direct naar inhoud van Artikel 30 Wonen - Woonzorgcentrum
Plan: West - Terschelling 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0093.086406-VA03

Artikel 30 Wonen - Woonzorgcentrum

 

30. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Wonen - Woonzorgcentrum’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

a.    gebouwen en overkappingen ten behoeve van:

1.    een verzorgings- en/of verpleeg(te)huis;

2.    aanleunwoningen;

3.    sociale en medische doeleinden;

4.    sociaal-culturele doeleinden;

5.    dienstverlenende instellingen en/of dienstverlenende bedrijven;

6.    detailhandel, voorzover deze functie ondergeschikt is aan en dienste staat van de in lid 30.1. onder a sub 1 genoemde functie;

7.    een mortuarium/aula;

met daarbij behorende:

b.    nuts- en communicatievoorzieningen;

c.    tuinen en terreinen;

d.    wegen, paden en pleinen;

e.    parkeervoorzieningen;

f.     bosgebied;

g.    groenvoorzieningen;

h.    bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

30. 2.    Bouwregels

30. 2. 1. Voor het bouwen van gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

a.    het bebouwingspercentage zal ten hoogste het in het bouwvlak aangegeven maximum bebouwingspercentage (%) bedragen;

b.    de dakhelling van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 30° bedragen;

c.    de diepte van een gebouw of een overkapping zal ten hoogste 5,00 m bedragen;

d.    de goothoogte en de bouwhoogte van een woongebouw zal ten hoogste de in het maatvoeringsvlak aangegeven maximale goot- en bouwhoogte (m) bedragen;

e.     de dakhelling van de gebouwen en overkappingen zal niet minder respectievelijk meer bedragen dan de in het maatvoeringsvlak aangegeven minimale - maximale dakhelling (graden).

30. 2. 2. Voor het bouwen van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt de volgende regel:

-       de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

30. 3.    Regels inzake afwijking van de Bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan afgeweken worden van:


a.    het bepaalde in lid 30.2.1. onder d in die zin dat de bouwhoogte van een gebouw of een overkapping wordt vergroot, mits:

-       deze vergroting niet meer dan 30% van het bebouwde oppervlak zal bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte niet meer zal bedragen dan 20,00 m boven NAP;

 

b.    het bepaalde in lid 30.2.2. in die zin dat de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 m, mits:

-       geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

30. 4.    Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

-       het gebruik van de gronden voor het gebruik als bosgebied, zodat de totale oppervlakte minder bedraagt dan 25% van het bestemmingsvlak.