Plan: | Smakkelaarsveld, Binnenstad |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0344.BPSMAKKELAARSVELD-0601 |
Onder de Flora en Faunawet zijn diverse dier- en plantensoorten beschermd via verbodsartikelen en een algemene zorgplicht. Deze geldt voor alle dieren en planten en hun directe leefomgeving.
Alle Nederlandse flora en fauna is beschermd en de wet legt een zorgplicht op ten aanzien van alle planten en dieren. . Dat betekent dat dieren en planten niet verstoord, verontrust of gedood mogen worden. Er is echter wel verschil in beschermingsgradatie. De Nederlandse flora- en fauna is verdeeld in drie categorieën, die elk een andere bescherming genieten. Er wordt gesproken over tabel 1 soorten, tabel 2 soorten inclusief broedvogels en tabel 3 soorten. Tabel 3 soorten genieten de zwaarste bescherming.
De ontwikkelingen en uitvoering van plannen mogen niet in strijd zijn met de Flora- en faunawet en de internationale verplichtingen (Vogel- en Habitatrichtlijn). Daarom dient er bij dergelijke plannen eerst zorgvuldig onderzoek te worden gedaan naar de aanwezigheid van beschermde dier- en plantensoorten en de effecten van de plannen hierop.
Het onderzoek Ecologische beoordeling Smakkelaarsveld t.b.v. bestemmingsplan van TAUW d.d. 22 juni 2012 maakt voor het plangebied Smakkelaarsveld inzichtelijk dat er door de beoogde ingreep vanuit de Flora- en faunawet geen soorten of soortgroepen zijn waarop een negatief effect verwacht wordt, mits wordt voldaan aan enkele randvoorwaarden. Dit zijn de volgende randvoorwaarden:
Bij het in acht nemen van deze randvoorwaarden is een ontheffing van de Flora- en faunawet niet nodig. Vanuit de Flora- en faunawet gelden daarom met uitzondering van de zorgplicht, geen beperkingen voor de beoogde ontwikkeling. De uitvoerbaarheid van de beoogde ontwikkeling is daarom reëel. Naast de inachtname van de randvoorwaarden is ook de zorgplicht van kracht.
Aangezien de inpasbaarheid van de te handhaven bomen nog ter discussie staat bestaat de kans dat deze toch gekapt worden. Op dat moment is er sprake van een negatief effect en overtreding van artikel 11 van de Flora- en faunawet. Er dient dan vooraf een ontheffing in het kader van de Flora- en faunawet te worden aangevraagd. Deze ontheffing wordt alleen verleend op het moment dat mitigerende maatregelen worden getroffen en de staat van instandhouding van de populatie gewone dwergvleermuizen daarmee wordt gewaarborgd. Deze ontheffing wordt naar verwachting verleend bij het nemen van voldoende mitigerende maatregelen.