direct naar inhoud van 5.3 Water
Plan: Haaksbergen Dorp, deelplan Hassinkbrink, partiële herziening Hassinkborgh
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0158.BP1062-0001

5.3 Water

5.3.1 Kader

In het moderne waterbeheer (waterbeheer 21e eeuw) wordt gestreefd naar duurzame, veerkrachtige watersystemen met minimale risico's op wateroverlast of watertekorten. Belangrijk instrument hierbij is de Watertoets, die sinds 1 november 2003 in de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) wettelijk is verankerd. Initiatiefnemers zijn verplicht in ruimtelijke plannen een beschrijving op te nemen van de gevolgen van het plan voor de waterhuishouding. Het doel van de wettelijk verplichte Watertoets is te garanderen dat waterhuishoudkundige doelstellingen expliciet en op een evenwichtige wijze in het plan worden afgewogen. Deze waterhuishoudkundige doelstellingen betreffen zowel de waterkwantiteit (veiligheid, wateroverlast, tegengaan verdroging) als de waterkwaliteit (riolering, omgang met hemelwater, lozingen op oppervlaktewater). Ook in de nieuwe Wro (1 juli 2008) is de Watertoets verplicht.

De Europese Kaderrichtlijn Water is richtinggevend voor de bescherming van de oppervlaktewaterkwaliteit in de landen in de Europese Unie. Aan alle oppervlaktewateren in een stroomgebied worden haalbare doelen gesteld die in 2015 moeten worden bereikt. Ruimtelijk relevant rijksbeleid is verwoord in de Vierde Nota Waterhuishouding, de Nota Ruimte en het Advies Waterbeheer 21e eeuw. In de provincie Overijssel is de in 2006 vastgestelde Partiële Herziening Ruimte en Water van het Streekplan en het Waterhuishoudingsplan Overijssel 2000+ richtinggevend voor waterschap en gemeenten.

Het Waterschap Regge en Dinkel heeft de beleidskaders van rijk en provincie nader uitgewerkt in het vigerende Waterbeheerplan. Diverse aspecten van het waterbeleid zijn verder uitgediept in aparte beleidsnota's. Voor het ruimtelijk relevante thema vasthouden en bergen van water, is de Beleidsnota Retentie opgesteld. De uitgangspunten en wensen voor de inrichting en het beheer van beken en overige waterlopen zijn verwoord in de Stroomgebied Actie Plannen (STAP). De notitie Afkoppelen / niet aankoppelen geeft de visie van het Waterschap Regge en Dinkel weer over de wijze waarop met hemelwater moet worden omgegaan en bevat een beslisboom voor de juiste keuze van hemelwaterafvoer in verschillende situaties. De uitgangspunten en randvoorwaarden die het waterschap hanteert voor het toetsen van de basisinspanning en het ontwerp van rioolstelsels in samenhang met het oppervlaktewatersysteem, zijn opgenomen in de nota Actualisering Rioleringsbeleid. Daarnaast is de Keur van Waterschap Regge en Dinkel een belangrijk regelstellend instrument waarmee in ruimtelijke plannen rekening moet worden gehouden. Op gemeentelijk niveau zijn het in overleg met Waterschap Regge en Dinkel opgestelde gemeentelijk Waterplan en het gemeentelijk Rioleringsplan van belang voor het afwegen van waterbelangen in ruimtelijke plannen"-.

5.3.2 Plangebied
5.3.2.1 Watersysteem

In het waterbeheer van de 21e eeuw worden duurzame, veerkrachtige watersystemen nagestreefd. Dit betekent concreet dat droge perioden worden doorstaan zonder droogteschade, vissterfte en stank, en dat in natte perioden geen overlast optreedt door hoge grondwaterstanden of inundaties vanuit oppervlaktewateren. Problemen worden niet afgewenteld op andere gebieden of latere generaties. Het principe "eerst vasthouden, dan bergen, dan pas afvoeren" is hierbij leidend.

5.3.2.2 Hemelwater en afvalwater

Het zoveel mogelijk scheiden van vuil en schoon water is belangrijk voor het bereiken van een goede waterkwaliteit. Door te voorkomen dat grote hoeveelheden relatief schoon hemelwater door rioolstelsels worden afgevoerd, neemt het aantal overstorten van verontreinigd rioolwater op oppervlaktewater af en neemt de doelmatigheid van de rioolwaterzuivering toe. Hierdoor verbetert zowel de kwaliteit van oppervlaktewateren waarop overstorten plaatsvinden als de kwaliteit van het effluent ontvangende oppervlaktewater. Indien het schone hemelwater door middel van infiltratie in het gebied wordt vastgehouden alvorens het wordt afgevoerd naar oppervlaktewater, draagt dit bovendien bij aan de duurzaamheid van het watersysteem. Vandaar dat het principe "eerst schoonhouden, dan scheiden, dan pas zuiveren" een belangrijk uitgangspunt is bij nieuwe stedelijke ontwikkelingen.

5.3.2.3 Invloed van het plan op de waterhuishouding

Het plan ligt in stedelijk gebied van Haaksbergen op de hoek van de Hengelosestraat en de Noordsingel en beslaat een oppervlakte van ongeveer 1,5 tot 2 ha. Het plangebied maakt onderdeel uit van de woonwijk de Hassinkbrink. Uitgangspunt van de gemeente is om voor het plangebied aan te sluiten bij het rioleringssysteem dat in de woonwijk de Hassinkbrink ligt. Dit betekent dat de riolering bestaat uit een infiltratiesysteem voor het hemelwater van daken en wegen en afvoer van het huishoudelijk afvalwater naar de rioolafvalwaterzuivering . Op welke manier de infiltratie van het hemelwater gaat plaatsvinden wordt nader uitgewerkt in een waterhuishoudkundig plan. Ten noorden van de locatie ligt een waterloop van de legger der wateren van het Waterschap Regge en Dinkel. Deze zal in de toekomstige plannen worden ingepast.

5.3.2.4 Proces

In het kader van de bestemmingsplanprocedure heeft de gemeente Haaksbergen op 29 juni 2009 een vooroverleg gehad met het waterschap Regge en Dinkel. In dit overleg heeft de gemeente voor zover dat in dit planstadium mogelijk was haar plannen met de waterhuishoudkundige aspecten nader toegelicht. Tot zover heeft het waterschap aangegeven te kunnen instemmen met de bovenstaande uitgangspunten. De waterhuishouding zal verder worden uitgewerkt in een waterhuishoudkundig plan voor deze locatie, dat te zijner tijd aan het waterschap zal worden voorgelegd.

5.3.3 Conclusie

Het plan heeft geen nadelige invloed op de waterhuishouding. De procedure voor de Watertoets is gevolgd. Het waterschap Regge en Dinkel heeft geen bezwaren tegen de voorgenomen bestemmingswijziging en geeft een positief wateradvies.