Plan: | Landelijk Gebied Zuid |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0362.09C-VG01 |
Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi)
Op 27 oktober 2004 is het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) in werking getreden. Het doel van het Bevi is om individuele burgers en groepen mensen een minimum beschermingsniveau te bieden tegen een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het Bevi (en Revi, de Regeling externe veiligheid inrichtingen) legt veiligheidsafstanden vast tussen bedrijven die risicovolle activiteiten met gevaarlijke stoffen verrichten en zogenoemde kwetsbare objecten (zoals huizen, ziekenhuizen, scholen of winkels). Bij bedrijven met risicovolle activiteiten kan worden gedacht aan chemische fabrieken, Lpg-tankstations en – op termijn ook – spoorwegemplacementen waar goederentreinen met gevaarlijke stoffen rangeren. Gemeenten en provincies zijn met de inwerkingtreding van het besluit wettelijk verplicht om bij het verlenen van milieuvergunningen en het maken van bestemmingsplannen rekening te houden met het plaatsgebonden risico en het groepsrisico.
Plaatsgebonden risico (PR)
Het plaatsgebonden risico is het risico dat op een plaats buiten een inrichting, uitgedrukt als een kans per jaar dat een persoon die onafgebroken en onbeschermd op die plaats zou verblijven, overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijk stof betrokken is.
Groepsrisico (GR)
Het groepsriscio bestaat uit cumulatieve kansen per jaar dat tenminste 10, 100, 1000 personen overlijden als rechtstreeks gevolg van hun aanwezigheid in het invloedsgebied van een inrichting en een ongewoon voorval binnen die inrichting waarbij een gevaarlijk stof betrokken is.
Bij het groepsrisico wordt gewerkt met de “oriënterende waarde”: een ongeval met tien doden mag slechts met een kans van één op de honderdduizend per jaar voorkomen, een ongeval met honderd doden met een kans van één op de tien miljoen per jaar. Voor het groepsrisico geldt de zogenoemde verantwoordingsplicht. Dit houdt in dat voor ontwikkelingen binnen het invloedsgebied van het groepsrisico het bevoegd gezag gehouden is om haar besluit te motiveren.
Ten westen van het plangebied, aan de Zijdelweg 15, staat een LPG-tankstation. Het plangebied bevindt zicht niet in de plaatsgebonden risicocontour van 10-6, maar wel binnen het invloedsgebied waarbinnen het groepsrisco berekend moet worden. Het betreft slechts een zeer klein deel van het plangebied, waaraan de bestemming 'Agrarisch-1' is toegekend. Er zijn in dit gebied geen kwetsbare en ook geen beperkt kwetsbare objecten en nauwelijks personen aanwezig. Uit een berekening van Tauw (rapport 4558108 d.d. 28-03-2008) bleek dat het groepsrisico ruim onder de oriënterende waarde bleef op basis van de in de 2008 bekende ontwikkelingen. Door de herziening van het bestemmingsplan zal het groepsrisico niet toenemen.
Besluit externe veiligheid buisleidingen
Risiconormering in plaats van zonering
Het Besluit externe veiligheid buisleidingen is per 1 januari 2011 in werking getreden. Het Bevb bevat regels voor de exploitant, regels voor gemeenten over het opnemen van buisleidingen in bestemmingsplannen en regels voor het melden van ongewone voorvallen. De afweging van de externe veiligheidssituatie van buisleidingen heeft op deze manier een grondslag in de Wet milieubeheer (Wm) en in de Wro.
In het plangebied liggen twee hogedrukaardgasleidingen. Uit het Arcadis-rapport 'Risicoberekening hogedruk aardgasleidingen' (24 mei 2011, 075534003.A - Definitief) blijkt dat deze leidingen geen PR-contour hebben. Het groepsrisico ligt ver onder de oriënterende waarde. Door de herziening van het bestemmingsplan zal het groepsrisco niet toenemen.
N201
In het plangebied en tegen het plangebied aan ligt de verlegde N201. Deze provinciale weg wordt ter plaatse gebruikt voor het transport van gevaarlijke stoffen. In opdracht van de provincie Noord-Holland heeft Grontmij de externe veiligheidsaspecten onderzocht (16 augustus 2005, documentnummer I&M - 99363858/RM). Uit dit onderzoek blijkt dat er zowel in 2020 als in 2030 geen knelpunten zijn ten aanzien van het plaatsgebonden risico en groepsrisico ten gevolg van het transport van gevaarlijke stoffen over N201.