Plan: | ´Buitengebied Rood voor rood Stegerdijk 23 Stegeren' |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0175.20091003005-oh01 |
In Nederland is de bescherming van natuurwaarden in twee wetten geregeld, namelijk in de Flora- en faunawet en in de Natuurbeschermingswet. De Flora- en faunawet is gericht op de bescherming van soorten, terwijl de Natuurbeschermingswet is gericht op de bescherming van leefgebieden.
Ruimtelijke plannen dienen in overeenstemming te zijn met de Flora- en Faunawet. In verband met de sloop van een drietal schuren en de bouw van een woning is er een visuele inspectie uitgevoerd door Eelerwoude op 6 februari 2009. Tijdens dit veldbezoek zijn zowel de kerkuil als de steenuil aangetroffen. Geconcludeerd wordt dat voor de sloop van de schuren mogelijk een ontheffing moet worden verkregen voor de steenuil en de kerkuil. Het realiseren van de woningbouwkavel is, vanuit ecologisch oogpunt, geen probleem. Zie Bijlage 3 voor het flora & fauna onderzoek.
Er is bij het ministerie van LNV een ontheffing aangevraagd voor de steenuil en de kerkuil, omdat er een vaste verblijfplaats wordt weggenomen bij het slopen van de bebouwing. Om de ontheffing te verkrijgen, worden mitigerende en compenserende maatregelen getroffen volgens de voorwaarden die het ministerie van LNV daaraan stelt. De schuren zullen buiten het broedseizoen van vogels worden gesloopt. Vervangende rustplaatsen zullen gereed zijn, voordat de schuren worden gesloopt. De AID ziet toe op de handhaving van ontheffingen. Het ministerie van LNV heeft geoordeeld dat, gegeven de mitigerende en vervangende maatregelen, de functionaliteit van de vaste rust- en verblijfplaats van de steenuil en de kerkuil niet in het geding komt. Een ontheffing is derhalve niet nodig.
Het plangebied ligt op de grens van het Natura-2000 gebied ‘Vecht en Reggegebied’ (nr. 39). De bouwkavel ligt deels buiten en deels binnen de Natura-2000 begrenzing. Het plangebied omvat geen Habitatrichtlijn - habitattypes en habitatsoorten en is geen zoekgebied voor uitbreiding van kwalificerende habitattypes. Het voornemen de vrijgekomen agrarische bebouwing te slopen en een nieuwe woning landschappelijk in te passen, heeft positieve effecten, te weten afname van bebouwd oppervlak, erfverharding, en stikstofdepositie. Toename van recreatiedruk door een enkele woning is niet te verwachten. Zie Bijlage 4 voor de Natura 2000 toets.
Voor de beoordeling van eventuele vergunningplicht ex art 19d van de Natuurbeschermingswet 1998 is het plan voorgelegd aan GS van de provincie Overijssel. Deze heeft geoordeeld (zie bijlage 4) dat:
en derhalve dat: