direct naar inhoud van 4.3 Monumenten en archeologie
Plan: Bedrijventerrein Westermaat
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0164.BP0020-0302

4.3 Monumenten en archeologie

4.3.1 Monumenten

Hengelo heeft 80 rijksmonumenten, ca. 90 gemeentelijke monumenten, 35 beeldbepalende gemeentelijk karakteristieke panden en een beschermd dorpsgezicht, Tuindorp 't Lansink. Binnen het plangebied is Klaas aan de Brug aangewezen als gemeentelijk monument. Op basis van archeologisch onderzoek nabij Klaas aan de Brug wordt deze locatie als vindplaats aangemerkt. De voorganger van de schippersherberg vindt zijn oorsprong in de Late Middeleeuwen. Sinds die tijd is het erf waarschijnlijk continu bewoond geweest. Sporen uit de Late Middeleeuwen en Nieuwe Tijd zijn te verwachten in de nabijheid van het huidige erf. Om deze reden wordt het erf beschermd. Om verstoring van het erf te voorkomen wordt planinpassing aanbevolen. Indien het erf niet in situ kan worden behouden, dan wordt geadviseerd de vindplaats te waarderen door middel van proefsleuven.

4.3.2 Archeologie

In 1992 is op Malta een Europees verdrag gesloten over het cultureel erfgoed in de bodem, het Verdrag van Valetta genoemd. Het doel van het verdrag is bij ruimtelijke planning meer en beter rekening te houden met de archeologische waarden die zich in de bodem bevinden. Het verdrag van Malta heeft een vertaling in de Nederlandse wet gekregen met de (gedeeltelijke) inwerkingtreding van de Wet op de archeologische monumentenzorg op 1 september 2007 (Wamz).

Uitgangspunt van de Wamz is om archeologische waarden te beschermen, zonder meer maatschappelijke last te veroorzaken dan nodig is. Wat er moet gebeuren, verschilt per gebied en regio, dus niet alle activiteiten zijn even ingrijpend.
De Wamz heeft vier belangrijke pijlers:

  • archeologische waarden moeten zo veel mogelijk in de bodem (in situ) worden bewaard;
  • archeologie moet tijdig worden meegenomen in de procedures van ruimtelijke planvorming;
  • de verstoorder van het bodemarchief betaalt de kosten van archeologisch vooronderzoek en noodzakelijke volwaardige opgravingen, voorzover die kosten redelijkerwijs kunnen worden toegerekend aan de verstoorder;
  • gemeenten en provincies krijgen een belangrijke rol in de verankering van archeologie in hun ruimtelijke plannen en vergunningen; zij krijgen de ruimte om vergunningvoorwaarden genuanceerd in te vullen.

De wijze waarop de gemeente invulling geeft aan het archeologisch beleid is weergegeven in paragraaf 3.4.9