11) altijd een schip moet blijven.

De aanvraag voldoet wel aan alle andere criteria van het Stedenbouwkundig Programma van Eisen uit 1994. De ponton sluit in zijn dieptemaat (horizontaal) en in zijn bouw- en goothoogte aan bij de belendende al aanwezige pontons. Tussen de ponton en de belendende stand Singel 608 is een tussenruimte van 2 meter opengelaten waardoor de “gevelwand' plaatselijk onderbroken wordt en zicht op het Singel mogelijk is.

5.2.8 Op- en afstapvoorzieningen

In januari 2008 is het 'Steigerplan in de Amsterdamse binnenstad' vastgesteld. In dit plan zijn 49 locaties voor nieuwe op- en afstapvoorzieningen vastgelegd en is bepaald hoe deze locaties worden ingericht. De locaties zijn zo veel mogelijk over de binnenstad verspreid en gesitueerd bij grotere openbare ruimtes zoals het Amstelveld en de Noordermarkt. Verder is bij het bepalen van geschikte locaties rekening gehouden met de wens toeristische voorzieningen, zoals de Bloemenmarkt en musea, te faciliteren.

Binnen de zuidelijke binnenstad zijn veertien locaties aangewezen, verspreid over de hoofdgrachten, het Singel, Leidsegracht en Regliersgracht. De ruimtelijke impact van deze voorzieningen is minimaal. Afhankelijke van de situatie heeft de op- en afstapvoorziening een lengte van 20 meter of 40 meter. Ter plekke van de uitstap bestaan ze uit één plank en vier respectievelijk zes palen, waarvan de bovenkant 30 centimeter respectievelijk 80 centimeter (ter plekke van de uit-/instap) boven de kade uitsteekt.

De op- en afstapvoorzieningen zijn niet in dit bestemmingsplan opgenomen. Er is een apart bestemmingsplan Water in voorbereiding waarin de aanleg van deze voorzieningen mogelijk wordt gemaakt. Vooruitlopend op dit bestemmingsplan is een aantal voorzieningen mogelijk gemaakt via een projectbesluit.

5.2.9 Parkeergarage Westeinde

Het stadsdeelbestuur heeft het voornemen om een aantal parkeergarages aan de rand van het stadsdeel te realiseren met het doel om de binnenstad autoluwer te maken en de kwaliteit van de openbare ruimte te verbeteren door het opheffen van parkeerplekken in de openbare ruimte. Concreet gaat het om drie garages. Eén van deze garages ligt in de zuidelijke binnenstad. Het betreft parkeergarage Westeinde, waarvoor nog geen Nota van uitgangspunten is opgesteld. Om deze reden wordt deze ontwikkeling niet rechtstreeks opgenomen in dit bestemmingsplan, maar is voorzien in een wijzigingsbevoegdheid voor het dagelijks bestuur.