Plan:
Nijmegen Waalfront
Status:
vastgesteld
Plantype:
ex art. 10 WRO beheer/ontwikkeling
Artikel 1. Begripsbepalingen
Inhoudsopgave
1. aan huis verbonden beroep

een dienstverlenend beroep, dat op kleine schaal in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en de desbetreffende beroepsuitoefening een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.

2. aan huis verbonden (bedrijfs)activiteiten

het verlenen van diensten, het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid (geheel of overwegend door middel van handwerk uit te oefenen), het verstrekken van logies en ontbijt (bed and breakfast) waarvan de aard, omvang en uitstraling zodanig zijn dat de activiteit in de woning met behoud van de woonfunctie ter plaatse kan worden uitgeoefend.

3. aan- en uitbouw

een aan een hoofdgebouw aangebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.

4. archeologisch erfgoed

alle overblijfselen, voorwerpen en andere sporen van de mens uit het verleden, waarvan het behoud en de bestudering bijdragen tot het reconstrueren van de bestaansgeschiedenis van de mensheid en haar relatie tot haar natuurlijke omgeving.

5. archeologisch deskundige

de gemeentelijk (beleids)archeoloog of een andere door het college van Burgemeester en Wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de archeologie.

6. archeologisch onderzoek

onderzoek (bureauonderzoek en/of boren en/of geofysisch onderzoek en/of graven en/of begeleiden) verricht door een dienst, bedrijf of instelling erkend door het College voor de Archeologische Kwaliteit (CvAK/SIKB), beschikkend over een opgravingsvergunning ex artikel 39 MW en werkend volgens de Kwaliteitsnorm voor de Nederlandse Archeologie.

7. bebouwing

de bouwwerken.

8. bed and breakfast

een activiteit waarbij het verstrekken van logies en ontbijt plaatsvindt in de woning en ondergeschikt is aan de woonfunctie.

9. bedrijf

een onderneming waarbij het accent ligt op het vervaardigen, bewerken, installeren en verhandelen van goederen dan wel op het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij eventueel detailhandel plaatsvindt uitsluitend als niet zelfstandig en ondergeschikt onderdeel van de onderneming in de vorm van verkoop c.q. levering van ter plaatse vervaardigde, bewerkte of herstelde goederen, dan wel goederen die in rechtstreeks verband staan met de uitgeoefende handelingen.

10. bedrijvigheid

het uitoefenen van een bedrijf, met aanverwante activiteiten als laden en lossen en parkeren.

11. beeldkwaliteitplan

een document met daarin regels voor het kwaliteitsbeheer van het ruimtelijk beeld en uitspraken over de gewenste stedenbouwkundige en architectonische vorm en de structuur van (een gedeelte van) een stad of dorp. Met daarin ook regels over de visuele kwaliteiten van de openbare ruimte en de architectuur, waarbij het behoud of het bereiken van samenhang tussen architectuur en openbare ruimte essentieel is.

bescherming (in situ)

het duurzaam in standhouden van de archeologische waarden in de bodem als bron van kennis.

12. bestaand

bestaand bouwwerk: bestaand ten tijde van de terinzagelegging van het bestemmingsplan als ontwerp, dan wel mogen worden gebouwd krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde vergunning;

bestaand gebruik: bestaand ten tijde van het in werking treden van het bestemmingsplan.

13. bestemmingsgrens

een op de kaart aangegeven lijn, die de grens vormt van een bestemmingsvlak.

bestemmingsvlak

een op de plankaart aangegeven vlak met eenzelfde bestemming.

14. beurs

een activiteit waarbij bedrijfsmatig goederen/producten worden tentoongesteld of gepresenteerd aan personen en/of het geven van voorlichting/informatie over deze goederen/producten in een kraam, standplaats of vergelijkbaar middel met daarbij beperkt gelegenheid tot het direct kopen of ter verkoop aan te bieden.

15. blokmaat

de maat van een zijde van een blok bebouwing gelegen binnen het grid van het Quartier Romain.

16. bijgebouw

een vrijstaand, afzonderlijk van het hoofdgebouw in functioneel en bouwkundig opzicht aan het hoofdgebouw ondergeschikt gebouw op hetzelfde bouwperceel.

17. bijzondere woonvormen

een complex van woningen, met daarbij behorend speciale voorzieningen ten behoeve van lichamelijke, medische en/of sociale zorg voor de bewoners van het complex door specifieke doelgroepen, zoals psychogeriatrische patiënten, verstandelijk gehandicapten e.d.

18. bouwen

het plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het afmeren van elders gebouwde woonschepen en andere drijvende voorzieningen.

19. bouwhistorisch onderzoek

in een schriftelijke rapportage vastgelegd onderzoek naar de bouw-, verbouwings- en gebruiksgeschiedenis en bouwhistorische kwaliteit van een monument in de vorm van een bouwhistorische inventarisatie, -verkenning, -opname of -ontleding, uitgevoerd overeenkomstig de 'Richtlijnen Bouwhistorisch Onderzoek" d.d. 25-04-2000.

20. bouwlaag

een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of bij benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met inbegrip van de begane grond en met uitsluiting van onderbouw, (parkeer)kelder en zolder en met een minimale hoogte van 2,75 m1en een maximale hoogte van 4 m1.

21. bouwmarkt

het geheel of gedeeltelijk overdekt detailhandelsbedrijf met een overdekt verkoopvloeroppervlak van minimaal 2000 m2, waarop een volledig of nagenoeg volledig assortiment van bouw- en doe-het-zelf producten uit voorraad wordt aangeboden.

22. bouwperceel

een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.

23. bouwperceelsgrens

een grens van een bouwperceel.

24. bouwvlak

een op de kaart als zodanig aangegeven vlak, dat niet door bebouwing mag worden overschreden, behoudens krachtens deze voorschriften toegelaten afwijkingen.

25. bouwwerk

elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal die hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, al dan niet drijvend, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.

26. cultuurhistorische waarden

waarden die zijn gekoppeld aan de beschavingsgeschiedenis, ondergebracht als historisch (steden)bouwkundig erfgoed, historisch landschappelijk erfgoed of archeologisch erfgoed.

27. detailhandel

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die de goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, met uitzondering van het bieden van gelegenheid om gekochte etenswaren ter plaatse te nuttigen. Onder detailhandel wordt niet verstaan detailhandel in volumineuze goederen.

28. detailhandel in volumineuze goederen

detailhandel die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, zoals: verkoop van auto's, boten, caravans, tuininrichtingsartikelen, grove bouwmaterialen, keukens, meubels en woninginrichting en sanitair.

29. dienstverlenend bedrijf

een bedrijf met een uitsluitend of in hoofdzaak dienstverlenende of verzorgende taak al dan niet met een baliefunctie, zoals: uitzendbureaus, reisbureaus, wasserettes, kapsalons, bijkantoren van banken en van sociaal-culturele instellingen, postagentschappen, telefoon-, internet-, telegraaf- en telexdiensten, snelfoto-ontwikkel- en copy-shops, videotheken, autorijscholen en dergelijke.

30. erf

de gronden behorende bij de woning die mogen worden bebouwd met aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen overeenkomstig dit bestemmingsplan.

31. escortbedrijf

de natuurlijke persoon, groep van personen of rechtspersoon, die bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, prostitutie aanbiedt, die op een andere plaats dan in de bedrijfsruimte wordt uitgeoefend (escortservices, bemiddelingsbureaus, overige).

32. evenement

evenement zoals bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening voor de gemeente Nijmegen (APV).

33. galerie

ruimte voor het exposeren en verkopen van kunstwerken.

34. garagebedrijf

een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor verkoop, onderhoud en reparatie van motorvoertuigen, met dien verstande dat de verkoop van motorbrandstoffen is uitgezonderd.

35. gebouw

elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.

36. geluidscontour

een lijn die punten met een gelijke geluidsbelasting met elkaar verbindt.

37. geluidsgevoelige functies

functies als bedoeld in de Wet geluidhinder, zijnde:

  • woningen
  • basisscholen
  • scholen voor voortgezet onderwijs als bedoeld in de Wet op het voortgezet onderwijs
  • instellingen voor hoger beroepsonderwijs
  • ziekenhuizen
  • verpleeghuizen
  • verzorgingstehuizen
  • psychiatrische inrichtingen
  • medische centra
  • poliklinieken
  • medische kleuterdagverblijven
  • geluidsgevoelige terreinen:
  • terreinen die behoren bij andere gezondheidszorggebouwen dan algemene, categorale en academische ziekenhuizen, alsmede verpleeghuizen, voor zover deze bestemd zijn of worden gebruikt voor de in die gebouwen verleende zorg, of
  • woonwagenstandplaatsen
  • geluidszoneringsplichtige inrichting
  • een inrichting, bij welke ingevolge de Wet geluidhinder rondom het terrein van vestiging in een bestemmingsplan een geluidzone moet worden vastgesteld.
38. grid

een rechthoekig raster van assen van wegen, straten en/of voet- en fietspaden.

39. gridmaat

de maat tussen twee parallel lopende assen in het Quartier Romain.

40. groothandel

het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan wederverkopers, dan wel aan instellingen of personen ter aanwending in een andere bedrijfsactiviteit.

41. historisch stedenbouwkundig erfgoed

fysieke verschijningsvorm en geschiedenis van de gebouwde omgeving.

42. historisch landschappelijk erfgoed

fysieke verschijningsvorm en geschiedenis van landschap en geografie.

43. hoofdgebouw

een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn aard, constructie en/of afmetingen dan wel gelet op de bestemming als belangrijkste gebouw valt aan te merken.

44. horecabedrijf

een bedrijf of instelling waar als hoofddoel bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt, niet zijnde detailhandel en/of ondersteunende horeca.

45. hotel

een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van logies (per nacht) met als nevenactiviteiten het verstrekken van maaltijden en/of dranken voor consumptie ter plaatse.

46. incidentele evenementen

sporadische evenementen welke geen essentieel onderdeel uitmaken van het totale gebruik van het pand of de accommodatie of de openbare ruimte.

47. infiltratievoorziening

een voorziening om (afgekoppeld) hemelwater (tijdelijk) te bergen en eventueel te zuiveren voordat het water wordt toegevoegd aan het grondwater of aan het oppervlaktewater.

48. kantoor

een ruimte welke door de aard en indeling kennelijk is bestemd om uitsluitend of in hoofdzaak dienstig te zijn tot het verrichten van administratieve en/of ontwerptechnische arbeid, al dan niet met een ondergeschikte baliefunctie.

49. karakteristiek object

een te beschermen overblijfsel van vroegere cultuur, nijverheid of wetenschap, dat niet onder de Monumentenwet valt.

50. ligplaats woonschip

de ruimte die door een woonschip permanent wordt of kan worden ingenomen.

51. Masterplan

het Waalfront Nijmegen Masterplan zoals vastgesteld door de gemeenteraad op 7 februari 2007.

52. maatschappelijke voorzieningen

het openbaar bestuur, gebouwde sportvoorzieningen, medische , sociale, culturele, educatieve en levensbeschouwelijke diensten, openbare orde en veiligheid en daarmee gelijk te stellen diensten (zoals bijvoorbeeld: huisarts, apotheek, verzorgingstehuizen).

53. monument

beschermd of te beschermen overblijfsel van vroegere cultuur, nijverheid of wetenschap, dat valt onder de bescherming van de Monumentenwet 1988 of de Monumentenverordening 2003 van de gemeente Nijmegen.

54. natuurlijke waarden

de aan een gebied toegekende waarden in verband met de in dat gebied voorkomende geologische, bodemkundige, ecologische en biologische elementen.

55. onderkomens

voor verblijf geschikte – al dan niet aan de bestemming onttrokken – voer-, vaar- en vliegtuigen, arken, caravans en stacaravans voor zover deze niet als bouwwerken zijn aan te merken, alsook tenten.

56. ondersteunende horeca

horeca waarbij de horeca-activiteit ondergeschikt is aan de hoofdactiviteit.

57. overkapping

een constructie die maximaal drie wanden heeft waarvan er maximaal twee tot de constructie behoren.

58. plan

het bestemmingsplan "Nijmegen Waalfront", bestaande uit de kaart en deze voorschriften.

59. (plan)kaart

de tegelijk met deze voorschriften vastgestelde kaart, bestaande uit twee kaartbladen, met bijbehorende verklaring, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden en de aanduidingen zijn aangegeven, de plankaart, nr. 230979A en de belemmeringenkaart, nr. 230979B.

60. prostitutie

het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele diensten ten behoeve van een ander tegen vergoeding.

61. raamprostitutie

een seksinrichting met één of meer ramen van waarachter de prostituee/prostitué tracht de aandacht van passanten op zich te vestigen.

62. recreatie

kleinschalige, buurtgebonden, recreatie in de parken en grootschalige recreatie die gekoppeld is aan een evenement als bedoeld in de Algemene Plaatselijke Verordening (APV) in de openbare ruimte.

63. recreatieve sportvoorziening

voorziening, zoals een trapveld, een basketbalveld, een skateboardbaan en dergelijke, waarbij per voorziening een ruimtereservering geldt van minimaal 600 m2.

64. speelplekken

voorziening, zoals een klimrek, een zandbak, een wipkip en dergelijke, waarbij per speelplek rekening een ruimtereservering geldt van minimaal 400 m2.

65. seksinrichting

een voor het publiek toegankelijk gebouw of bouwwerk, geen gebouw zijnde dan wel onderkomen, waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een afwerkplek, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al of niet in combinatie met elkaar.

66. stacaravan

een caravan, die toch als gebouw valt aan te merken.

67. straatmeubilair

de op of bij de weg behorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zoals: verkeerstekens, wegbebakeningen, bewegwijzeringen, verlichting, halteaanduidingen, parkeerregulerende constructies, road barriers, afvalinzamelsystemen, brandkranen, informatie- en reclameobjecten, rijwielstandaards, papier- en plantenbakken, zitbanken, communicatievoorzieningen, beeldende kunst, gedenktekens, speelvoorzieningen, abri's en dergelijke.

68. straatprostitutie

het op straat uitoefenen van prostitutie of het door handelingen, houding, woord, gebaar of op andere wijze, passanten tot prostitutie bewegen, uitnodigen dan wel aanlokken.

69. terras

een buiten of op een gebouw gelegen ruimte, waar zitgelegenheid kan worden geboden en waar tegen vergoeding dranken worden geschonken en/of etenswaren verstrekt.

70. tuin

de gronden behorende bij de woning die niet bebouwd mogen worden, behoudens de bepalingen in dit bestemmingsplan.

71. wellnesscentrum

een gebouw of een complex van gebouwen waarvan het gebruik, uitsluitend in een combinatie van meerdere functies, gericht is op een gezonde levensstijl in de breedste zin van het woord. Deze functies kunnen zijn: een sauna, een solarium, een massagesalon, een schoonheidssalon, en voorzieningen voor voedingsadvies, fitness en dergelijke.

72. wonen

het huisvesten van één of meerdere personen.

73. woning

een (gedeelte van een) gebouw dat dient voor wonen.

74. woonschip

een drijvende woning.

75. zaalverhuur

een inrichting ten behoeve van het al dan niet bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie, waarbij het verstrekken van al dan niet ter plaatse bereide etenswaren en/of het verstrekken van drank voor consumptie ter plaatse mogelijk is.