Plan: | Wellerwaard |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0171.BP00479-VS01 |
Gelet op de beoogde omvang (20 ha of meer in een gevoelig gebied) en inrichting van het nieuwe recreatiegebied en de ligging in Belvedèregebied is dit voornemen m.e.r.-plichtig conform het Besluit milieueffectrapportage 1994, gewijzigd 2008. De milieueffectrapportage is noodzakelijk voor de besluitvorming over dit bestemmingsplan. Er is daarom in 2005 een start gemaakt met de m.e.r.-procedure door het opstellen van een startnotitie. Deze startnotitie heeft ter inzage gelegen en de commissie voor de milieueffectrapportage heeft haar advies voor richtlijnen opgesteld (18 oktober 2007). De voorgenomen ontwikkeling, zoals deze beschreven staat in de startnotitie, is echter op diverse onderdelen aangepast. De commissie heeft hiervoor aangepaste richtlijnen opgesteld (14 augustus 2009). Deze richtlijnen zijn grotendeels gebaseerd op het advies dat de commissie m.e.r. eind 2007 heeft uitgebracht. Wel is op basis van voortschrijdend inzicht, en met name het toetsingsadvies van de commissie m.e.r. over het MER Golfbaan Emmeloord, een aantal wijzigingen doorgevoerd. Hieronder volgt een samenvatting van het aangepaste MER.
Bij de uitwerking van het ontwerp is het milieubelang al vroegtijdig en volwaardig meegenomen. Hierdoor is in een 'milieuvriendelijk' ontwerpproces een inrichtingsontwerp ontstaan dat integraal gezien kan worden als het Meest Milieuvriendelijk Alternatief (MMA). In het MER is een overzicht opgenomen van mogelijke mitigerende maatregelen voor het MMA. Voor geluid bijvoorbeeld zijn de volgende 2 maatregelen mogelijk:
Uitvoering van deze maatregelen kan ertoe leiden dat voor het ene milieuaspect misschien het effect kleiner wordt, maar dat tegelijkertijd voor een ander milieuaspect het effect groter wordt. Zo is het, in het kader van geluid, landschappelijk niet altijd gewenst om geluidschermen te plaatsen.
Potenties voor ontwikkeling van recreatief-economische kwaliteiten
De groene inrichting van het gebied en een doorgaand fietspad richting Kuinderbos biedt potenties toeristen naar de regio Emmeloord te trekken. De Wellerwaard is een aanvulling op bestaande recreatieve voorzieningen in de omgeving en versterkt de bereikbaarheid ervan. Bovendien draagt deze bij aan de ontwikkeling van de lokale en regionale recreatie-economie. Daarnaast creëert de Wellerwaard ook zelf arbeidsplaatsen.
Potenties voor ontwikkeling van ecologische kwaliteiten
De corridor biedt mogelijkheden voor versterking van ecologische kwaliteiten. De gevarieerde opbouw met open en gesloten delen en waterpartijen biedt mogelijkheid voor biotoopontwikkeling voor diverse soorten. Daarnaast kan de Wellerwaard fungeren als stepping-stone tussen het Voorsterbos en het Kuinderbos. De Wellerwaard leidt tot een vermindering van de belasting op de bodem- en grondwaterkwaliteit, doordat het beheer veel minder intensief is dan in het huidige landbouwgebruik.
Beperkte negatieve effecten
De negatieve aspecten van de Wellerwaard zijn beperkt. Het voornaamste effect betreft de aantasting van de karakteristieke landschappelijke waarden die verbonden zijn aan de ontstaansgeschiedenis van de Noordoostpolder. De aanleg van de Wellerwaard leidt tot een wezenlijke verandering van de landschapsstructuur in het plangebied. Het oorspronkelijke open regelmatig verkavelde agrarische gebied maakt plaats voor een meer gesloten recreatie- , natuur en woongebied. Echter, in de inrichting is zo veel mogelijk rekening gehouden met landschappelijke kwaliteiten van het gebied én in de huidige situatie is ook al sprake van een aantasting van de karakteristieke landschapstructuur door het bos rond de Casteleynsplas, de huidige golfbaan en de hoge voormalige stortplaats De Terp. Daarmee is de verandering van het landschap al begonnen.
Er zijn geen negatieve effecten op bodem en archeologie.
De Wellerwaard wordt hydrologisch zo aangelegd dat het geen negatief (verdrogend) effect op de omgeving. De afwatering op de omgeving blijft gehandhaafd. Het effect van verdamping vanuit de waterpartijen is beperkt.
Het verlies aan natuurwaarden is beperkt gezien de actueel lage natuurwaarden en het uiteindelijk effect is positief door de mogelijkheden die de Wellerwaard biedt voor de ontwikkeling van natuurwaarden. Wel is voor het inrichten van het gebied een ontheffing ex. art 75 Flora- en faunawet voor de rugstreeppad noodzakelijk.
De verkeersaantrekkende werking van de corridor leidt tot een toename van het aantal verkeersbewegingen van en naar het plangebied. De toename is echter niet zo groot dat de wegenstructuur het niet aankan. De verkeersgerelateerde hinder, geluid en luchtverontreiniging, nemen beperkt toe. Er worden geen normen overschreden.
Er gaat landbouwgrond verloren, maar een aantal bedrijven stopt en de resterende grond wordt herverdeeld. De Wellerwaard conflicteert naar verwachting niet met de ontwikkeling van de veehouderijen in de omgeving.
De Wellerwaard heeft wezenlijke sociale effecten in de vorm van veranderde beleving van het landschap, nieuwe woningen en werkgelegenheid.
De volgende tabel geeft een samenvattend overzicht van de effecten en beoordelingen.
Tabel 2.1: Totaalbeoordeling milieu-effecten Wellerwaard
Aspect | Beoordeling t.o.v. autonome situatie |
Landschap, cultuurhistorie en archeologie | -/- - |
Bodem en water | 0/+ |
Natuur | + |
Verkeer | 0/- |
Geluid | 0/- |
Lucht | 0/- |
Licht | 0/- |
Externe veiligheid | 0 |
Landbouw | -/- - |
Recreatie | ++ |
Sociale aspecten | +/++ |
Geconcludeerd kan worden dat realisatie van de Wellerwaard een bijdrage levert aan de invulling van de vraag naar recreatiebehoefte in (noordelijk) Flevoland, potenties biedt voor (verdere) ontwikkeling van de recreatieve en ecologische kwaliteit van de omgeving en relatief weinig negatieve effecten heeft.
Het MER Wellerwaard is afgerond in juni 2010. Vervolgens kon een ieder vanaf 16 september 2010 voor een periode van 6 weken reageren op dit MER en het voorontwerp bestemmingsplan "Wellerwaard". De Commissie voor de milieueffectrapportage heeft in november 2010 geconcludeerd dat zij van mening is dat in het MER de essentiële informatie voor de besluitvorming niet aanwezig is en adviseert specifieke delen verder uit te werken en aan te vullen in een "aanvulling". Op 11 november 2010 heeft de gemeente toegezegd de aanvulling op te stellen, wat heeft geresulteerd in het aanvullend rapport "Wellerwaard, Aanvulling Milieueffectrapport" met datum 17 december 2010. Tijdens het overleg op 27 januari 2011 stelt de Commissie dat ondanks deze informatie nog essentiële informatie ontbreekt om het milieubelang voldoende te kunnen meewegen in de besluitvorming. Dit betreft vooral:
De Commissie heeft geadviseerd om de door haar aangegeven punten voorafgaand aan de besluitvorming verder uit te werken. In de Reactie en -antwoordnota Wellerwaard (Bijlage 3) wordt hieraan gevolg gegeven. Tevens is een addendum opgesteld, getiteld "Addendum, Milieu-effectrapport Wellerwaard" (9 mei 2011, Projectgroep 'Wellerwaard', gemeente Noordoostpolder) dat is opgenomen als Bijlage 10.