direct naar inhoud van 4.5 Verkeer
Plan: Van Sijpesteijnkade, Westflank Noord-HOV, Stationsgebied
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0344.BPVSIJPWESTHOVSTAT-0601

4.5 Verkeer

4.5.1 Bereikbaarheidsambities Stationsgebied

Ten aanzien van het verkeer hebben de plannen in het Stationsgebied gevolgen op stadsniveau. Het specifieke plangebied voor de ontwikkelingen in het Stationsgebied is in blauw aangegeven op onderstaande kaart.

De aanwezigheid van het openbaar vervoersknooppunt maakt dat het Stationsgebied zeer goed bereikbaar dient te zijn en dat het functioneert als verbindende schakel tussen de verschillende stadsdelen.

De bereikbaarheid van het Stationsgebied voor het autoverkeer is complex. Het autoverkeer dat in het gebied zelf moet zijn, is vooral afhankelijk van de beschikbare infrastructuur buiten het Stationsgebied. De uitgangspunten van het stedelijke bereikbaarheidsprogramma en het stedelijk beleid zijn randvoorwaarden voor de bereikbaarheid van het Stationsgebied.

De twee invalswegen vanaf de knooppunten Hooggelegen en Westraven zijn dragers voor de bereikbaarheid van het Stationsgebied. De invalsweg vanuit Hooggelegen (Rijksweg A2) loopt via het 24 Oktoberplein naar het Stationsgebied. Vanuit Westraven (Rijksweg A12) loopt een invalsweg via het 5 Meiplein en de Van Zijstweg naar het Stationsgebied. In Afbeelding 4.9 zijn de belangrijkste ontsluitingswegen voor het Stationsgebied opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0344.BPVSIJPWESTHOVSTAT-0601_0017.png"

Afbeelding 4.9 belangrijkste ontsluitingswegen voor het Stationsgebied

Er is voor gekozen de Graadt van Roggenweg primair te gebruiken voor de ontsluiting van het Centrum en de wijken aan de oostzijde van de sporen. De twee invalswegen zijn nodig om een té hoge milieubelasting van de daar aanwezige woningen te voorkomen. De Van Zijstweg wordt gebruikt als hoofd ontsluiting van het gebied aan de westzijde van de sporen. Als uitwisseling tussen deze twee routes functioneert de Overste den Oudenlaan. Op het 24 Oktoberplein wordt duidelijk aangegeven dat de automobilist een keuze dient te maken tussen oostzijde (oude stad) of westzijde (station, Stationsentree-West en Jaarbeursterrein). Deze hoofdstructuur impliceert een duidelijke keuze voor de locatie van parkeervoorzieningen. Studie naar de verschillende varianten om de problemen rond de luchtkwaliteit op te lossen kan nog leiden tot andere inzichten omtrent de oplossingen voor autobereikbaarheid van het stationsgebied.

De verbinding tussen de nieuwe OV-Terminal en het omliggende gebied wordt overzichtelijker gemaakt en de verschillende functies krijgen herkenbare entrees. Er komen verbindingen en entrees vanaf maaiveld, maar ook op +1- niveau wordt de verbinding met het winkelcentrum verbeterd, waarbij de entrees van en de overgangen naar de OV-Terminal herkenbaarder worden gemaakt. Vanuit de OV-Terminal zijn alle perrons (zowel bus, tram als trein) goed bereikbaar door middel van een vaste trap, roltrap of lift. Daarnaast verbindt de Noorder- en Middentunnel de treinperrons met elkaar.

De routes in het Stationsgebied zijn onderdeel van de hoofdfietsstructuur of sluiten daarop aan. Op cruciale plaatsen, zoals het Smakkelaarsveld en het Westplein, wordt het openbaar vervoer ongelijkvloers gekruist. In het gebied komen voldoende parkeervoorzieningen in de openbare ruimte. De totale behoefte is circa 33.000 stallingsplaatsen. Het merendeel van de toevoeging wordt gerealiseerd bij de OV-Terminal, waar het aantal plaatsen kan groeien van 8.800 naar 22.000. Het aantal plaatsen voor kantoren in het gebied groeit van 8.000 naar 11.500. Het is de verantwoordelijkheid van de bouwers van de kantoren deze plaatsen te realiseren. Voor de overige functies zullen minstens 4.000 stallingsplaatsen nodig zijn. Voor het benodigde aantal stallingsplaatsen wordt, analoog aan het parkeerbalans, ook een fiets parkeerbalans bijgehouden.

Op maaiveldniveau worden goede voorzieningen voor onbetaald fietsparkeren in de openbare ruimte gerealiseerd.

Aspecten die daarbij een rol spelen zijn betaald/onbetaald, bebouwd/onbebouwd, beheerd/onbeheerd en de wijze van handhaving.

Het Randstadspoor en de Hoogwaardig Openbaar Vervoer (HOV)-banen zijn de dragers van het openbaar vervoer in de stad. Beide systemen kunnen worden gekoppeld aan transferia aan de rand van de stad. De OV-Terminal vormt het knooppunt van het HOV-systeem in het centrum van de stad.

Verkeersontsluiting in hoofdlijnen

De Westflank Noord vormt onderdeel van de grotere gebiedsgerichte opgave voor het stationsgebied. De verbindingen – met hoofd- en secundaire- routes - dragen bij aan een juiste doorbloeding van de diverse deelgebieden en de aanhaking op de omgeving. Op een ander schaalniveau speelt de toekomstige bereikbaarheid van de diverse programma’s binnen het plangebied: de parkeergarage, het Stadskantoor Utrecht, de woningen en het kantorenprogramma. Maar ook de Noordertunnel, het spoor en de VL post. Hierbij zijn de gemeentelijke ontwikkelkaders voor de Mineurslaan en de Van Sijpesteijnkade leidend omdat hierin wordt aangegeven waar het plangebied ontsloten wordt op het openbaar gebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0344.BPVSIJPWESTHOVSTAT-0601_0018.jpg"

Afbeelding 4.10 toekomstige verkeersontsluiting westzijde stationsgebied

De Mineurslaan is uitsluitend bedoeld als expeditiestraat voor verkeer naar de aangelegen gebouwen (zoals Beatrixtheater, Stadskantoor, OV-Terminal en kantoren) en voor openbaar vervoer van bus en tram. Het expeditieverkeer rijdt over een éénrichtingsweg met aan weerszijden expeditieparkeervakken en is gescheiden van de gecombineerde bus-trambaan.

Het is niet de bedoeling dat regulier autoverkeer, voetgangers en fietsers de Mineurslaan inrijden. Het inrijverbod wordt bij het begin van de straat ter hoogte van de Croeselaan en bij de HOV baan aangegeven door middel van bebording. Daarnaast wordt de inrichting van de straat niet ingericht voor voetgangers en fietsers om ongewenst gebruik te minimaliseren. Uit de inrichting zal duidelijk blijken dat zij geen gebruik kunnen maken van deze straat.

De ingang van de parkeergarage Westflank Noord wordt ontsloten via Jaarbeursplein en de noordzijde van de Mineurslaan. Hiervoor wordt een ontsluitingsweg aangelegd. Autoverkeer rijdt de parkeergarage in en uit vanaf de Jaarbeurspleinstraat. Het autoverkeer heeft voorrang op het expeditieverkeer dat de Mineurslaan uitrijdt. De gecombineerde bus-trambaan stijgt vanaf de kruising met de Mineurslaan en kruist de ingang van de parkeergarage. De doorrijhoogte van de parkeergarage zal op deze plek 2,20 meter hoog zijn.

Op termijn zal er op gedeelten boven de Mineurslaan (op één niveau + 10,00 meter) een verghoogd maaiveld worden gemaakt, het zogenaamde Forum. Op dit niveau wordt een gebied voor voetgangers gemaakt. De ingangen naar het Forum komen ter hoogte van de Van Sijpesteijnkade en het Jaarbeursplein en de ingang van de OV-terminal en Stationsplein-West.

De Van Sijpesteijnkade is één van de drukste fietsstraten van Utrecht en onderdeel van het hoofd fietsnetwerk van Utrecht. Na herinrichting zal de kade bestaan uit een laag gelegen tweerichtingen fietspad en bestemmingsverkeer en een hoger gelegen kade voor voetgangers. Een trappartij verbindt beide delen. Deze hoge kade is tevens de toegang voor voetgangers naar de kantoren en woningen van Westflank-Noord.

Vanaf de lage kade wordt ter hoogte van het spoor een toegang gemaakt naar het spooremplacement en de daarnaast gelegen Verkeersleiding-post van ProRail. Deze toegang is bedoeld voor de nood- en hulpdiensten en beperkt verkeer naar de VL-post. Dit gemotoriseerde verkeer maakt gebruik van het doorgaande fietspad op de lage kade. De combinatie van gemotoriseerd verkeer en fietsers is acceptabel gezien het lage aantal voertuigen dat gebruik zal maken van deze route. Voor de toeleveranciers van de woningen en commerciële ruimte zal gebruik gemaakt worden van venstertijden. Uit analyse van de bereikbaarheid blijken er de aantal bereikbaarheidspunten te zijn die moeten worden gerespecteerd en geïntegreerd in het plangebied en het omliggende openbare gebied. Deze worden hieronder nader toegelicht.

afbeelding "i_NL.IMRO.0344.BPVSIJPWESTHOVSTAT-0601_0019.png"

Afbeelding 4.11 bereikbaarheid en toegangen in en om het plangebied Van Sijpesteijnkade, Westflank Noord - HOV toegang fietsenstalling SKU en VL – post.

Bereikbaarheid VL post en Emplacement

Via huidige terreinen van NS en ProRail vindt toegang tot de VL post en het spoor (Railinzetplaats, hulpdiensten) plaats. De bereikbaarheid van de VL post en de toegang tot het spoor voor hulpdiensten, zijn randvoorwaardelijk voor het functioneren van de OV Terminal en daarmee van nationaal belang.

Binnen enkele jaren zal de bestaande route gewijzigd moeten worden om plaats te maken voor de kruisende HOV baan en om ruimte te maken voor nieuwe ontwikkelingen van Fase 2 en Fase 3. Ook in de toekomst dient echter voldaan te worden aan de eisen vanuit ProRail en Brandweer zoals is verwoord in het IPvE/Functioneel Ontwerp. De toegang tot het emplacement ligt vast. De route naar het spooremplacement en de VL-post zal in de toekomst dienen te lopen via de Van Sijpesteijnkade waarbij de bereikbaarheid van deze voorzieningen dient ten allen tijde gewaarborgd te zijn.

Dit betekent dat enkele panden in eigendom van NS Stations, de gemeente en ProRail gesloopt moeten worden en dat de kade wordt aangepast. De bereikbaarheid zal verder worden ingeperkt door beperkte doorrijhoogte op de kruising HOV en kade en afnemende manoeuvreerruimte. In bijgaand schema is weergegeven hoe het emplacement en de VL post bereikbaar blijven voor leveranciers, logistiek en hulpdiensten. Het parkeren voor de VL post wordt ingepast in de parkeergarage van Fase 2.

De in het gebied aanwezige spoortechnische installaties worden voor een goed functioneren van de naast gelegen spoorweginfrastructuur positief bestemd en gehandhaafd.

Bereikbaarheid Stations- entree Noordertunnel en fietsenstalling

De Noordertunnel is een neven uitgang van Utrecht Centraal. In 2010 maakten gemiddeld 25.000 reizigers dagelijks gebruik van deze tunnel. Ook na oplevering van de nieuwe OV Terminal blijft de Noordertunnel een belangrijk alternatief. Deze entree staat dan ook niet ter discussie In alle plannen en gedurende de bouw zal deze entree moeten worden gewaarborgd, net als het gebruik van de naastgelegen bewaakte fietsenstalling

Bereikbaarheid te voet

De Leidsche Rijn wordt in de plannen van de gemeente doorgetrokken en bevaarbaar gemaakt. Langs de Leidsche Rijn komt langs de bebouwing aan de Van Sijpesteijnkade een voetgangersroute. Deze route geeft ook toegang tot het station via de Noordertunnel en biedt een opgang naar het verhoogd gelegen Forum.

Bereikbaarheid expeditieverkeer

De toekomstige kantoren in de Westflank Noord maken gebruik van een gezamenlijk expeditiehof. Dit hof is gerealiseerd bij de oplevering van het Stadskantoor. Het expeditieverkeer zal de HOV baan gelijkvloers gaan kruisen. Deze locatie van de entree van het expeditiehof is vastgelegd in het structuurplan en verankerd in het Ontwikkelkader. Verhuisverkeer voor de woningen en expeditieverkeer voor de voorgestelde centrum voorzieningen aan de Van Sijpesteijnkade gaat door laden en lossen op de kade.

Bereikbaarheid per fiets

De Van Sijpesteijnkade is nu al een belangrijke verbinding tussen de westzijde van Utrecht en (voorbij) de binnenstad. Met de verbreding van de Van Sijpesteijnkade ontstaat ruimte om deze route beter in te richten. Vanaf de Van Sijpesteijnkade blijft de bewaakte fietsenstalling bij het station bereikbaar en wordt via een (afsluitbare) private route aan de spoorzijde de toekomstige fietsenstallingen voor de kantoren in de Westflank Noord ontsloten.

Dit is deels dezelfde private route als voor het emplacement en de VL post en tijdens de bouw van Fase 2 ook het autoparkeren voor het Stadskantoor. Dit vraagt om goede afspraken tussen partijen over de toegang en het medegebruik van deze route. Voor deze verbindingen is sociale veiligheid en fysieke veiligheid (fietsen vlak langs bouwwerk) een belangrijk aandachtspunt die bij het ontwerp van dit gebied zal moeten worden uitgewerkt.

Bereikbaarheid per auto

Uiteindelijk ontstaat er één grote parkeergarage met één centrale verticale ontsluiting in het Passtuk en één entree voor autoverkeer met een aansluiting op de Mineurslaan voor expeditie-verkeer. Deze locatie van de entree van de parkeergarage is vastgelegd in het Structuurplan en verankerd in het Ontwikkelkader. In de toekomst mag het reguliere autoverkeer de HOV baan niet kruisen. De parkeergarage wordt ontsloten aan de Mineurslaan. Autoverkeer rijdt in en uit via de Jaarbeurspleinstraat en kruist het expeditieverkeer van de Mineurslaan. De inrit van de parkeergarage aan de Mineurslaan is de enige plek met voldoende doorrijhoogte voor personenauto's onder de HOV. Tijdens de bouw van Fase 2 maakt het autoverkeer voor het Stadskantoor gebruik van de private route langs de VL-post.

4.5.2 Parkeren

Het maken van voldoende parkeerplaatsen is vanuit het structuurplan een harde randvoorwaarde voor het ontwikkelen van het voorgestelde programma. Daarnaast is vastgoed programma met onvoldoende parkeren ook onafzetbaar. Buiten het parkeren voor het programma bestaat ook de wens om het oorspronkelijke parkeren voor NS reizigers en de VL post in een nieuw te bouwen parkeergarage te integreren. Deze zal in fasen worden gerealiseerd. Daarbij is de in het Structuurplan voorgeschreven en in het Ontwikkelkader Mineurslaan opgenomen locatie voor de definitieve entree aan de Mineurslaan nabij de Van Sijpesteijnkade een vast gegeven. Onderstaande tabel (4.1) geeft een overzicht van de parkeerbehoefte in het gebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0344.BPVSIJPWESTHOVSTAT-0601_0020.png"

Tabel 4.1 parkeerbehoefte Westflank Noord conform normen Structuurplan (inclusief Stadskantoor)

De te realiseren parkeerplaatsen staan ten dienste van Westflank – Noord zelf, maar zijn ook bedoeld voor het nieuwe Stadskantoor. De parkeervoorzieningen zijn niet als publieke parkeergarage bedoeld. De parkeerbehoefte bestaat uit circa 650 parkeerplaatsen (dus inclusief het nieuwe stadskantoor). Van deze 650 parkeerplaatsen zijn er 280 bedoeld voor de woningen en 370 voor de kantoren. De parkeergarage heeft in principe een capaciteit voor 670 parkeerplaatsen. Hiermee is er een overschot aan 20 parkeerplaatsen. Deze zijn echter nodig voor de naast Westflank Noord gelegen VL post. In het structuurplan zijn uitgangspunten opgenomen met betrekking tot de parkeernormen. De in het structuurplan opgenomen parkeernormen zijn gebaseerd op een onderzoek dat is uitgevoerd ten tijde van het Masterplan.

Nota Stallen en parkeren

Met de nota Stallen en Parkeren (februari 2013) is er ook ruimte voor het Stationsgebied om andere normen voor woningbouw te hanteren. Voor deze ontwikkeling betreft dat alleen de normen voor woningen, voor kantoren is de parkeernorm gelijk gebleven.

Er zijn gesprekken gaande met NS over het parkeer areaal, mede aan de hand van de nieuwe parkeernormen, maar daar zijn nog geen besluiten over genomen. Als er te zijner tijd gebruik gemaakt gaat worden van de wijzigingsbevoegdheid in het bestemmingsplan om de woningen om te zetten in kantoren, zal dat uiteindelijk ook effecten hebben op de parkeerbalans.

Indien de 25.000 m² bvo woningen wordt omgezet naar kantoor betekent dit dat er in plaats van de 280 parkeerplaatsen voor de woningen maar 100 parkeerplaatsen voor de kantoren gerealiseerd hoeven te worden en kan er volstaan worden met een kleinere garage.

Het Passtuk

De ontwikkeling Westflank Noord bestaat uit drie fases (zie afbeelding 4.12):

Fase 1 en 1A het Stadskantoor Utrecht inclusief het bijbehorende deel van parkeergarage.

Fase 2 kantoorontwikkeling Mineurslaan-Noord en parkeren.

Fase 3, woningbouwontwikkeling Van Sijpesteijnkade strook.

Het Stadskantoor Utrecht is in aanbouw en zal in voorjaar 2014 worden opgeleverd. Dit betekent dat

het bouwterrein voor Fase 2 vrij komt in 2014. Bij een bouwtijd van een parkeergarage van circa 1,5 jaar betekent dit dat op zijn vroegst in 2015/2016 de bouw van de daarboven gelegen marktkantoren kan starten. Oplevering van de woningbouwontwikkeling aan de Van Sijpesteijnkade is tevens gekoppeld aan het parkeren dat in Fase 2 wordt voorzien.

Uitgangspunt daarbij vooralsnog is start bouw van de woningen bij gereedkomen van kantorenvolume van Fase 2 en gereedkomen van ingrepen in de openbare ruimte waaronder de aanleg van de HOV baan. Dat wil zeggen start bouw van de woningbouw in Fase 3 op zijn vroegst vanaf 2017 kan plaatsvinden.

Onder het Stadskantoor wordt in Fase 1 een parkeergarage met circa 150 plaatsen gerealiseerd met daarnaast als Fase 1A het Passtuk. Dit Passtuk verzorgt tijdelijk de ontsluiting voor deze parkeergarage tijdens Fase 1 en biedt daarnaast ook nog ruimte aan 50 parkeerplaatsen. De op basis van de norm ontbrekende parkeerplaatsen voor het Stadskantoor zullen tijdelijk kunnen worden ingevuld op het Jaarbeursterrein. Na oplevering van de parkeergarage Fase 2 zal ook het parkeren voor Fase 1 via de definitieve entree en bijbehorende stijgpunten kunnen worden ontsloten, en kunnen in het Passtuk extra parkeerplaatsen worden gerealiseerd.

afbeelding "i_NL.IMRO.0344.BPVSIJPWESTHOVSTAT-0601_0021.png"

Afbeelding 4.12 Fasering realisering parkeervoorzieningen

Fase 2 en 3

Ruimtelijk is onder Fase 3 geen efficiënte parkeergarage in te passen. De parkeerbehoefte van de gehele Westflank Noord zal volledig worden ingevuld in de parkeergarage onder Fase 2. Het voorliggende voorstel is om te komen tot de ontwikkeling van een parkeergarage met in totaal 450 parkeerplaatsen in vijf lagen waarvan de drie bovenste lagen boven maaiveld en op ongeveer gelijk niveau als bij het Stadskantoor en twee lagen onder maaiveld. Het Passtuk verzorgt de fysieke koppeling met het Stadskantoor. In totaal ontstaat zo een parkeergarage met 670 parkeerplaatsen. Dit aantal volstaat conform de parkeernorm en biedt bovendien ruimte aan het parkeren voor de VL-post. NS Stations is voornemens deze parkeergarage vooralsnog in eigendom te houden, zodat beschikbaarheid van parkeerplaatsen ook voor Fase 3 gegarandeerd wordt.

Fietsparkeren

De Sijpesteijnkade behoort tot het pilotgebied van het fietsparkeren Westzijde. Hieruit vloeit voort dat hier vooralsnog geen stallingsmogelijkheden op maaiveld wordt opgenomen. Het ontbreken van stallingsmogelijkheden op maaiveld kan een negatieve invloed hebben op het functioneren van de commerciële voorzieningen. De resultaten van de pilot fietsparkeren zal uiteindelijk ook hier worden toegepast op de inrichting van de Sijpesteijnkade. Als de parkeergarage voor auto's kleiner wordt naar aanleiding van toepassing van de nieuwe parkeernormen, kan dit dan ten goede komen voor een fietsenstalling. Het stadskantoor zal voorzien in zijn eigen fietsparkeerbehoefte die ook in de garage c.q het Passtuk is opgenomen. Deze fietsenstalling is bereikbaar via een een fietsroute vanaf de Van Sijpesteijnkade.

Op grond van art. 15.2 van de regels maakt de parkeeroplossing onderdeel uit van de besluitvorming op het moment van afgeven van de omgevingsvergunningen.