direct naar inhoud van Regels
Plan: Boschhuis
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0302.BP01216-VG01

Regels

Hoofdstuk 1 Inleidende regels

Artikel 1 Begrippen

1.1 plan

het bestemmingsplan Boschhuis met identificatienummer NL.IMRO.0302.BP01216-VG01 van de gemeente Nunspeet.

1.2 bestemmingsplan

de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij horende bijlagen.

geldende bestemmingsplannen

1.3 forensische zorg

Zorg als omschreven in de (ten tijde van de tervisielegging van dit ontwerpplan) Wet forensische zorg artikel 1.1 het tweede lid

1.4 geldende bestemmingsplannen

Het bestemmingsplan "Spoorzone", "Parapluplan Parkeren", "Parapluplan Bed en Breakfast" en "Parapluplan Onzelfstandige Bewoning en Logies Arbeidsmigranten / Seizoenarbeiders e.a"

1.5 maatschappelijke dienstverlening

educatieve, sociaalmedische, sociaalculturele en levensbeschouwelijke voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen

En voorts zijn de begrippen van de geldende bestemmingsplannen van toepassing.

Artikel 2 Wijze van meten

De wijze van meten van de geldende bestemmingsplannen zijn van toepassing.

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels

Artikel 3 Wonen - Voorlopig

3.1 Regels voorlopige bestemming

De regels van de bestemming 'Wonen' uit het bestemmingsplan "Spoorzone" zijn van toepassing, met dien verstande dat de bouwregels van artikel 15.2 van het bestemmingsplan "Spoorzone" worden vervangen voor de bouwregels van artikel 3.2 van dit bestemmingsplan.

3.2 Bouwregels
3.2.1 Hoofdgebouwen

Voor het bouwen van een hoofdgebouw gelden de volgende regels:

  • a. hoofdgebouwen zijn uitsluitend toegestaan ter plaatse van het bestaande hoofdgebouw;
  • b. als hoofdgebouw mogen uitsluitend woonhuizen worden gebouwd;
  • c. het maximum aantal woonhuizen betreft 7;
  • d. de goothoogte mag niet meer dan 4 m bedragen, tenzij de bestaande goothoogte hoger is, in welk geval de goothoogte ten hoogste de bestaande goothoogte mag bedragen;
  • e. de bouwhoogte mag niet meer dan 9 m bedragen, tenzij de bestaande bouwhoogte hoger is, in welk geval de bouwhoogte ten hoogste de bestaande bouwhoogte mag bedragen;
  • f. de dakhelling mag niet minder dan 15° bedragen;
  • g. kelders mogen uitsluitend worden gerealiseerd loodrecht onder het woonhuis, inclusief de aangebouwde bijbehorende bouwwerken, tot een diepte van niet meer dan 3,50 m;

3.2.2 Bijbehorende bouwwerken

Voor het bouwen van een bijbehorend bouwwerk bij een woonhuis gelden de volgende regels:

  • a. een bijbehorend bouwwerk moet worden gesitueerd op een afstand van ten minste 3 m achter de voorgevel van het woonhuis;
  • b. een vrijstaand bijbehorend bouwwerk moet worden gesitueerd op een afstand van ten hoogste 40 m van het dichtstbijzijnde punt van het woonhuis;
  • c. de gezamenlijke oppervlakte van de bijbehorende bouwwerken mag per woonhuis niet meer bedragen dan 75 m2;
  • d. de goothoogte van een bijbehorend bouwwerk mag niet meer dan 3,50 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte van een bijbehorend bouwwerk mag niet meer dan 4,50 m bedragen;
  • f. de afstand tot de perceelgrens moet ten minste 3 m bedragen.

3.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. indien zij vóór de voorgevel of een naar de weg gekeerde zijgevel van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan worden opgericht mag de bouwhoogte niet meer dan 1 m bedragen;
  • b. in overige gevallen mag de bouwhoogte niet meer dan 2,5 m bedragen.
3.3 Regels definitieve bestemming

Na afloop van 18 maanden na de vaststelling van voorliggend bestemmingsplan wijzigt de bestemming:

  • a. als tenminste één woning is gepasseerd bij een notaris, in de bestemming 'Wonen' waarbij de regels van het bestemmingsplan "Spoorzone" van toepassing zijn, met dien verstande dat de bouwregels van artikel 15.2 van het bestemmingsplan "Spoorzone" worden vervangen voor de bouwregels van artikel 3.2 van dit bestemmingplan; of
  • b. als geen woningen gepasseerd zijn bij een notaris, in de bestemming 'Maatschappelijk', waarbij de regels uit het bestemmingsplan "Spoorzone" van toepassing zijn, met dien verstande dat in aanvulling daarop het volgende geldt:
    • 1. forensische zorg niet is toegestaan;
    • 2. voor niet meer dan voor 40 personen 24-uurs-zorg gegeven mag worden met dien verstande dat na afwijking door het bevoegd gezag dit verhoogd kan worden tot 60 indien aangetoond wordt dat dit passend is op de locatie en de omgeving niet onevenredig belast;
    • 3. maatschappelijk dienstverlening is toegestaan.

Hoofdstuk 3 Algemene regels

De algemene regels van de geldende bestemmingsplannen zijn van toepassing met dien verstande dat in aanvulling op het bestemmingsplan Spoorzone het volgende geldt:

1. Zelfstandige bewoning niet is toegestaan, tenzij de bestemming 'Wonen' of 'Wonen - Voorlopig' geldt.

Artikel 4 Anti-dubbeltelregel

Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels

Artikel 5 Overgangsrecht

5.1 Overgangsrecht bouwwerken
  • 1. Een bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden krachtens een omgevingsvergunning, en afwijkt van het plan, mag, mits deze afwijking naar aard en omvang niet wordt vergroot:
    • a. gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd;
    • b. na het teniet gaan ten gevolge van een calamiteit geheel worden vernieuwd of veranderd, mits de aanvraag van de omgevingsvergunning wordt gedaan binnen twee jaar na de dag waarop het bouwwerk is teniet gegaan;
  • 2. Burgemeester en wethouders kunnen eenmalig afwijken van het eerste lid onder artikel 5.1 voor het vergroten van de inhoud van een bouwwerk als bedoeld in het eerste lid met maximaal 10%;
  • 3. Het eerste lid onder artikel 5.1 is niet van toepassing op bouwwerken die weliswaar bestaan op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan, maar zijn gebouwd zonder vergunning en in strijd met het daarvoor geldende plan, daaronder begrepen de overgangsbepaling van dat plan.
5.2 Overgangsrecht gebruik
  • 1. Het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is, mag worden voortgezet;
  • 2. Het is verboden het met het bestemmingsplan strijdige gebruik, bedoeld in het eerste lid onder artikel 5.2, te veranderen of te laten veranderen in een ander met dat plan strijdig gebruik, tenzij door deze verandering de afwijking naar aard en omvang wordt verkleind;
  • 3. Indien het gebruik, bedoeld in het eerste lid onder artikel 5.2, na het tijdstip van inwerkingtreding van het plan voor een periode langer dan een jaar wordt onderbroken, is het verboden dit gebruik daarna te hervatten of te laten hervatten;
  • 4. Het eerste lid onder artikel 5.2 is niet van toepassing op het gebruik dat reeds in strijd was met het voorheen geldende bestemmingsplan, daaronder begrepen de overgangsbepalingen van dat plan.

Artikel 6 Slotregel

Deze regels worden aangehaald als:

Regels van het bestemmingsplan 'Boschhuis'.