direct naar inhoud van Artikel 11 Wonen - 5
Plan: Amsteleiland
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0362.09B-VG03

Artikel 11 Wonen - 5

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Wonen - 5' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. een entreegebouw ten behoeve van het (terrein)beheer;
  • b. een dienstwoning voor de (terrein)beheerder;
  • c. het op eigen terrein aanleggen en instandhouden van ten minste 2 parkeerplaatsen per woning;

met de daarbij behorende:

  • d. aan- en uitbouwen en bijgebouwen;
  • e. tuinen, terrassen en erven;
  • f. tuinmeubilair;
  • g. bergingen en stallingen;
  • h. bouwwerken, geen gebouw zijnde.

11.2 Bouwregels
11.2.1 Hoofdgebouw

Voor het bouwen van hoofdgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een hoofdgebouw mag uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de oppervlakte van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 75m²;
  • c. de bouwhoogte van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 7 meter;
  • d. de goothoogte van het hoofdgebouw mag niet meer bedragen dan 3,5 meter,
  • e. een platte afdekking is niet toegestaan.

11.2.2 Bijgebouwen

Voor het bouwen van bijgebouwen ten behoeve van het vergroten van de woonfunctie gelden de regels voor hoofdgebouwen binnen het bouwvlak met dien verstande dat:

  • a. de goothoogte van een bijgebouw niet meer dan 3 meter mag bedragen;
  • b. de bouwhoogte van een bijgebouw niet meer dan 4,5 meter mag bedragen;
  • c. de dakhelling van een bijgebouw bedraagt voor ten minste 2 dakvlakken maximaal 60º, een en ander met dien verstande dat ingeval een volledig platte afdekking wordt gerealiseerd, de bouwhoogte gelijk is aan de maximaal toegestane goothoogte
  • d. de oppervlakte aan bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 50m²;
  • e. de gezamenlijke oppervlakte aan hoofd- en bijgebouwen niet meer mag bedragen dan 100m².

11.2.3 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

De hoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde mag niet meer bedragen dan:

  • a. 2 meter voor erf- en terreinafscheidingen, met dien verstande dat de hoogte van erf- en terreinafscheidingen voor de naar het water gekeerde gevel niet meer dan 1 meter mag bedragen;
  • b. 6 meter voor palen en lichtmasten;
  • c. 3 meter voor overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

11.3 Specifieke gebruiksregels

11.3.1 Gebruiksverbod

Het is verboden de gronden en bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken op een wijze of tot een doel, strijdig met artikel 2.1, eerste lid onder c van de Wabo.

11.3.2 Strijdig gebruik

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in lid 11.3.1 wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van een seksinrichting.

11.4 Parkeerbepaling

In aanvulling op het bepaalde in de andere voorkomende bestemmingen gelden de volgende regels:

  • a. woningen en/of woongebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd als uit de aanvraag om vergunning blijkt dat voldoende parkeer- of stallingsruimte wordt gerealiseerd op eigen terrein;
  • b. als voldoende in de zin van de voorgaande regel wordt in ieder geval aangemerkt 2 parkeerplaatsen per te bouwen woning.