Plan: | Timmersveld, Beitelstraat 28 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0164.BP0075-0301 |
De kwetsbaarheid van het intrekgebied is door het bureau Jansen en van Egmond met behulp van de REFLECT-methodiek in beeld gebracht. REFLECT is een methodiek waarmee de bedreiging voor een grondwaterwinning door verschillende ruimtelijke inrichtingen kan worden geschat. De bedreiging heeft betrekking op de kwaliteit van het grondwater en wordt bepaald door twee factoren:
• de belasting van het grondwater;
• de kwetsbaarheid van het grondwater.
Door een combinatie van de functiegerelateerde belastingsscore en de fysische kwetsbaarheidscore wordt een risico-index verkregen. Deze risico-index drukt de mate van bedreiging voor de grondwaterkwaliteit uit. Hierbij wordt gebruik gemaakt van een dataset met algemeen geldende scores.
Zowel de functie als de inrichting van de grond bepalen in hoge mate welke stoffen in welke mate vrijkomen in de bodem, lucht en water. De waarden die hiervoor gebruikt zijn, zijn standaardwaarden die tot stand zijn gekomen op basis van literatuurstudie.
De totale milieubelasting wordt bepaald op basis van de diffuse belasting, het calamiteitenrisico en de handhavingmogelijkheden. Deze drie aspecten krijgen ieder een eigen wegingsfactor waarna ze bij elkaar opgeteld worden.
De diffuse score per stof is het product van de aan deze stof toegekende score voor belasting en het gewicht dat aan deze stof wordt toegekend bij een bepaalde gebruiksfunctie.
Deze gebruiksfunctie kan langs een min of meer gangbare hiërarchische boom worden gekarakteriseerd. De REFLECT-methodiek gaat uit van slechts 30 landsgebruiksvormen, afkomstig uit 12 functies in 4 hoofdfuncties. De hoofdfunctie 'Buitengebied' kent ondermeer de functie akkerbouw. De oude functie akkerbouw, intensief, hoog niveau van het onderhavige perceel, is ontleend aan het voormalige gebruik van het perceel en de huidige bestemming ervan, zijnde agrarisch. Op het perceel werd maïs verbouwd en het gebruik van de chemische bestrijdingsmiddelen bentazon tot MCPA is/was toegestaan. Zoals verder bekend, wordt bentazon gebruikt voor de bestrijding van 1-jarige onkruiden in maïs. In het algemeen is bekend dat bentazon nog regelmatig in normoverschrijdende concentraties in grondwater wordt gevonden.
De 'nieuwe' functie kan volgens de REFLECT- methodiek slechts ingedeeld worden in de hoofdfunctie 'Industrie' met als functie Productie/Opslag, en dan vervolgens in de vorm hoog of laag niveau. Volgens de REFLECT-methodiek is de functie ingedeeld in de zware hoofdfunctie 'Industrie' terwijl indeling in bijvoorbeeld een (lichtere hoofd-)functie 'Transport' meer geëigend zou zijn geweest. REFLECT kent echter deze hoofdfunctie niet zodat indeling van de hoofdfunctie van het bedrijf daarom noodgedwongen plaatsvindt in 'Industrie'. Gelet op het beperkte risico van het bestaande gebruik (er worden immers schone stoffen opgeslagen) en de zware indeling in de categorie Industrie, is gekozen voor het lage niveau.
In onderstaande tabel zijn de gebruiksfuncties "industrie, opslag, laag niveau" en "akkerbouw, intensief, hoog niveau" beschouwd. Hoe hoger de score, hoe ongunstiger het effect op de waterwinning. Zie Tabel 1.
Tabel 1 Scores diffuse belasting
Diffuse belasting | industrie opslag | akkerbouw/maïs | |||
laag niveau | hoog niveau | ||||
Gewicht | Score stof | Diffuse score | Score stof | Diffuse score | |
Nutriënten | 5 | 5 | 25 | 10 | 50 |
Zouten | 5 | 8 | 40 | 3 | 15 |
Zuren | 5 | 8 | 40 | 10 | 50 |
Zware metalen | 3 | 8 | 24 | 5 | 15 |
Ontsmettingsmiddelen | 5 | 1 | 5 | 10 | 50 |
Bestrijdingsmiddelen | 10 | 2 | 20 | 10 | 100 |
Vluchtige aromaten | 7 | 8 | 56 | 3 | 21 |
Gehalogeneerde kws | 8 | 8 | 64 | 2 | 16 |
Overige kws | 5 | 8 | 40 | 2 | 10 |
Totaal | 53 | 56 | 314 | 55 | 327 |
Diffuus score | 5,90 | 6,17 |
Uit Tabel 1 blijkt dat industrie, opslag, laag niveau- als gebruik gunstiger is dan de huidige bestemming Landbouw (akkerbouw/maïs).
Het aspect "calamiteiten" wordt beoordeeld op basis van de score voor belasting en het gewicht dat aan deze stof wordt toegekend, vermenigvuldigd met een waarde voor frequentie, ofwel de relatieve kans op voorkomen. Hiervoor zijn wederom standaardwaarden gebruikt. Uit het rapport Functieverweving en Duurzame Waterwinning, REFLECT: bepaling van risico's van functies voor grondwaterwinning uit 1999 opgesteld door KIWA en IWACO blijkt dat:
Hieruit blijkt dat voor intensieve akkerbouw een lager risico zou gelden bij calamiteiten voor de grondwaterwinning dan voor industrie, opslag, laag niveau- gebruik. Echter is het zo dat de uitsplitsing binnen de methodiek ten aanzien van het gebruik industrie - opslag door het generieke karakter ook opslag mogelijk is van schadelijke stoffen. Het feitelijke gebruik dat Olde Kalter wenst, is veel lichter dan al het andere mogelijke gebruik dat de functie toestaat. Er is namelijk alleen sprake van de opslag van gecertificeerd schone grond, verkeersborden en lege containers. Derhalve is het zeer aannemelijk dat de waarde van het aspect calamiteit te hoog is ingeschat voor het gebruik zoals dat zal plaatsvinden. In feite is het risico van een calamiteit te vergelijken met dat van een parkeerterrein. Daarom wordt aangesloten bij de (lagere) frequentie-scores van de functie Parkeerterrein t.o.v. de functie Industrie Laag maar met behoud van de Hoeveelheids-scores van de functie Industrie Laag. Het resultaat hiervan is een calamiteitenscore van 4,36.
De handhaving richt zich voornamelijk op de volgende vier punten:
Hiervan worden de meeste waarden gehecht aan de monitoringsfrequentie. Voor de overige aspecten van handhaving geldt dezelfde weging. Uit het rapport Functieverweving en Duurzame Waterwinning, REFLECT: bepaling van risico's van functies voor grondwaterwinning uit 1999 opgesteld door KIWA en IWACO blijkt dat:
Hieruit blijkt dat de functie industrie, opslag, laag niveau- gebruik beter scoort op handhavingaspecten dan intensieve akkerbouw.
Uit de scores voor de diffuse belasting, het calamiteitenrisico en de handhavingmogelijkheden wordt het totale belastingsrisico vastgesteld (zie tabel 2). De wegingsfactoren zijn opgesteld door KIWA, rapport Functieverweving en Duurzame Waterwinning, REFLECT: bepaling van risico's van functies voor grondwaterwinning uit 1999 opgesteld door KIWA en IWACO. In het rapport wordt er tevens op gewezen dat men zich dient te realiseren dat de scores deels op basis van literatuurwaarden en deels op schattingen zijn gebaseerd. Met name de schattingen zorgen ervoor dat de uiteindelijke risico-index, als indicatief moet worden geïnterpreteerd.
Tabel 2 Totale score per set wegingsfactoren.
Score per aspect | Totale score per set wegingsfactoren | ||||||
Functie | Diffuus | Calamiteit | Handhaving | 1:1:1 | 3:1:1 | 3:2:1 | 5:3:1 |
Akkerbouw, intensief, hoog | 6,20 | 5,48 | 6,40 | 6,03 | 6,10 | 6,91 | 5,98 |
Gewenst gebruik | 5,90 | 4,36 | 4,60 | 4,95 | 5,33 | 5,17 | 5,24 |
Uit tabel 2 blijkt opnieuw dat het nieuwe gebruik (industrie, opslag, laag niveau) op alle toegepaste wegingsfactoren een stap vooruit betekent ten aanzien van het bestemde gebruik (akkerbouw intensief, hoog niveau).
Aanvullend op de berekening zal Olde Kalter ook nog een vloeistofkerende vloer aanleggen met een afsluitbare wadi. Daarnaast is er ook een calamiteitenplan opgesteld met de nodige middelen waardoor in geval van calamiteit een veel kleinere bodembedreiging is dan bij de functie landbouw.
Gebruik makend van de REFLECT methodiek is onderzocht welke invloed de functieverandering heeft op de grondwaterkwaliteit. In 2 van 3 aspecten scoort de nieuw beoogde functie beter dan het bestemde gebruik. Op de aspecten diffuse belasting en het handhavingrisico scoort de toekomstige functie industrie, opslag, laag niveau- activiteit beter dan de huidige bestemming agrarisch. Op het aspect calamiteiten scoort de toekomstige functie industrie, opslag, laag niveau- activiteit slechter dan de huidige bestemming landbouw.
Conclusie REFLECT-onderzoek
De ontwikkeling van de activiteit industrie, opslag, laag niveau, op de locatie Beitelstraat 28 achter te Hengelo is in zijn geheel gezien: