direct naar inhoud van 3.3 Regionaal beleid
Plan: Spijkvoorderenk
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0150.D126-VG01

3.3 Regionaal beleid

3.3.1 Regionale structuurvisie Stedendriehoek 2030

De Regionale structuurvisie Stedendriehoek 2030 is in mei 2007 vastgesteld door de gemeenteraden van Apeldoorn, Brummen, Deventer, Lochem, Voorst en Zutphen.

Het regionale programma voor wonen en werken stelt de Stedendriehoek voor de belangrijke opgave van stedelijke ontwikkeling. De vraag is hoe dit programma kan worden ingezet voor een kwaliteitssprong van de Stedendriehoek als geheel.

In de verstedelijkingsopgave voor het wonen binnen de Stedendriehoek speelt het bestaand stedelijk gebied een prominente rol: de Stedendriehoek kiest uitdrukkelijk voor verdere herstructurering en intensivering van het bestaand stedelijk gebied boven nieuwe stadsuitbreidingen. Die ambitie is niet gering: de steden en dorpen in de Stedendriehoek realiseren samen meer dan 45% van het programma voor wonen door het bestaand stedelijk gebied te herontwikkelen.

Ook Deventer stelt stedelijke herstructurering centraal in zijn ruimtelijke ontwikkeling. Deze herstructureringsopgave vraagt om maatwerk en vindt in principe verspreid over de gehele stad plaats. In Deventer concentreert de stedelijke inbreiding en herstructurering zich in de binnenstedelijke randzones, in combinatie met het herontwikkelen van specifieke locaties als het Havenkwartier en de naoorlogse wijken Keizerslanden en de Rivierenwijk.

Aangezien de herstructurering van bestaande steden en dorpen onvoldoende capaciteit biedt om te voorzien in het totale woonprogramma, zijn nieuwe stedelijke uitbreidingen onmisbaar in de ontwikkeling van de Stedendriehoek. Deze nieuwe uitbreidingen zijn aanvullend op de lopende en geplande stadsuitbreidingen, zoals Steenbrugge en Westenberg in Deventer. Deze nieuwe woonwijken zijn de laatste jaren al volop in ontwikkeling en gaan inmiddels de laatste fasen van de uitvoering in. Bij deze locaties vormen de plaatselijke watersituatie en de primaire watergebieden uit het streekplan Overijssel en bijzonder aandachtspunt.

Voor nieuwe stadsuitbreidingen kiest de Stedendriehoek nadrukkelijk voor bundeling en intensivering van verstedelijking en voor concentratie van nieuwe woningbouw- en bedrijvenlocaties in en aan de drie steden. Daarnaast kiest de Stedendriehoek voor het onverminderd doorzetten van de uitvoering van lopende stadsuitbreidingen in en aan de steden zoals Steenbrugge en de Vijfhoek, waaronder Spijkvoorderenk, in Deventer.

Programma wonen

In het Voorontwerp van de Regionale Structuurvisie werd uitgegaan van een woningbouwprogramma van 38.000 woningen voor het bundelingsgebied in de periode 2001-2030. Inmiddels zijn verschillende nieuwe verkenningen uitgevoerd naar de ontwikkeling van het aantal huishoudens en de woningbehoefte in de Stedendriehoek. Deze verkenningen laten een daling van de woningbehoefte zien, maar verschillen onderling sterk, hetgeen aangeeft dat de prognoses van de woningbehoefte voor de lange termijn gepaard gaan met grote onzekerheidsmarges.

De Stedendriehoek wil op een zorgvuldige manier deze prognoses vertalen naar het regionaal programma voor wonen. De Stedendriehoek kiest er niet voor om het programma van 38.000 woningen uit het voorontwerp vast te houden, wanneer dit zou leiden tot overloop van andere regio's naar de Stedendriehoek. De Stedendriehoek vindt het belangrijk om uit te gaan van een scenario dat gebaseerd is op een groei die over een langere periode haalbaar is gebleken en wil deze groeipositie behouden. Het Trendscenario komt daaraan het meest tegemoet.

De regio wil zich niet profileren als de overloopregio van onder meer de Randstad. Het regionaal woningbouwprogramma is daarom gebaseerd op de regionale woningbehoefte. Wel wil de regio ontwikkelingsruimte bieden voor nieuwe, aanvullende woon- en werkmilieus, die het vestigingsklimaat van de Stedendriehoek als zelfstandig netwerk versterken. Daarom kiest de Stedendriehoek voor het volgen van het Trendmodel-plus dat volgens de meest recente inzichten inzet op een woningbouwprogramma van 33.500 woningen netto (d.w.z. onder aftrek van vervangende nieuwbouw) voor de periode 2005 - 2030. Voor de periode 2005 - 2015 zijn dat ongeveer 21.000 woningen netto. Omdat de prognoses forse onzekerheidsmarges kennen voor de lange periode tot 2030 kiest de Stedendriehoek ervoor een goede fasering in het programma aan te brengen met verschillen in 'hardheid' tussen de periode vóór en na 2015.

De Stedendriehoek kiest voor het onverminderd doorzetten van de uitvoering van lopende stadsuitbreidingen in en aan de steden zoals Steenbrugge en de Vijfhoek, waaronder Spijkvoorderenk, in Deventer. Overigens blijkt verderop in deze toelichting bij het gemeentelijk beleid dat qua aantallen en type wordt aangesloten wordt bij de 'Woonvisie 2008+'. Deze woonvisie is in overleg met de provincie en de regio tot stand gekomen en sluit dus aan bij het regionale beleid.