5.3 Toets aan de wijzigingsbevoegdheid
Hierna wordt de voorgenomen ontwikkeling getoetst aan de voorwaarden van de wijzigingsbevoegdheid.
-
Natuurontwikkeling vindt uitsluitend plaats ter uitvoering van provinciaal
natuurbeleid:
het natuurontwikkelingsproject Zunasche Heide is in meerdere provinciale beleidsstukken, zoals de omgevingsvisie (2009) en het landinrichtingsplan Rijssen (1999) aangewezen als een gebied waar nieuwe natuur ontwikkeld moet worden. In het meest recente relevante beleidsdocument over natuurontwikkeling in (Natuurbeheerplan 2012, provincie Overijssel) is het gebied nog steeds aangewezen als een natuurontwikkelingsproject.De natuurontwikkeling vindt dus plaats ter uitvoering van het provinciaal beleid.
-
Het ruimtelijke en hydrologische (natuur)eenheden betreft:
het natuurontwikkelingsproject Zunasche Heide is een aaneengesloten gebied van circa 130 hectare, waarvan ruim tweederde in de gemeente Wierden ligt. Het gebied wordt begrensd door wegen die daarmee een duidelijke grens. Het inrichtingsplan geeft aan hoe het gebied ingrericht en beheerd gaat worden. Ook in hydrologisch opzicht vormt het gebied één geheel. Door het nemen van een aantal maatregelen zoals dempen en verondiepen van watergangen wordt de Zunasche Heide met name in de kern van het gebied vernat. Aan de randen van het gebied heeft dit effect op een aantal agrarische percelen. Met deze eigenaren zijn afspraken gemaakt over het voorkomen van natschade. Zo wordt drainage aangelegd, een nieuwe watergang langs de Schoneveldsweg aangelegd en worden percelen opgehoogd.
Naar aanleiding van de evenredige belangenafweging kan het volgende worden geconcludeerd.
-
De mate waarin de belangen van de gebruikers en/of eigenaren van de
aanliggende gronden kunnen worden geschaad;
door het nemen van een aantal maatregelen zoals dempen en verondiepen van watergangen wordt de Zunasche Heide met name in de kern van het gebied vernat. Aan de randen van het gebied heeft dit effect op een aantal agrarische percelen, deze percelen zullen natter en minder geschikt voor agrarisch gebruik worden. Met deze individuele eigenaren zijn afspraken gemaakt over het voorkomen van natschade. Zo wordt drainage aangelegd, een nieuwe watergang langs de Schoneveldsweg aangelegd en worden percelen opgehoogd. De belangen van de gebruikers en/of eigenaren van de aanliggende gronden worden dus niet geschaad.
-
De mate waarin de uitvoerbaarheid is aangetoond, waaronder begrepen de
toelaatbaarheid op het gebied van milieu, externe veiligheid, waterhuishouding,
ecologie en archeologie;
uit de verschillende onderzoeken (zie ook paragraaf 4.2) blijkt dat de natuurontwikkeling uitvoerbaar is. Met het plan worden natuurwaarden versterkt, en blijven de karakteristieken van het landschap behouden. Mlieutechnisch gezien zijn er geen belemmeringen geconstateerd.
-
De mate waarin de landschappelijke inpasbaarheid is aangetoond;
het plangebied ligt in een jong heide- en broekontginningslandschap, dat gekenmerkt wordt door landschappelijke raamwerken van lanen, bosstroken en waterlopen, die de rechtlijnige ontginningsstructuren versterken. Met dit inrichtingsplan blijft het bestaande landschappelijke raamwerk behouden. De bosstroken, de opstrekkende verkaveling en de openheid tussen veld en bosstroken blijven behouden. In het deel ten zuidoosten van de Klokkendijk wordt nieuwe kavelgrensbeplanting aangeplant. De landschappelijke inpasbaarheid van het natuurontwikkelingsproject is daarmee aangetoond.
-
De mate waarin de verkeerssituati e wordt beïnvloed, waaronder begrepen de
gevolgen voor de infrastructuur;
de verkeerssituatie wordt niet of nauwelijks beïnvloed. Het nieuwe natuurgebied zal recreanten aantrekken maar deze zullen over de bestaande wegen en fietsroutes worden geleid. In het natuurgebied wordt een struinroute voor wandelaars aangelegd. Er wordt geen parkeerplaats aangelegd. De bestaande wegen en routes blijven ongewijzigd. Een deel van de Klokkendijk zal worden opgehoogd. Met de omwonenden worden afspraken gemaakt over het beperken van de hinder tijdens de graafwerkzaamheden.