Plan: | Buitengebied Dorp Lent - 27 (Geluidsscherm spoorlijn) |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0268.BP140W27-OH01 |
De spoorlijn Arnhem - Nijmegen ligt voor een belangrijk deel op een oude waterkering die deel uitmaakt van de historische IJssellinie. In het noordelijk deel van het plangebied liggen de spoorrails min of meer op dezelfde hoogte als het omringende maaiveld. Het spoorlichaam loopt vanaf de kruising met het Keizer Augustusplein geleidelijk op, tot een hoogte van circa 20 meter nabij de zuidelijke grens van het plangebied. Hier sluit het spoorlichaam aan op de spoorbrug over de Waal.
Het westelijk talud bestaat grotendeels uit grasland, met hier en daar opgaande beplanting en enkele solitaire bomen. Op het oostelijk talud is over relatief grote afstanden, in het gebied tussen de Spoorlijn en de Prins Mauritssingel, opgaande beplanting aanwezig. Door Royal Haskoning is een inventarisatie verricht van de bestaande situatie, waarbij mogelijke belemmeringen voor de realisering van de nieuwe geluidsschermen in beeld zijn gebracht. Uit de inventarisatie zijn de volgende aandachtspunten naar voren gekomen:
Bij de uitwerking van de geluidsschermen dient met deze aandachtspunten rekening te worden gehouden. Voorliggend bestemmingsplan biedt voldoende flexibiliteit om, ook ter hoogte van de snelbinder, een passende oplossing te kunnen realiseren. Bij de vervanging van het tijdelijke station Nijmegen-Lent door het definitieve station Nijmegen Lent wordt rekening gehouden met de realisering van de geluidsschermen op dit gedeelte van het traject.
Verder zijn geen belemmeringen aangetroffen die de realisering van de geluidsschermen onmogelijk maken. Wel dient bij realisering rekening te worden gehouden met de aanwezige objecten die verband houden met de spoorlijn (portalen, bovenleiding, diverse andere bouwwerken) en de aanwezige ondergrondse leidingen (zie paragraaf 3.2.6). Daarnaast zijn enkele onderdoorgangen aanwezig of geprojecteerd (zie paragraaf 2.2.4) die behouden dienen te blijven. Deze onderdoorgangen leveren geen belemmering op voor de realisering van de geluidsschermen.