direct naar inhoud van 4.2 Planologische afweging
Plan: partiële herziening Buitengebied (paardenhouderij, Hellendoornseweg, Lemele)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0175.20091003006-va01

4.2 Planologische afweging

Initiatiefnemer is voornemens om in het plangebied een paardenhouderij te vestigen. De hoofdactiviteiten bestaan uit paardenhandel (de africhting, training en verhandelen van paarden voor de ruitersport), welke niet recreatief en productiegericht is. De initiatiefnemer heeft 13 eigen paarden. Daarnaast wordt een paardenpensionstalling (12 paarden) beoogd. Deze activiteit kan worden gekwalificeerd als agrarisch aanverwante bedrijvigheid welke meer gebruiksgericht is. Ondergeschikt aan deze activiteiten worden ook rijlessen gegeven. Buiten het erf zal sprake zijn van weiland en akkerbouw (maïsland). Aan de landschappelijke inpassing van het initiatief is ruim aandacht besteed.

Om deze activiteiten te faciliteren zullen een rijhal (inclusief paardenstallen), tredmolen, bedrijfswoning en bijgebouw en mestplaat worden gebouwd of aangelegd. Ook zullen parkeerplaatsen worden aangelegd. Op het terrein van de paardenhouderij zal ook een buitenbak aanwezig zijn. De ontsluiting zal plaatsvinden via de Hellendoornseweg.

Op dit moment is het plangebied in gebruik als maïsveld. Het bedrijf dat zich hier gaat vestigen wordt verplaatst van de Bulemansteeg naar deze nieuwe locatie. De bedrijfsvoering wordt gewijzigd van melkveehouderij naar paardenhouderij.

Op basis van de omgevingsvisie is deze ontwikkeling mogelijk. Deze verplaatsing is aanvaardbaar omdat hiermee een maatschappelijk doel wordt gediend. Door de verplaatsing is uitbreiding van de begraafplaats en de voetbalvereniging mogelijk. Het plangebied is geschikt voor vestiging van een paardenhouderij. Het gaat hier namelijk om een de kernrandzone. Het toegekende bestemmingsvlak is kleiner dan 1 hectare. Binnen het bestemmingsvlak moeten alle gebouwen en bouwwerken worden gerealiseerd. Dit geldt ook voor de ondersteunende voorzieningen zoals een tredmolen, paddock, paardenbak en mestplaat.

Ook de parkeerplaatsen dienen binnen het bestemmingsvlak Agrarisch - Paardenhouderij te worden gerealiseerd. De parkeerbehoefte betreft op basis van de ligging in het buitengebied volgens de CROW-normen 0,3 (minimum) tot 0,5 (maximum) parkeerplaatsen per box. Bij 25 paardenboxen bestaat derhalve op basis van deze normen een parkeerbehoefte van maximaal 13 parkeerplaatsen. 90% van deze parkeerplaatsen is op grond van de normen benodigd voor bezoekers. Op eigen terrein is ruim voldoende gelegenheid om deze parkeerbehoefte te faciliteren.

In Bijlage 8 Terreininrichting en beplantingsplan is de terreininrichtingstekening en het beplantingsplan opgenomen.

De paardenhouderij wordt zorgvuldig ingepast in haar omgeving. Het advies van Het Oversticht is overgenomen in de bouwplannen. Uit onderzoek blijkt dat de waarden in en rondom het plangebied niet geschaad worden. Dit wordt ook nog eens bevestigd door de uitgevoerde plan-MER (zie 3.6 Samenvatting plan-MER).

Geconcludeerd kan worden dat het initiatief in het plangebied gerealiseerd kan worden.