Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Partiële herziening Kievitsmeent/A30 tbv milieucontour RWZI te Ede
Status: vastgesteld
Plan identificatie: NL.IMRO.0228.BP2010KIEV0001-0301

3.2 Provinciaal beleid

3.2.1 Structuurvisie 'Streekplan Gelderland 2005'
Het streekplan Gelderland 2005 is door de Provinciale Staten van Gelderland op 29 juni 2005 vastgesteld en geeft de beleidskaders aan voor de ruimtelijke ontwikkeling in de komende tien jaar. Dit streekplan voorziet in een integrale herziening van het vigerende ruimtelijke beleid van de provincie Gelderland (streekplan Gelderland 1996 en de daaropvolgende partiële herzieningen). Het plan is er op gericht de verschillende functies in regionaal verband een zodanige plek te geven dat de ruimtelijke kwaliteiten worden versterkt en er zuinig en zorgvuldig met de ruimte wordt omgegaan. Om de afstemming met regionale ontwikkelingen te optimaliseren is dit streekplan mede gebaseerd op regionale structuurvisies die zijn aangeleverd door de Gelderse regio’s. Het streekplan is een kaderscheppend plan voor diverse uitwerkingen. Met de inwerkingtreding van de Wro op 1 juli 2008 heeft het streekplan Gelderland 2005 de status van structuurvisie gekregen. Dat betekent dat de inhoud van het streekplan voor de provincie de basis blijft voor haar eigen optreden in de ruimtelijke ordening. De provincie heeft haar ruimtelijke visie tot 2015 vastgelegd op de streekplankaart.
Het plangebied is op de streekplankaarten ‘Ruimtelijke structuur’ en ‘Ruimtelijke ontwikkeling’ aangemerkt als ‘Stedelijk netwerk’.
 
Afbeelding 4
- Uitsnede streekplankaart Gelderland
 
Het streekplan verdeelt Gelderland ruwweg in drie soorten gebieden, te weten:
  • Het rode raamwerk;
  • Het groenblauwe raamwerk;
  • Het multifunctionele gebied. 
Voor elk van deze gebieden is het beleid verschillend. Onderhavig plangebied maakt deel uit van het rode raamwerk. Hier moet vooral de verstedelijking van Gelderland plaatsvinden. Voor wat betreft bedrijventerreinen richt Ede zich samen met Veenendaal op hoogwaardige bedrijvigheid met een (boven)regionale functie gelegen langs de A12. Naast het opwaarderen en herontwikkelen van bestaande locaties zijn twee nieuwe ISEV-bedrijventerreinen voorzien bij Ede-West (aansluiting A30 op A12).
 
Conclusie
Onderhavig plan is in overeenstemming met de provinciale structuurvisie (voorheen streekplan). Gelet op ligging van het plangebied in de regio Ede-West is er ruimte voor de herontwikkeling en opwaardering van bedrijvigheid. Afgezien van de milieucontour voorziet het plan niet in een toevoeging of wijziging van de vigerende bestemmingen. De wijziging van de milieucontour heeft geen gevolgen voor de onderliggende functies en de ontwikkeling van de bedrijvigheid. Derhalve is onderhavig plan in lijn met het streekplan Gelderland 2005.
3.2.2 Structuurvisie bedrijventerrein en werklocatie (2010)
Op 30 juni 2010 hebben de Provinciale Staten de Structuurvisie Bedrijventerreinen en Werklocaties vastgesteld. De structuurvisie is een aanpassing van het beleid ten aanzien van bedrijventerreinen zoals is omschreven in de structuurvisie van Gelderland (2005). De aanpassingen zijn een gevolg van een aantal ontwikkelingen, te weten:
  • toekomstprognoses wijzen erop dat na 2020 de vraag naar bedrijventerreinen sterk zal afnemen, op termijn (vanaf 2025) treedt zelfs krimp op;
  • maatschappelijk is er weerstand tegen de verrommeling van het landschap ontstaan. Dit vertaalt zich in de vraag naar meer regie van de provincie op het (her)ontwikkelen van de juiste bedrijventerreinen op de juiste plek.
Het uitgangspunt van de structuurvisie is optimaal gebruik te maken van bestaande bedrijventerreinen voordat er nieuwe worden ontwikkeld. Een overschot aan bedrijventerreinen moet worden voorkomen. Het beleid stuurt erop dat gemeenten extra aandacht besteden aan kwalitatieve aspecten, zoals:
  • een goede ruimtelijke inpassing;
  • een zorgvuldige vormgeving;
  • een zo laag mogelijke milieubelasting. 
Ten behoeve van de uitwerking van de beleidsuitgangspunten is het nieuwe beleid in samenwerking met de gemeenten op regionaal niveau uitgewerkt en tot uitvoering gebracht. In een Regionaal Programma Bedrijventerreinen (RPB) moet de uitwerking van het provinciale beleid zichtbaar worden.
Conclusie
In onderhavig plangebied is een aantal bedrijven opgenomen. De bedrijven maken onderdeel uit van het bedrijventerrein Kievitsmeent. Het betreft een bestaand bedrijventerrein. Het plan voorziet niet in een toevoeging van bedrijven. Het plan is derhalve niet in strijd met uitgangspunten van de structuurvisie ten aanzien van bedrijven en werklocatie.
3.2.3 Ecologische hoofdstructuur
De Ecologische Hoofdstructuur (EHS) is een samenhangend netwerk van belangrijke natuurgebieden in Nederland. Het betreft hier kleine en grote natuurgebieden waarin de natuur (zowel planten als dieren) de hoofdrol speelt. Het beleid in het kader van de EHS moet zorg dragen voor de bescherming van de natuurgebieden. Middels gestelde regels en uitgangspunten wordt voorkomen dat natuurgebieden geïsoleerd raken en dat de aanwezige dieren en planten uitsterven, waardoor de natuurgebieden hun waarde verliezen. De EHS wordt ook wel gezien als de ruggengraat van de Nederlandse natuur en vormt de basis van het Nederlandse natuurbeleid. De EHS bestaat uit bestaande natuurgebieden, nieuwe natuurgebieden en ecologische verbindingszones. Het grootste gedeelte van de Nederlandse EHS bestaat uit bestaande bossen en natuurgebieden. Er is daarnaast onderscheid te maken tussen de ‘droge’ en de ‘natte’ EHS. De huidige EHS verdient nog steeds erg veel aandacht en verbetering. De ruimtelijke samenhang en milieucondities zijn momenteel onvoldoende. Nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen die in welke vorm dan ook enige vorm van afbreuk veroorzaken zijn derhalve niet toegestaan.
De EHS draagt bij aan het bereiken van de hoofddoelstelling van het Nederlandse natuurbeleid, namelijk: ‘Natuur en landschap behouden, versterken en ontwikkelen, als bijdrage aan een leefbaar Nederland en een duurzame samenleving’. Om hier voldoende aan bij te dragen stelt de regelgeving in het kader van de EHS drie uitgangspunten: 
  • Vergroten: het areaal natuur uitbreiden en zorgen voor grotere aaneengesloten gebieden;
  • Verbinden: natuurgebieden zoveel mogelijk met elkaar verbinden;
  • Verbeteren: de omgeving zo beïnvloeden dat in natuurgebieden een zo hoog mogelijke natuurkwaliteit haalbaar is.
Een deel van de EHS loopt door de provincie Gelderland. Gelderland heeft de aanwezige natuur, dat valt onder de EHS, voor haar provincie in kaart gebracht in de vorm van ‘Atlas Groen Gelderland EHS Structuurplan 2005’.
 
Afbeelding 5 - Uitsnede Atlas Groen Gelderland EHS Structuurplan 2005
 
In afbeelding 5 is een uitsnede van de Atlas Groen Gelderland weergegeven. Uit de kaart van de atlas blijkt dat het plangebied net buiten de EHS is gelegen. Gezien de ligging buiten de EHS zal het plan geen negatieve effecten hebben op de EHS.
 
Conclusie
Gezien het feit dat het plangebied niet binnen of nabij de EHS is gelegen, is het plan niet in strijd met de Ecologische Hoofdstructuur.