direct naar inhoud van Toelichting
Plan: Zwarte Kamp 12
Status: vastgesteld
Plantype: wijzigingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Aanleiding voor het wijzigingsplan

Dit wijzigingsplan is opgesteld naar aanleiding van het verzoek om medewerking te verlenen aan de bouw van een nieuwe woning aan de Zwarte Kamp 12 in Geldermalsen. Bij de nieuw op te richten woning zal ook een bijgebouw worden gebouwd.

Naar aanleiding van een eerder initiatief zijn in 2007 ruimtelijke randvoorwaarden opgesteld voor de locatie. Mede op basis hiervan is een bouwplan tot stand gekomen waarvoor in 2008 een vergunning is verleend aan de hand van een vrijstelling ex artikel 19, lid 2 WRO. Dit plan is niet gerealiseerd. Vervolgens is in 2011 het bestemmingsplan “Geldermalsen woongebied 2011” vastgesteld met een bouwvlak dat gebaseerd is op een ander bouwplan. In het huidige bestemmingsplan is een vierkant bouwblok opgenomen voor het hoofdgebouw. Dit bouwblok ligt centraal op het kavel en relatief ver naar achteren ten opzichte van de voorste perceelsgrens aan de doorgaande weg de Zwarte Kamp. Hierdoor zou het hoofdgebouw relatief ver achter op het bouwblok worden gepositioneerd waarbij dan weinig achtertuin overblijft. Door middel van een principeverzoek (d.d. 5 december 2014) is het verzoek ingediend het bouwvlak te wijzigen om de nieuwe woning te kunnen realiseren. Burgemeester en wethouders hebben op 17 maart 2015 besloten in te stemmen met het ingediende principeverzoek.

afbeelding "i_NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1_0002.png"

Ligging nieuwe hoofdgebouw (bruin) ten opzichte van het bouwvlak (stippellijn) uit het geldend bestemmingsplan. Met lichtgrijs gestippeld het vlak met het bouwplan uit 2008.

Om op deze locatie een woning met bijgebouw(en) te kunnen realiseren wordt een wijzigingsbevoegdheid uit het geldende bestemmingsplan "Geldermalsen woongebied 2011" toegepast. Hierin wordt onder voorwaarden mogelijk gemaakt het bestemmingsplan te wijzigen ten behoeve van het toestaan van een woning op deze locatie.

Via voorliggend document wordt gemotiveerd waarom medewerking wordt verleend en waarom dat kan volgens de Wet ruimtelijke ordening (Wro).

1.2 Ligging plangebied

Het plangebied is gelegen aan de Zwarte Kamp 12 te Geldermalsen en is kadastraal bekend bij de gemeente als Sectie G, nummer 1033 (gedeeltelijk) en nummer 3184 (gedeeltelijk). Het plangebied heeft een oppervlakte van circa 1.000 m2. Onderstaande afbeelding toont globaal de ligging van het plangebied in de omgeving.

afbeelding "i_NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1_0003.png"  
Ligging plangebied (met rood omlijnd), bron: Bing Maps, 2015  

1.3 Opbouw wijzigingsplan

Het wijzigingsplan is een bindend plan voor zowel overheid als burgers. In een wijzigingsplan wordt de bestemming, ofwel de functie van de grond aangewezen. Ook geeft het wijzigingsplan regels over het gebruik van de grond en wat daarop gebouwd mag worden. Omgevingsvergunningen moeten worden getoetst aan het wijzigingsplan, alvorens ze worden verleend. Dit wijzigingsplan bestaat uit een toelichting, een verbeelding en planregels.


Toelichting

De toelichting wordt opgesteld overeenkomstig artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). In de toelichting is opgenomen:

  • een verantwoording van de in het plan gemaakte keuze van bestemmingen;
  • een beschrijving van de wijze waarop in het plan rekening is gehouden met de gevolgen voor de waterhuishouding;
  • de uitkomsten van het in artikel 3.1.1 Bro bedoelde overleg;
  • de uitkomsten van het met toepassing van artikel 3.2 van de Algemene wet bestuursrecht verrichte onderzoek;
  • een beschrijving van de wijze waarop burgers en maatschappelijke organisaties bij de voorbereiding van het wijzigingsplan zijn betrokken;
  • de inzichten over de uitvoerbaarheid van het plan.


Omdat bij de voorbereiding van het wijzigingsplan geen milieueffectrapport als bedoeld in hoofdstuk 7 van de Wet milieubeheer is opgesteld, worden in de toelichting, conform artikel 3.1.6 lid 2 Bro, ten minste neergelegd:

  • een beschrijving van de wijze waarop met de in het gebied aanwezige cultuurhistorische waarden en in de grond aanwezige of te verwachten monumenten rekening is gehouden;
  • voor zover nodig een beschrijving van de wijze waarop rekening is gehouden met overige waarden van de in het plan begrepen gronden en de verhouding tot het aangrenzende gebied;
  • een beschrijving van de wijze waarop krachtens hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer vastgestelde milieukwaliteitseisen bij het plan zijn betrokken.


Verbeelding

De verbeelding, een kaart, geeft de bestemming van de grond aan met daarbij eventuele aanduidingen zoals bouwvlakken. Door op de verbeelding te kijken is te zien welke bestemmingen en mogelijke aanduidingen er gelden. De verbeelding omvat de laatste afspraken over InformatieModel Ruimtelijke Ordening (IMRO) en Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP) 2012.


Planregels

De planregels geven de gebruiksmogelijkheden aan van de grond en vaak ook op welke wijze de gronden bebouwd mogen worden. Bij het opstellen van de planregels van dit wijzigingsplan is aangesloten bij de regels van het bestemmingsplan "Geldermalsen woongebied 2011", omdat dit wijzigingsplan uit dat bestemmingsplan voortvloeit.

1.4 Leeswijzer

Hoofdstuk 2 beschrijft het initiatief. Hoofdstuk 3 omvat een beschrijving van het relevante beleid en de relevante wetgeving. In hoofdstuk 4 is ingegaan op de uitvoerbaarheid van het plan. In hoofdstuk 5 is de juridische planbeschrijving gegeven. Tot slot bevat hoofdstuk 6 de maatschappelijke uitvoerbaarheid van het plan, waarbij de uitkomsten van de overlegmomenten en zienswijzen zijn opgenomen.

Hoofdstuk 2 Het initiatief

2.1 Huidige situatie

De Zwarte Kamp is gelegen in de noordelijke rand van de kern Geldermalsen. Het perceel nr. 12 is in gebruik als grasland. De Zwarte Kamp kan getypeerd worden als een rustige, lusvormig woonstraat die aansluit op de Stationsweg. Aan de lus sluiten nog enkele zijtakken aan waaraan eveneens woningen zijn gesitueerd. Het betreffende perceel grenst aan het zuidelijk deel van de lus en bevindt zich op de hoek van een zijtak richting de Van Dam van Isseltweg. Door de ligging in de bocht is de locatie vanaf de Stationsweg zichtbaar. Het wijkje is ruim opgezet en heeft een groene uitstraling door de ruime voortuinen van de woningen en het grote aantal aanwezige bomen. De begeleiding vanaf deze straat richting het perceel bestaat uit vrijstaande woningen in een verschillende vormgeving. Afgezien van de woning op de hoek Stationsweg – Zwarte Kamp zijn dit traditionele woonhuizen van overwegend één bouwlaag met een kap. De nokrichtingen zijn verschillend, rondom de locatie is sprake van dwarskappen. Er is geen harde rooilijn, maar de woningen volgen wel duidelijk het verloop van de weg. Richting de Zwarte Kamp 12 worden de voortuinen iets ruimer. Het perceel aan wordt omgeven door de siertuinen van de diverse omliggende woonpercelen. De westgrens van het perceel is de ontsluitingsweg van het perceel Zwarte Kamp 10. Deze weg staat via een fietssluis in verbinding met de ontsluitingsweg van de percelen Van Dam van Isseltweg 5 en 7. Hiermee is er een directe voetgangers- en fietsverbinding tussen de Zwarte Kamp en Van Dam van Isseltweg.

Een aanzicht van de Zwarte Kamp met het betreffende perceel in de huidige situatie is op onderstaande afbeelding weergegeven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1_0004.png"

Huidige situatie Zwarte Kamp met nr. 12 aan het 'eind' van de straat

afbeelding "i_NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1_0005.png"

Zicht vanaf de Zwarte Kamp 12 naar de straat toe

2.2 Toekomstige situatie

Vertrekpunt voor de nieuwe woning zijn de oorspronkelijke ruimtelijke randvoorwaarden (zie bijlage 1 'Ruimtelijke randvoorwaarden') in combinatie met de gebiedskarakteristiek (Dorpsbebouwing 1), zoals beschreven in het bestemmingsplan “Geldermalsen woongebied 2011”. Het schetsontwerp van de nieuwe woning grijpt duidelijk terug op voornoemde ruimtelijke uitgangspunten. Er is goed gekeken naar de plaatsing van de woning in aansluiting op de aangrenzende rooilijnen. De plattegrond van het hoofdvolume is weliswaar iets groter dan de omringende woningen, maar is door de vrije ruimte rondom de woning goed inpasbaar. Het schetsplan voorziet in de bouw van een hoofdgebouw met een inhoud van circa 1100 m³. De goothoogte van de woning is maximaal 5,6 m en de bouwhoogte maximaal 10 m. Aan het hoofdgebouw wordt aan de rechter zijgevel een vergunning plichtig aangebouwd bijgebouw voorgesteld. De keuze voor een moderne interpretatie van een reguliere bouwstijl is een nieuwe toevoeging aan het bebouwingsbeeld zonder daar inbreuk op te maken. Moderne architectuur is al aanwezig in het gebied en de combinatie met traditionele elementen als een kap zorgt voor een verrijking van het straatbeeld.

De nokrichting van de nieuwe woning ligt evenwijdig aan de Zwarte Kamp.

Het perceel zal worden ontsloten via de toegangsweg welke ook voor nr. 10 gebruikt wordt. Het perceel biedt genoeg ruimte om te voorzien in parkeren op eigen terrein.

Onderstaand is een impressie opgenomen van de nieuwe woning met gewenste bijgebouw(en).

afbeelding "i_NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1_0006.png"

Impressie gewenste woning, bovenaanzicht

afbeelding "i_NL.IMRO.0236.GDMZWARTEKAMP12-VSG1_0007.png"

Impressie gewenste woning, vogelvluchtaanzicht

Hoofdstuk 3 Beleidskader

3.1 Algemeen

Bij voorliggend initiatief is sprake van de realisatie van een nieuwe woning. In het geldend bestemmingsplan is hiervoor een woonbestemming toegekend met een bouwtitel (zie volgende paragraaf). Het is dus een functie die past binnen de geldende bestemming. Er wordt geen extra woning toegevoegd. Er is nu al woning toegestaan. Er is enkel sprake van een kleine verschuiving van het bouwvlak alsmede een beperkte afwijkende bouw- en goothoogte van de woning. Beide afwijkingen passen binnen de binnenplanse afwijkingsmogelijkheid van het vigerende bestemmingsplan. Een toetsing aan de beleidskaders van het rijk, provincie en gemeente is daarom dan ook niet noodzakelijk en kan derhalve achterwege blijven. Wel zal als vanzelfsprekend voldaan moeten worden aan de voorwaarden van de wijzigingsbevoegdheid uit het geldend bestemmingsplan (zie navolgende paragrafen).

3.2 Geldend bestemmingsplan

Het plangebied maakt onderdeel uit van het vigerende bestemmingsplan "Geldermalsen Woongebied 2011". Dit bestemmingsplan is op 25 september 2012 door de gemeenteraad van Geldermalsen vastgesteld. Op basis van het vigerende bestemmingsplan heeft het plangebied de bestemmingen ‘Wonen’. Over het gehele plangebied ligt de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie 1'. De nieuwe woning past niet binnen de ligging van het huidige bouwvlak alsmede de toegestane bouw- en goothoogte. Het bestemmingsplan biedt via een wijzigingsbevoegdheid (artikel 18 lid 5.2) de mogelijkheid om het bouwvlak aan te passen en af te wijken van de geldende maatvoeringen, met dien verstande dat aan een aantal voorwaarden moet worden voldaan.

3.3 Toetsing aan de wijzigingsvoorwaarden

Bij het toepassen van de wijzigingsbevoegdheid moet worden voldaan aan de volgende voorwaarden:

a) geen onevenredige aantasting zal plaatsvinden van het woon- en leefmilieu en de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;

De omliggende percelen zijn allen woonpercelen. De nieuwe woning past op heel logische wijze in het straatbeeld. Belangen van derden worden hiermee dan ook niet onevenredig geschaad. Dit te meer ook omdat uit de huisnummering ter plaatse al is op te maken dat hier nog een woning komt. Het perceel is namelijk gelegen tussen nummers 8, 10 en 16: eenieder kan daaruit opmaken dat nummer 12 nog komt.

In de (directe) omgeving van de nieuwe woning liggen geen bedrijven. De nieuwe woning ligt daarmee op een verantwoorde afstand van bestaande bedrijven. Vanuit dit oogpunt is het initiatief uitvoerbaar.

b) geluidsgevoelige bebouwing in de zin van de Wet geluidhinder uitsluitend kan worden toegestaan, indien uit onderzoek blijkt, dat de voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder, niet wordt overschreden;

- Het plangebied ligt aan de Zwarte Kamp die getypeerd wordt als een rustige woonstraat . De maximum snelheid op deze weg is 30 km/u. De Wet geluidhinder is niet van toepassing op wegen die liggen binnen een woonerf en voor 30 km/u-wegen, omdat er geen onderzoekzones gelden.

- Op de nabijgelegen Van Dam van Isseltweg en Koppelsedijk geldt een maximum snelheid van 50 km/u. Deze wegen hebben een onderzoekszone van 200 m. De locatie van de nieuwe woning is gelegen binnen deze onderzoekszone van beide wegen. Een akoestisch onderzoek is om deze reden vanuit de Wet geluidhinder noodzakelijk.

Voor de eerder opgestelde ruimtelijke onderbouwing is een akoestisch onderzoek uitgevoerd. Uit dat onderzoek is naar voren gekomen dat de geluidsbelasting op de woning beduidend lager is dan de voorkeursgrenswaarde van 48 dB. Daarnaast kan worden aangegeven dat de nieuwe woning gelegen is tussen bestaande woningen. Ook vanuit dat oogpunt is het aannemelijk dat het plan vanuit akoestisch oogpunt uitvoerbaar is. Voor meer informatie wordt verwezen naar het akoestisch onderzoek dat is opgenomen in bijlage 2 'Ruimtelijke onderbouwing Zwarte Kamp 12 2008'.

c) de aanduiding "specifieke bouwaanduiding - hoofdgebouw" en eventueel de aanduiding "bouwvlak" worden gewijzigd/ verplaatst;

De beide aanduidingen zijn op de verbeelding aangepast.

d) er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de waarden (behoud, beheer en herstel van het karakteristieke straatbeeld).

Het ingediende bouwplan grijpt duidelijk terug op voornoemde ruimtelijke uitgangspunten. Er is goed gekeken naar de plaatsing van de woning in aansluiting op de aangrenzende rooilijnen. De plattegrond van het hoofdvolume is weliswaar iets groter dan de omringende woningen, maar is door de vrije ruimte rondom de woning goed inpasbaar. NB: De niet gebouwde woning waarvoor in 2008 vergunning is verleend had een vergelijkbaar hoofdvolume. Gezien de ligging in de zichtlijn vanaf de Stationsweg kan de nieuwe woning ook wat meer maat hebben. De keuze voor een moderne interpretatie van een reguliere bouwstijl is een nieuwe toevoeging aan het bebouwingsbeeld zonder daar inbreuk op te maken. Moderne architectuur is al aanwezig in het gebied en de combinatie met traditionele elementen als een kap zorgt voor een verrijking van het straatbeeld.

Ondanks dat het plan grotendeels in lijn is met de ruimtelijke randvoorwaarden, zijn er ook afwijkingen. De voortuin is minder diep dan de aangegeven 6 meter (exclusief groenstrook, gemeten vanaf perceelgrens). Gemeten tot aan de straat bedraagt de afstand 8 meter, wat vergelijkbaar is met de woning Zwarte Kamp 8. Zoals genoemd in de situatiebeschrijving, verruimt in dit gedeelte het straatbeeld zich ten opzichte van het deel richting de Stationsweg. De gekozen positie maakt het beeld niet ruimer, maar verdicht het evenmin. De ruime opzet blijft behouden zodat het mogelijk is af te wijken van de aangegeven afstand van 6 meter.

Een andere afwijking is de goothoogte. Deze bedraagt 5,6 meter in plaats van de voorgeschreven 4,50 meter. In de omgeving liggen de goothoogtes overwegend laag (één bouwlaag met kap), incidenteel zijn ze hoger bijvoorbeeld bij de woning op de hoek van de kruising Stationsweg-Zwarte Kamp (twee bouwlagen met plat dak). Vraag is of het betreffende perceel in aanmerking zou kunnen komen voor een incidentele hogere goothoogte. De afstand tot de aangrenzende woningen is in ieder geval zodanig ruim dat dit geen bezwaar oproept. Verder biedt de ligging in de zichtlijn vanaf de Stationsweg de mogelijkheid om een verbijzondering te maken. Vanuit dit oogpunt is eerder al aangegeven dat een iets groter bouwvolume mogelijk is, wat ook tot uitdrukking kan komen in de hogere goothoogte. Hierdoor en door de eerder aangegeven aanwezige omringende ruimte is het mogelijk om af te wijken van de aangegeven goothoogte waarbij aansluiting zal worden gezocht bij de binnenplanse afwijkingsmogelijkheid van het vigerende bestemmingsplan.

Samenvattend volgt uit het voorgaande dat het bouwplan in lijn is met de stedenbouwkundige visie die ten grondslag ligt aan de eerder geformuleerde ruimtelijke randvoorwaarden. Het plan wijkt weliswaar op een aantal punten hiervan af, maar dit wordt mogelijk geacht. Het plan doet geen onevenredige afbreuk aan het karakteristieke straatbeeld en is stedenbouwkundig inpasbaar.

Het gemeentelijk ruimtelijk beleid bepaalt dat ruimtelijke ontwikkelingen zoals opgenomen in voorliggend plan, mogelijk moeten zijn. Hieraan zijn voorwaarden verbonden om zo een goede ruimtelijke kwaliteit te borgen. Het voorliggend initiatief voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in het geldend bestemmingsplan.

Hoofdstuk 4 Uitvoerbaarheid

De uitvoerbaarheid van een bestemmingsplan (waaronder een wijzigingsplan) moet als gevolg van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) aangetoond worden (artikel 3.1.6 van het Bro). Daaronder valt zowel de onderzoeksverplichting naar verschillende ruimtelijk relevante aspecten (geluid, bodem, etc.) als ook de economische uitvoerbaarheid van het plan.

4.1 Ruimtelijke uitvoerbaarheid

Voor de eerder opgestelde ruimtelijke onderbouwing zijn de verschillende ruimtelijk relevante aspecten onderzocht. Hieruit is gebleken dat het initiatief voor de realisatie van een woning uitvoerbaar is. Omdat de nieuwe woning op dezelfde locatie komt, weliswaar met een kleine verschuiving naar het noorden, zijn de resultaten van de onderzoeken uit de eerder opgestelde ruimtelijke onderbouwing nog steeds representatief. Op deze plek kan daarom worden volstaan met een verwijzing naar de eerder opgestelde ruimtelijke onderbouwing. Deze is opgenomen als bijlage 2 'ruimtelijke onderbouwing Zwarte Kamp 12 2008'. Het plan is daarmee uitvoerbaar.

4.2 Economische uitvoerbaarheid

Algemeen

Bij de voorbereiding van een bestemmingsplan (waaronder een wijzigingsplan) dient, op grond van artikel 3.1.6 lid 1, sub f van het Bro, onderzoek plaats te vinden naar de (economische) uitvoerbaarheid van het plan. In principe dient bij vaststelling van een ruimtelijk besluit tevens een exploitatieplan vastgesteld te worden om verhaal van plankosten zeker te stellen. Op basis van 'afdeling 6.4 grondexploitatie', artikel 6.12, lid 2 van de Wro kan de gemeenteraad bij het besluit tot vaststelling van het bestemmingsplan echter besluiten geen exploitatieplan vast te stellen indien:

  • het verhaal van kosten van de grondexploitatie over de in het plan of besluit begrepen gronden anderszins verzekerd is;
  • het bepalen van een tijdvak of fasering als bedoeld in artikel 6.13, eerste lid, onder c, 4°, onderscheidenlijk 5°, niet noodzakelijk is;
  • het stellen van eisen, regels, of een uitwerking van regels als bedoeld in artikel 6.13, tweede lid, onderscheidenlijk b, c of d, niet noodzakelijk is.

Planspecifiek

Voor dit wijzigingsplan is via een overeenkomst zeker gesteld dat de plankosten, waaronder mogelijke planschade, voor rekening van de initiatiefnemer zijn. Hiermee is de economische uitvoerbaarheid zeker gesteld.

Hoofdstuk 5 Juridische planbeschrijving

5.1 Algemeen

Dit wijzigingsplan bestaat uit een verbeelding, planregels en een toelichting. De verbeelding en de planregels vormen samen het juridisch bindende gedeelte van het wijzigingsplan. Beide planonderdelen dienen in onderlinge samenhang te worden bezien en toegepast. Op de verbeelding zijn de bestemmingen aangewezen. Aan deze bestemmingen zijn bouwregels en regels betreffende het gebruik gekoppeld. De toelichting heeft geen rechtskracht, maar vormt niettemin een belangrijk onderdeel van het plan. De toelichting van dit wijzigingsplan geeft een weergave van de beweegredenen, de onderzoeksresultaten en de beleidsuitgangspunten die aan het wijzigingsplan ten grondslag liggen. Ook is de toelichting van wezenlijk belang voor een juiste interpretatie en toepassing van het wijzigingsplan. Tot slot maakt een eventuele bijlage onlosmakelijk onderdeel uit van het wijzigingsplan.

5.2 Verbeelding

Op de verbeelding worden de bestemmingen weergegeven met daarbij andere bepalingen als gebiedsaanduidingen, bouwaanduidingen, bouwvlakken, etc. Voor de analoge verbeelding is gebruik gemaakt van een digitale ondergrond (Grootschalige Basiskaart en/of kadastrale kaart).

5.3 Planregels

Voorliggend plan is een wijzigingsplan. Dit betekent dat de regels van het moederplan (het bestemmingsplan 'Geldermalsen woongebied 2011' van de gemeente Geldermalsen) van toepassing wordt verklaard.

De planregels zijn onderverdeeld in vier hoofdstukken. Hoofdstuk I bevat de inleidende regels voor het plangebied. Hoofdstuk II geeft de bestemmingsregels waaronder de toepassingsverklaring van de regels van het moederplan. Hoofdstuk III geeft de algemene regels waaronder de toepassingsverklaring van de regels van het moederplan. Ten slotte regelt Hoofdstuk IV de overgangs- en slotbepalingen. In de volgende paragraaf worden de afzonderlijke bestemmingen behandeld.

5.4 Wijze van bestemmen

Voorliggend wijzigingsplan bevat de volgende bestemmingen:

  • 'Wonen - Dorpsbebouwing 1' waarbij de woonfunctie wordt neergelegd;
  • 'Waarde - Archeologie 1' en 'Waarde - Archeologie 3' waarvan een beschermende werking uitgaat ten behoeve van mogelijke archeologische relicten in de grond.

Tevens zijn de volgende specifieke aanduidingen opgenomen:

  • Ter plaatse van het bouwvlak voor het hoofdgebouw is een maatvoeringsaanduiding opgenomen voor de toegestane goot- en bouwhoogte.

Dit plan kent verder geen noemenswaardige bijzonderheden.

Met dit hoofdstuk is voldaan aan artikel 3.1.3 van het Bro.

Hoofdstuk 6 Procedure

6.1 Algemeen

Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan dient overleg te worden gevoerd als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro. Op basis van het eerste lid van dit artikel wordt overleg gevoerd met waterschappen en met die diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in het geding zijn. Voor wat kleinere plannen kan afgezien worden van dit overleg. Voorliggend wijzigingsplan is als zodanig te beschouwen waardoor overleg als bedoeld in artikel 3.1.1 Bro achterwege kan blijven.

Een wijzigingsplan dient conform afdeling 3.4 Awb gedurende 6 weken als ontwerp ter inzage gelegd te worden. Hierbij is er de mogelijkheid voor een ieder om zienswijzen in te dienen op het plan. Na vaststelling door de College wordt het besluit bekend gemaakt. Het plan ligt na bekendmaking 6 weken ter inzage. Gedurende deze termijn is er de mogelijkheid beroep in te dienen. Het plan treedt vervolgens daags na afloop van de tervisielegging in werking als er geen beroep is ingesteld. Is er beroep ingesteld dan treedt het plan ook in werking, tenzij naast het indienen van een beroepschrift ook om een voorlopige voorziening is gevraagd. De schorsing van de inwerkingtreding eindigt indien de voorlopige voorziening wordt afgewezen. De procedure eindigt met het besluit van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

6.2 Verslag zienswijzen

In een separate bijlage (Bijlage 3 Nota van Zienswijzen), zijn de zienswijzen op het ontwerp wijzigingsplan en de gemeentelijke reactie hierop opgenomen.