direct naar inhoud van 3.2 Provinciaal beleid
Plan: Timmersveld, Beitelstraat 28
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0075-0301

3.2 Provinciaal beleid

3.2.1 Omgevingsvisie (2009)

De provincie Overijssel heeft het streekplan, verkeer- en vervoerplan, waterhuishoudingsplan en milieubeleidsplan samengevoegd tot één Omgevingsvisie. Het provinciale beleidsplan voor de fysieke leefomgeving van Overijssel. Op 1 juli 2009 is dit plan vastgesteld door Provinciale Staten.

De provincie wil de ruimtelijke kwaliteit van de leefomgeving verbeteren met het oog op een goed vestigingsklimaat, een veilige en aantrekkelijke woonomgeving en een fraai buitengebied. Duurzaamheid en Ruimtelijke Kwaliteit zijn de rode draden van de Omgevingsvisie.

3.2.1.1 Sturingsfilosofie

Het beleid is vastgelegd in generieke beleidskeuzes, richtinggevende ontwikkelingsperspectieven en gebiedskenmerken. De ontwikkelingsperspectieven schetsen de koers van een gebied op provinciaal schaalniveau. Ze bepalen geen functies, maar schetsen een ontwikkelingsrichting voor een combinatie van functies. De grenzen van de ontwikkelingsperspectieven zijn signaleringsgrenzen. Dit betekent dat gemeenten in hun structuurvisies en bestemmingsplannen nadere invulling kunnen geven. Afwijkingen van de ontwikkelingsperspectieven zijn mogelijk als daar op lokaal niveau maatschappelijke en/of sociaal-economische redenen voor zijn, mits er voldoende verzekerd is dat ruimtelijke kwaliteit conform gebiedskenmerken wordt versterkt. In de gebiedskenmerken zijn de bestaande en te ontwikkelen gebiedskwaliteiten genoemd. Onderstaand model fungeert als leidraad bij deze sturing.

afbeelding "i_NL.IMRO.0164.BP0075-0301_0002.png"


Afbeelding 2: Uitvoeringsmodel Omgevingsvisie

3.2.1.2 Omgevingsvisie met betrekking tot het plan

Het grootste deel van het plangebied is aangegeven als zijnde bestaand en bebouwd stedelijk gebied. Het meest westelijke deel heeft het ontwikkelingsperspectief mixlandschap. Dit betreft gebieden voor gespecialiseerde landbouw en mengvormen van landbouw met andere functies (recreatiezorg, natuur, water) en bijzondere woon-, werk- en recreatiemilieus die de karakteristieke gevarieerde opbouw van de cultuurlandschappen in deze gebieden versterken. In dit ontwikkelingsperspectief is sprake van verweving van functies. Aan de ene kant melkveehouderij en akkerbouw als belangrijke vorm van landgebruik. Aan de andere kant gebruik voor landschap, natuur, milieubescherming, cultuurhistorie, recreatie, wonen en andere bedrijvigheid.

Het plangebied heeft de gebiedskenmerken bebouwing (laag van het agrarisch cultuurlandschap), woonwijken 1955 - nu (stedelijke laag), dekzandvlakte (natuurlijke laag) en stadsrandgebied met sterke stand land relaties (lust- en leisurelaag).

Ontwikkelingen binnen dit kader zijn toegestaan, mits ze voldoen aan een aantal voorwaarden. Deze voorwaarden zijn vanwege de aard en omvang van voorliggend plan niet allemaal toepasbaar. Doel van voorliggend plan is namelijk het juridisch vastleggen van een reeds bestaand gebruik voor een enkel perceel. Daarbij zal overigens wel het watersysteem beter zichtbaar worden gemaakt, conform de gebiedskenmerken.

afbeelding "i_NL.IMRO.0164.BP0075-0301_0003.jpg"

Afbeelding 3: Uitsnede kaart omgevingsvisie - ontwikkelingsperspectieven

Verder is het plangebied gelegen in het grondwaterbeschermingsgebied voor de grondwaterwinning Hasselo. Deze winning wordt aangemerkt als een grondwaterbeschermingsgebied met stedelijke functies. Hoofdlijn van beleid ten aanzien van de grondwaterwinning is het onderzoeken van kwetsbare drinkwaterwinningen op maatregelen voor een betere bescherming. In de Omgevingsvisie is om dit te bereiken opgenomen dat de provincie Overijssel gebiedsdossiers voor in ieder geval de meest kwetsbare winningen zal opstellen. Een gebiedsdossier is een document dat een risico-inventarisatie bevat van (kwetsbare) drinkwaterwinningen. Het gebiedsdossier bestaat uit feiten over de winning en de aanwezige verontreinigingen en een analyse daarvan. Het gebiedsdossier vormt de basis voor het formuleren van maatregelen en afspraken daarover om de risico’s voor de winning weg te nemen of te verminderen. Daarnaast is de bescherming van de waterwinning geborgd in de Omgevingsverordening.

3.2.2 Gebiedsdossier waterwinning Hasselo

De winning Hasselo ligt aan de noordkant van Hengelo en wordt ingeklemd door stedelijk gebied met in het noordoosten de wijk Hasselo, in het noordwesten Borne en in het zuiden Hengelo. Het is een semi-spanningswater winning, wat betekent dat het gewonnen water afkomstig is uit een gedeeltelijk afgesloten watervoerend pakket. De winning van het grondwater is gestart in 1934. De onttrekking vindt plaats op twee verschillende dieptes. De bovenste onttrekking vindt plaats op een diepte van circa 19 tot 24 meter beneden maaiveld (m-mv) en de onderste op circa 36 tot 41 m-mv. Het grondwater wordt overwegend getypeerd als veenwater. Het onttrokken water wordt gewonnen uit kalkrijke watervoerende pakketten en is anaëroob. Aandachtspunten zijn de hardheid en de effecten van een bodemverontreiniging. De grondwaterkwaliteit wordt beïnvloed door menselijke activiteiten aan maaiveld.

De kwetsbaarheid van de winning is afhankelijk van de geohydrologisch opbouw van het watersysteem. Het grondwater wordt onttrokken op een diepte van circa NAP -4 tot NAP -8 meter en van NAP -20 tot NAP -25 meter. In een groot deel van het vigerend intrekgebied is een slechtdoorlatende laag van meer dan 10 meter dik aanwezig boven het pakket waaruit het water wordt gewonnen. In het noordelijke deel van het grondwaterbeschermingsgebied neemt de dikte van deze laag echter af tot minder dan 1 meter.

De fysische kwetsbaarheid is geschat op basis van de REFLECT methodiek (zie 4.2.1). Hierbij zijn de bodemkaart, dikte slechtdoorlatende lagen boven putfilters en reistijden vanaf maaiveld beoordeeld en gecombineerd. Uit deze verschillende kaartbladen is een kwetsbaarheidskaart berekend.

afbeelding "i_NL.IMRO.0164.BP0075-0301_0004.jpg"

Afbeelding 4: Fysieke kwetsbaarheid Hasselo (bron: gebiedsdossier Hasselo, Provincie Overijssel)

Op basis van de kwetsbaarheidskaart kan de winning in Hasselo in zijn geheel worden aangemerkt als matig kwetsbaar. In een groot deel van het grondwaterbeschermingsgebied is een slechtdoorlatende laag van meer dan 10 meter dik aanwezig boven het pakket waaruit het water wordt gewonnen. In het noordelijke deel van het grondwaterbeschermingsgebied neemt de dikte van deze laag echter af tot minder dan 1 meter. Het plangebied Timmersveld, Beitelstraat 28 ligt in het oostelijk deel van het grondwaterbeschermingsgebied en ligt in het gebied met de dikke slechtdoorlatende laag.

Aan het plangebied wordt in het gebiedsdossier het huidig ruimtegebruik 'bouwterrein' toegekend. Ten zuiden van het plangebied is een puntbron van vervuiling aanwezig waarvoor geldt dat een vervolgonderzoek nodig is (zie ook 4.5.2).

In het gebiedsdossier wordt aangegeven dat de combinatie van de kwetsbaarheidskaart en het mogelijk risicovolle gebruik als 'bouwterrein' resulteert in een knelpunt. De aanwezigheid van knelpunten hoeft niet onmiddellijk te betekenen dat er ook daadwerkelijk sprake is van actuele risico’s. Het betekent wel dat de winning in het gebied waar sprake is van een knelpunt, dermate kwetsbaar is dat gangbare stedelijke activiteiten gemakkelijk aanleiding kunnen geven tot bedreiging van de ruwwaterkwaliteit met verontreinigingen.

3.2.3 Omgevingsverordening Overijssel 2009

De Omgevingsverordening Overijssel 2009 (hierna: 'Omgevingsverordening') wordt ingezet voor die onderwerpen waarvoor de provincie eraan hecht dat de doorwerking van het beleid van de Omgevingsvisie juridisch geborgd is. De verordening voorziet ten opzichte van de Omgevingsvisie niet in nieuw beleid en is daarmee dus beleidsneutraal. De inzet van de verordening als juridisch instrument om de doorwerking van provinciaal beleid af te dwingen is beperkt tot die onderdelen van het beleid waarvoor de inzet van algemene regels noodzakelijk is om provinciale belangen veilig te stellen of om uitvoering te geven aan wettelijke verplichtingen.

De Omgevingsverordening heeft de status van:

  • Ruimtelijke verordening in de zin van artikel 4.1. Wet ruimtelijke ordening
  • Milieuverordening in de zin van artikel 1.2. Wet milieubeheer
  • Waterverordening in de zin van de Waterwet
  • Verkeersverordening in de zin van artikel 57. Van de Wegenwet en artikel 2A. van de Wegenverkeerswet.

In de Omgevingsverordening is een aantal principes vastgelegd waaraan binnen de provincie Overijssel dient te worden voldaan. De voor dit plan (meest) relevante staan hieronder samengevat:

  • alleen bouwen voor de lokale behoefte;
  • alleen bouwen binnen bestaand stedelijke gebied;
  • de nieuwe ontwikkeling moet passen binnen het ontwikkelingsperspectief dat in de Omgevingsvisie Overijssel voor het gebied is neergelegd.

Er zijn onderbouwd bepaalde uitzonderingen mogelijk op het bovenstaande.

Binnen de stedelijke laag valt het plangebied onder "woonwijken 1955 - nu". Als ontwikkelingsperspectief geldt hier "woonwijk". Onderhavig plan wijkt niet af van het genoemde ontwikkelingsperspectief. Aan de andere principes wordt ook voldaan.

Uit de "Functiekaart water" wordt duidelijk dat het plangebied in een grondwaterbeschermingsgebied (Hasselo) ligt. De bescherming van het grondwatergebied is vastgelegd in de Omgevingsverordening. De Omgevingsverordening bepaalt in artikel 2.13.3 dat voor locaties in grondwaterbeschermingsgebieden en intrekgebieden bestemmingsplannen dienen te voorzien in een aanduiding voor grondwaterbeschermingsgebieden en intrekgebieden waarbij alleen functies worden toegestaan die harmoniëren met de functie voor de drinkwatervoorziening.

In afwijking hiervan kunnen in grondwaterbeschermingsgebieden ook nieuwe niet-risicovolle functies worden toegestaan, mits daarbij wordt voldaan aan het stand-still-, dan wel stap-vooruitprincipe. In relatie hiermee is door het bureau Janssen & Van Egmond een inschatting gemaakt van de risico's van het huidige gebruik in relatie tot de grondwaterwinning op basis van de hierbij gebruikelijke REFLECT-methodiek (zie paragraaf 4.2).

In onderhavig bestemmingsplan is de aanduiding "milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied" opgenomen, waarmee wordt voldaan aan het gestelde in artikel 2.13.3 van de Omgevingsverordening.

In paragraaf 4.1 wordt nader ingegaan op de watersituatie en de wijze waarop daarmee in dit plan wordt omgegaan.