Plan: | De Vossenberg |
---|---|
Status: | ontwerp |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0302.BP01099-ow01 |
Per 1 september 2007 is de Wet op de archeologische monumentenzorg van kracht geworden. Dit betekent dat ruimtelijke plannen moeten worden getoetst op archeologische waarden. Hierbij moet rekening worden gehouden met zowel de bekende als de te verwachten archeologische waarden.
Voor de gemeente Nunspeet is archeologisch onderzoek uitgevoerd (Raap, Archeologische monumentenzorg in de gemeente Nunspeet, van 28 juli 2010). Op basis van de bijbehorende kaart heeft het oostelijk deel van het plangebied een hoge archeologische verwachtingswaarde en het westelijk deel een lage archeologische verwachtingswaarde.
In het gebied met de hoge archeologische verwachtingswaarde wordt de bodem verstoord door het graven van leidingen (gas, elektra en water) tot een diepte van circa 25 cm en het bouwen van een nieuw sanitair gebouw. Het gebied wordt voornamelijk ingericht voor de natuurlijk kampeerplaatsen. Voor het gebied met de hoge verwachtingswaarde is de dubbelbestemming "Waarde - Archeologie 2" opgenomen. Dit betreft een regeling voor de bescherming van eventueel aanwezige archeologische waarden.
De overige ontwikkelingen die leiden tot bodemverstoring zijn geconcentreerd in het gebied met de lage archeologische verwachtingswaarde. Hieronder vallen het voorzieningengebouw en de trekkershutten met een beperkt oppervlak.
Op basis van het bovenstaande wordt een nader archeologisch onderzoek niet noodzakelijk geacht. Wel wordt in de te verlenen omgevingsvergunning als voorwaarde gesteld dat de graafwerkzaamheden ten behoeve van de uitbreiding van het recreatieterrein worden begeleid door een archeoloog. Mochten dan bij de graafwerkzaamheden archeologische vondsten worden gedaan, dan kunnen deze vondsten op dat moment worden veiliggesteld.
Conclusie
In het kader van het bestemmingsplan leidt het aspect archeologie niet tot belemmeringen.