direct naar inhoud van 3.3 Gemeentelijk beleid
Plan: Hangar 11
Status: vastgesteld
Plantype: projectbesluit
IMRO-idn: NL.IMRO.0153.PB00007-0003

3.3 Gemeentelijk beleid

3.3.1 Structuurvisie Luchthaven Twente e.o.

Op 14 december 2009 heeft de gemeenteraad (geamendeerd) de structuurvisie gebiedsontwikkeling luchthaven Twente e.o. vastgesteld. Hierin is gekozen voor optie B (compacte luchthaven in het groen). Deze structuurvisie gaat uit van een transformatie van de voormalige militaire vliegbasis in een burgerluchthaven in een robuuste landschappelijke setting. Het vliegveld maakt gebruik van de start en landingsbaan van de voormalige militaire basis. De aan het vliegveld gelieerde functies zoals parkeren, bedrijvigheid en leisure liggen allemaal ten noorden van de start- en landingsstrip en worden ontsloten vanaf de Weerseloseweg. Ten zuiden van het vliegveld aan de voet van de Lonnekerberg ligt de nadruk op het uitbouwen van de landschappelijke kwaliteit van het gebied. Beekherstel en het ontwikkelen van nieuwe natuur opent het perspectief op een nieuwe verbinding in de Ecologische Hoofdstructuur zuidelijk van de luchthaven. In dit landschap zuidelijk van de luchthaven is ter plekke van de voormalige kampen plaats voor thematische woonclusters en extensieve vormen van leisure en bedrijvigheid. De bestaande waardevolle bebouwing wordt in deze herprogrammering nadrukkelijk meegenomen. Deze deels nieuwe programma’s op de vroeger goed beveiligde en geïsoleerde enclaves van de vliegbasis worden bereikbaar door een stelsel van lanen die het terrein dooraderen en de locatie verankeren in haar wijdere omgeving. In dit netwerk van verbindingen vormt de vroegere infrastructuur van de basis een belangrijke schakel.

3.3.2 Ontwikkelingsplan 2012

Op 12 maart 2012 heeft de gemeenteraad van Enschede een herijking van de tot dan toe geldende plannen voor de gebiedsontwikkeling luchthaven Twente vastgesteld. Het ontwikkelingsplan houdt op hoofdlijnen in:

  • op sommige deelgebieden een meer organische groei;
  • met betrekking tot de woningbouw een aangepaste segmentering en fasering;
  • wijziging van woningbouw naar leisure/bedrijvigheid in het deelgebied Deventerpoort.

Met uitzondering van de aanpassing in het deelgebied Deventerpoort blijven alle aanpassingen binnen de door de gemeenteraad van Enschede vastgestelde kaders.

Oostkamp

In de gemeentelijke structuurvisie is dit deelgebied aangewezen voor “leisure / innovatieve bedrijvigheid”. In de provinciale ruimtelijke visie valt deze ontwikkeling onder “landelijk wonen en werken”. De voorgestelde ontwikkeling met een inpassing van de bestaande en cultuurhistorisch waardevolle panden, past in deze definities. Ten opzichte van 2009 is er nu – gezien de marktomstandigheden – rekening gehouden met een organische ontwikkeling.

3.3.3 Watervisie

De “Watervisie Enschede- de blauwe aders terug in de stad” is in oktober 2002 door de gemeenteraad van Enschede vastgesteld. De hierin opgenomen principes vormen de basis voor de aanpak en benadering van de waterhuishouding van Enschede en zijn afgeleid uit de richtlijnen die de rijksoverheid heeft vastgesteld voor het waterbeheer in Nederland. De missie van de watervisie is het aanzetten tot het aanpakken van problemen en het grijpen van de kansen in het stedelijk waterbeheer. Ter ondersteuning van de missie zijn in de watervisie drie doelstellingen opgenomen:

  • 1. Water moet een leidende rol vervullen bij de ruimtelijke inrichting,
  • 2. Samenwerking tussen de verschillende 'waterpartners' (bijvoorbeeld het waterschap), de gemeentelijke organisatie en samenwerking tussen de gemeente en de bewoners moet bevorderd worden,
  • 3. Water moet weer in de belevingswereld van de bewoners komen.

Om de watervisie in 2030 werkelijkheid te kunnen laten zijn, moet de visie een samenhangend geheel vormen en moeten betrokken partijen intensief met elkaar samenwerken. Het geraamte van de visie bestaat uit een viertal leidende principes, die zijn afgeleid uit de richtlijnen die de rijksoverheid heeft vastgesteld voor het waterbeheer in Nederland:

  • a. Vasthouden (infiltreren), bergen en afvoeren: regenwater dient zo min mogelijk uit het stedelijk gebied afgevoerd te worden. De achtergrond van dit principe is dat door versnelde afvoer van hemelwater stroomafwaarts problemen in de waterhuishouding ontstaan.
  • b. Herstellen van de nierwerking: het zoveel mogelijk scheiden van schone en vuile waterstromen, waarbij het schone water mogelijkheden biedt tot (her)gebruik en het vuile water afgevoerd moet worden naar de zuivering.
  • c. Een doelmatige waterketen: minimaliseren van de kosten van de keten, het minimaliseren van de negatieve effecten op het milieu en het vergroten van de dienstverlening naar de gebruiker van de waterketen.
  • d. Beleving van water: door water een expliciete rol te geven in de leefomgeving van mensen, kan de kwaliteit van de ruimtelijke inrichting worden vergroot.