direct naar inhoud van 4.7 Groen en ecologie
Plan: Bestemmingsplan Arnhems Buiten
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0202.802-0301

4.7 Groen en ecologie

Arnhems Buiten ligt op de overgang van de Veluwemassief naar de Nederrijn. Er zijn beek- en droogdalen, o.a. het beekdal met de Slijpbeek. De waterhuishouding en de geomorfologie van de stuwwal, dalen en rivierzone zijn ecologisch zeer interessant. Hierdoor is er een diversiteit aan begroeiingstypen en daarmee een diversiteit aan flora en fauna. Het landgoedbos in de gebieden Mariëndaal en Den Brink sluit aan op het bos op het landgoed Mariëndaal. De spoordijk, steilranden en de Holleweg, maar ook de gebouwen vormen daarnaast biotopen voor flora en fauna.

Soortbescherming

De Groene Ruimte heeft diverse onderzoeken gedaan:

  • Business Park Arnhem: Oriëntatie herontwikkeling en natuurwetgeving. Projectnummer 03444. 29 januari 2008
  • Elektrum Vleermuizen 2006. Projectnummer 06605. 29 januari 2008.
  • Elektrum - Diverse waarnemingen 2006. Projectnummer 06605b. 29 januari 2008
  • Quickscan planlocatie B19 Arnhems Buiten, Arnhem. Projectnummer 08999B. 18 juni 2008.
  • Quickscan planlocatie B16 Arnhems Buiten, Arnhem. Projectnummer 08999B. 18 juni 2008.
  • Quickscan planlocatie H29, H30, H32, H33 en H34 Arnhems Buiten, Arnhem. Projectnummer 08999B. Datum 18 juni 2008.

Tijdens het oriënterende veldwerk in 2006 werd een groot aantal locaties gevonden die hoogstwaarschijnlijk een of meer (kraam) verblijfplaatsen herbergen van diverse soorten vleermuizen. De franjestaart, gewone dwergvleermuis, ruige dwergvleermuis, rosse vleermuis, laatvlieger en watervleermuis zijn binnen het plangebied aangetroffen. Op en aan de Nederrijn werd de Meervleermuis waargenomen. Bovendien werd een uitermate belangrijke vliegroute gevonden van onder andere de Watervleermuis. De noord-zuidroute over de Holleweg en langs de defensiehaven.

afbeelding "i_NL.IMRO.0202.802-0301_0010.jpg"

Afbeelding 4.2 Overzicht aanwezigheid vleermuizen

Er zijn vaste verblijfplaatsen gevonden van de eekhoorn (Den Brink) en er zijn mogelijk verblijven van de steenmarter. De hazelworm is niet aan getroffen in het plangebied, maar mogelijk wel aanwezig omdat er geschikte biotoop aanwezig is en eerdere waarnemingen in de omgeving zijn gedaan

Er worden verblijfplaatsen verwacht van de ransuil en de steenuil bij Rosande. De ransuil jaagt in het gebied Rosande en had in het vroege voorjaar van 2008 een roestplaats op het terrein. Het gaat hier om één uil en het is dus geen belangrijke roestplaats voor de soort. Wel is het waarschijnlijk dat de plaats jaarlijks gebruikt wordt en in die zin als verblijfplaats moet worden aangemerkt.

Overige vaste verblijfplaatsen van vogels die jaarrond hetzelfde nest gebruiken of jaarlijks naar hetzelfde nest terug keren zijn niet ontdekt, maar zijn ook zeker niet uit te sluiten. Er zijn voor uilen, sperwer (Rosande) en groene en grote bonte specht geschikte bomen met holen en gaten gevonden.

Aan gebouw R42 in het gebied Rosande en het voormalige De Zoeten Laboratorium (B16) op

Den Brink groeien enkele tongvarens.

Gebiedsbescherming

Mariëndaal en Den Brink grenzen aan het ten noorden van de spoorlijn Arnhem – Utrecht gelegen Natura 2000-gebied Veluwe. Bij activiteiten in of in de buurt van een Natura 2000-gebied dient toetsing plaats te vinden of er negatieve effecten verwacht worden op de natuurwaarden waarvoor het gebied is aangewezen/ aangemeld. Deze natuurwaarden en bijbehorende instandhoudingsdoelen worden geformuleerd in het

sbesluit.

De bestaande bebouwing krijgt de bestemming 'Gemengd - 1'. Dat zijn kantoren en bedrijven in een lage milieucategorie. Deze categorie heeft een lagere milieubelasting dan volgens het huidige bestemmingsplan is toegestaan. Het overige gebied is veelal groen en wordt bestemd als 'Groen - Landschap en park, inclusief een aanlegvergunningstelsel (met behoud van landschappelijke, ecologische en natuurwaarden). Er zijn dan ook geen (significant) negatieve effecten te verwachten.

De ambitie is om de natuurwaarden te behouden en te versterken. De opbouw van de beplanting en de samenstelling (inheemse soorten) speelt daarbij een grote rol. Ook de afwisseling in open en gesloten ruimtes en tussen beplantingszones is belangrijk. De ecologische verbindingen langs de Slijpbeek en de Holleweg worden versterkt.

Mariëndaal

Voor het project “Herontwikkeling Mariëndaal” is een ontheffing als bedoeld in artikel 75 van de Flora- en faunawet aangevraagd, geregistreerd onder aanvraagnummer FF/75C/2009/0364. Bevoegd gezag heeft de gevraagde ontheffing niet verleend, omdat er geen sprake is van overtreding van verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet. Dit houdt in dat het toegestaan is de voorgenomen werkzaamheden zonder ontheffing uit te voeren, mits de genoemde maatregelen worden uitgevoerd.

In de huidige situatie is al sprake van bebouwing. Extra verkeersbewegingen worden als gevolg van deze ontwikkelingen niet verwacht. Er zal daarom ook geen sprake zijn van permanent negatieve effecten op de instandhoudingsdoelstellingen van de Veluwe. Tijdelijke effecten zijn gezien de afstand tot het Natura 2000-gebied Veluwe wel mogelijk tijdens de sloop van bestaande panden en de bouw van nieuwe panden. Gezien de ruimtelijke scheiding van het ontwikkelingsgebied en het Natura 2000-gebied Veluwe door de bestaande infrastructuur vallen eventuele verstorende effecten weg door de bestaande verstorende factoren. Negatieve effecten worden daarom op voorhand uitgesloten. De beoordeling is neutraal.

Aan de steilrand aan de Defensieweg (Rosande) heeft herplant van bos plaatsgevonden, i.v.m. het kappen van bos voor parkeerplaatsen bij de nieuwbouw van TenneT (Mariëndaal). Het nieuwe bos is bestemd als Groen-Park met een aanlegvergunningstelsel.

Conclusie

Er zijn geen belemmeringen voor het plangebied.