direct naar inhoud van 3.5 Water
Plan: Nijmegen Midden - 11 (Jan Luykenstraat-Ruusbroecstraat e.o.)
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0268.BP2011-OH01

3.5 Water

Integraal waterbeheer

Voor het totale waterbeleid wordt de term Integraal Waterbeheer gebruikt. In het Waterplan Nijmegen wordt onderscheid gemaakt in watersysteem en waterketen. Voor bestemmingsplannen is dat een relevante scheiding. Het watersysteem omvat grofweg de cyclus van het regenwater, het oppervlaktewater, het grondwater en de bijbehorende leefgemeenschappen. De waterketen omvat het menselijk ingrijpen hierin.

Zowel onderdelen van het watersysteem als de waterketen kunnen van belang zijn om een (dubbel)bestemming te krijgen in een bestemmingsplan. Bijvoorbeeld als het gaat om oppervlaktewater of infiltratievoorzieningen, waterkeringen, grondwaterbeschermingsgebied of hoofdriooltransportleidingen. Daarnaast moet men in een bestemmingsplan rekening houden met zaken, die geen eigen bestemming hebben maar wel van belang zijn voor de voorschriften.

Het watersysteem in Nijmegen

Nijmegen is gelegen op de overgang van de stuwwal naar het lager gelegen poldergebied. Boven op de stuwwal ligt de grondwaterstand 10 tot 50 meter onder het oppervlak. Regenwater dat in dit gebied op onverhard oppervlak valt, zakt na verloop van tijd weg in de ondergrond. Alleen op plaatsen met ondoordringbare kleilagen stroomt het horizontaal weg en treedt als beek naar buiten. Dit komt alleen buiten Nijmegen voor. Het zand van de stuwwal 'filtert' het water, waardoor in diepere lagen schoon grondwater voor de drinkwatervoorziening beschikbaar komt (Heumensoord). Op de stuwwalhelling is geen oppervlaktewater aanwezig. Er zijn wel enkele overstortvijvers, die onderdeel van het rioolstelsel zijn.

Het gebied direct ten oosten van het Maas-Waalkanaal kan worden gezien als het overgangsgebied van hoog naar laag. Dit gebied kent sterk wisselende grondwaterstanden. Kleilenzen in de bodem belemmeren plaatselijk het wegzakken van regenwater. Hierdoor kan het water in de tuinen blijven staan. Op sommige plekken is oppervlaktewater aanwezig. Deze vijvers worden deels op natuurlijke wijze gevoed door grondwater uit de stuwwal en vanuit de Waal en het Maas-Waalkanaal. Het lage deel van Nijmegen is gelegen in Dukenburg, Lindenholt en de Waalsprong.

Het watersysteem in Willemskwartier

De hoogste grondwaterstand in het Willemskwartier bevindt zich meer dan tien meter beneden maaiveld. In het Willemskwartier is geen oppervlaktewater.

De waterketen in Willemskwartier

Het hemelwater dat in Nijmegen ten oosten van het kanaal op het verhard oppervlak valt wordt afgevoerd naar het rioolstelsel. Het hemelwater en afvalwater wordt in het algemeen gezamenlijk afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie. Bij stortbuien is er onvoldoende opvangcapaciteit en stroomt het riool over in overstortvijvers of ander oppervlaktewater.

In het Willemskwartier zijn geen riooloverstorten. Onder de Willemsweg ligt een vrijverval hoofdriooltransportleiding, die afvalwater vanuit Willemskwartier en een deel van Hazenkamp afvoert richting Graafseweg en Nijmegen Centrum.

Om de hoeveelheid overstortingen te verminderen wordt in de bestaande stad de afvoer van hemelwater van verhard oppervlak afgekoppeld van de riolering. Hierdoor kan het regenwater de grond in zakken. Dit afkoppelen kan ook plaatsvinden in Willemskwartier. Ondergrondse infiltratie van afstromend hemelwater via permeobuizen is aanwezig onder het Potgieterplein en delen van de Jacob Catsstraat, de Genestetlaan, de Dr. Schaepmanstraat en de Pater van Meursstraat.

Het Willemskwartier valt binnen het toepassingsgebied van de nota 'afkoppelen en infiltreren van hemelwater' (april 2010). Dat betekent dat bij (vervangende) nieuwbouw afstromend hemelwater in principe via een voorziening op eigen terrein in de bodem moet infiltreren.

Ook het afstromend hemelwater van openbaar verhard terrein zou kunnen worden afgekoppeld en in de bodem geïnfiltreerd. Op basis van het Gemeentelijk Rioleringsplan Nijmegen 2010-2016, dat de financiële en technische kaders hiervoor geeft, zou dat zo veel mogelijk moeten door bovengrondse inzameling van afstromend hemelwater en infiltratie in het groen, infiltratie via vertikale infiltratieriolen of afvoer naar oppervlaktewater. Of en hoe er wordt afgekoppeld is een technische en financiële afweging.