direct naar inhoud van Artikel 4 Groen
Plan: Fort bij Vechten
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0312.bpBNKfortvechten-oh01

Artikel 4 Groen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor Groen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen, waaronder begrepen, beplanting, bermen en bermsloten;
  • b. strook waarin de oorspronkelijke situatie van het fort wordt getoond en/of hersteld;
  • c. fiets- en voetpaden;
  • d. watergangen, waterpartijen, waterberging, oevers, taluds, onderhoudspaden en kaden;
  • e. instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende danwel daaraan eigen landschapswaarden;
  • f. extensief recreatief medegebruik, waaronder belevingsroutes;
  • g. speelvoorzieningen, speelveldjes;
  • h. sculpturen en andere kunstzinnige bouwwerken;
  • i. daarbij behorende voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen en kunstwerken, zoals duikers, bruggen en steigers.
4.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

4.2.1 Gebouwen
  • a. gebouwen mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a, zijn buiten bouwvlakken de bestaande kazematten en groepsschuilplaatsen toegestaan;
  • c. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan de bestaande goot- en bouwhoogte;

4.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van speelvoorzieningen, sculpturen en andere kunstzinnige bouwwerken mag niet meer bedragen dan 5 meter;
  • b. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer bedragen dan 3 meter.
4.3 Afwijken van de bouwregels:

Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 4.2.2 onder b ten behoeve van een overschrijding van de bouwhoogte, mits:

  • 1. de bouwhoogte niet meer dan 5 meter bedraagt;
  • 2. de in 4.1 onder e genoemde landschapswaarden niet onevenredig worden aangetast;
  • 3. de landschaps- en natuurwaarden van aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast.
4.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

4.4.1 Verbod

Het is verboden om op de voor Groen aangewezen gronden zonder of

in afwijking van een 'omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden' van het bevoegde gezag, de volgende werken en/of werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen en paden, en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen groter dan 60 m2;
  • b. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen, opvullen of egaliseren van de bodem;
  • c. het aanleggen en dempen van watergangen, sloten en andere waterpartijen;
  • d. het bebossen of anderszins beplanten met houtopstanden, waaronder begrepen het kweken en telen van bomen, struiken en heesters.
  • e. het aanleggen van onder- en/of bovengrondse transport-, energie- of telecommunicatieleidingen, en daarmee verband houdende constructies en/of installaties.

4.4.2 Uitzonderingen

Het in 4.4.1 genoemde verbod geldt niet voor werken en/of werkzaamheden die:

  • a. tot het normale onderhoud en beheer worden gerekend;
  • b. op het tijdstip van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan in uitvoering waren;
  • c. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende vergunning;
  • d. worden uitgevoerd voor de realisatie van 'de strook', zoals bedoeld onder 4.1 onder b.

4.4.3 Toetsingscriteria

De in 4.4.1 genoemde vergunning wordt slechts verleend indien door deze werken of werkzaamheden, danwel door de daarvan hetzij direct, hetzij indirect te verwachten gevolgen, geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de instandhouding en ontwikkeling van ter plaatse voorkomende landschapswaarden, danwel de mogelijkheden voor het herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind.