direct naar inhoud van 4.4 Bodem
Plan: Zuidelijke Stadsas Oost
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPZUIDSTADSASOOST-0601

4.4 Bodem

Het gemeentelijk bodembeleid gaat uit van de volgende algemene uitgangspunten:

- Bodembescherming
Nieuwe bodemverontreiniging moet worden voorkomen en indien er toch bodemverontreiniging ontstaat
moet de bodem direct worden gesaneerd. Dit speelt met name bij bedrijfsmatige activiteiten en/of
calamiteiten.

- Bodemsanering
Ernstig verontreinigde locaties dienen te worden gesaneerd indien er tevens sprake is van
milieuhygiënische risico's. Bij immobiele verontreiniging in de bovengrond die zich niet kan verspreiden
(zoals zware metalen en PAK) wordt uitgegaan van een zogenoemde functiegerichte benadering. Dit houdt
in dat de kwaliteitseisen die aan de bodem worden gesteld afhankelijk zijn van de (toekomstige)
bestemming van de locatie. Bij mobiele verontreiniging die zich via het grondwater kan verspreiden, wordt
mede afhankelijk van de kosteneffectiviteit, zoveel mogelijk verwijdering van de verontreiniging
nagestreefd. Een ander uitgangspunt is dat bij nieuw in te richten gebieden of terreinen hogere eisen
worden gesteld aan de bodemkwaliteit dan bij milieuhygiënisch onvermijdbare saneringen in gebieden
waar geen nieuwe inrichting plaats vindt. Bij nieuwe situaties ligt het criterium voor saneren bij ernstige
verontreiniging.

- Bodembeheer
Bij hergebruik van (schone of licht verontreinigde) grond wordt uitgegaan van het principe "wat schoon is
moet schoon blijven" en "wat vies is mag niet viezer worden". Waar mogelijk wordt een verbetering van de
kwaliteit nagestreefd, zodat de bodem duurzaam geschikt wordt voor elk gewenst gebruik.

Bij een aanvraag om bouwvergunning, een functiewijziging of aan- dan wel verkoop dient een bodemonderzoek conform de NEN 5740 verricht te worden. Op basis van dit onderzoek wordt beoordeeld of de locatie geschikt is voor de geplande functie of dat er nog een nader onderzoek of misschien zelfs een bodemsanering noodzakelijk is voordat de locatie geschikt is voor de geplande functie.

4.4.1 Bodemonderzoek

In 2004 is in opdracht van de gemeente Utrecht de actualisatie van de bodemkwaliteitskaart (bovenste halve meter) van VINEX-lokatie Leidsche Rijn voltooid. Op basis van die onderzoeken kan geconcludeerd worden dat de bodem geschikt is voor de beoogde ruimtelijke ontwikkeling.