direct naar inhoud van Artikel 12 Maatschappelijk
Plan: West - Terschelling 2012
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0093.086406-VA03

Artikel 12 Maatschappelijk

 

12. 1.    Bestemmingsomschrijving

De voor ‘Maatschappelijk’ aangewezen gron­den zijn bestemd voor:

a.    gebouwen ten behoeve van maatschappelijke voorzieningen in combinatie met een woning, alsmede personeelsverblijven ten behoeve van het politiebureau uitsluitend ter plaatse van de aanduiding “specifieke vorm van maatschappelijk – personeelsverblijven”;

alsmede in beperkte mate voor:

b.    straten en paden;

c.    nuts- en communicatievoorzieningen;

met daarbij behorende:

d.    tuinen, erven en terreinen;

e.    bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

12. 2.    Bouwregels

12. 2. 1. Voor het bouwen van de in lid 12.1. onder a en b genoemde gebouwen en overkappingen gelden de volgende regels:

a.    per bestemmingsvlak mogen uitsluitend gebouwen en overkappingen ten behoeve van de ter plaatse gevestigde maatschappelijke voorziening;

b.    de gebouwen en overkappingen zullen binnen een bouwvlak worden gebouwd;

c.    indien een gevellijn is aangegeven, zal ten minste één gevel in de gevellijn worden gebouwd;

d.    het aantal woningen zal per bestemmingsvlak ten hoog­ste één bedragen;

e.    het bebouwingspercentage zal, voor zover aangegeven, ten hoogste het in het bouwvlak aangegeven maximum bebouwingspercentage (%) bedragen;

f.    de goothoogte en de bouwhoogte van de gebouwen en overkappingen zal ten hoogste de in het maatvoeringsvlak aangegeven maximale goot- en bouwhoogte (m) dan wel de feitelijke goot- en bouwhoogte bedragen;

g.    de dakhelling van de gebouwen en overkappingen zal niet minder respectievelijk meer bedragen dan de in het maatvoeringsvlak aangegeven minimale - maximale dakhelling (graden), tenzij de bestaande dakhelling respectievelijk minder dan wel meer bedraagt, in welk geval de minimale dan wel maximale dakhelling ten minste dan wel ten hoogste de bestaande dakhelling zal bedragen.

12. 2. 2. Voor het bouwen van overige bouwwerken, geen gebou­wen zijnde, gelden de volgende regels:

a.    de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 1,00 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen achter de naar de weg gekeerde gevel(s) van het (de) dichtst bij de weg gesitueerde gebouw(en) ten hoogste 2,00 m zal bedragen;

b.    de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.

12. 3.    Regels inzake afwijking van de bouwregels

Met een omgevingsvergunning kan afgeweken worden van:


a.    het bepaalde in lid 12.2.1. onder f in die zin dat de goot- en bouwhoogte van gebouwen wordt vergroot tot respectievelijk 7,00 m en 11,00 m, mits:

-       geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden. Bij de afwijking wordt een locatiespecifiek welstandsadvies gevraagd;

 

b.    het bepaalde in lid 12.2.2. onder b in die zin dat de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 m, mits:

-       geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

12. 4.    Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:

a.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van detailhandel;

b.    het gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van horecadoeleinden;

c.    het gebruik van gebouwen op een zodanige wijze dat het permanente woongedeelte, inclusief aan- en uitbouwen, minder dan 75 bedraagt;

d.    het gebruik van gronden en bouwwerken voor verblijfsrecrea­tieve doeleinden.

 

12. 5.    Wijzigingsbevoegdheid

Het plan kan worden gewijzigd in die zin dat:

 

a.    de oppervlakte van een aangegeven bouwvlak of de gezamenlijke oppervlakte van meerdere aangegeven bouwvlakken binnen een bestemmingsvlak met ten hoogste 20% wordt vergroot, mits:

1.    de geluidsbelasting van de geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeurs­grens­waarde of een verkregen hogere waarde;

2.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusitu­atie, het straat- en bebouwingsbeeld, de woon­situatie en de gebruiksmogelijkheden van de aangren­zende gronden;

 

b.    een aangegeven bouwvlak wordt verschoven, mits:

1.    de oppervlakte van het bouwvlak niet wordt vergroot;

2.    de geluidsbelasting van de geluidsgevoelige objecten niet hoger zal zijn dan de daarvoor geldende voorkeurs­grens­waarde of een verkregen hogere waarde;

3.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusitu­atie, het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkheden van de aan­grenzende gronden;

 

c.    de bestemming ‘Maatschappelijk’ wordt gewijzigd in de be­stemming ‘Detailhandel’, met inbegrip van te wijzigen en aan te brengen bouwvlakken, mits:

1.    na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de regels van artikel 7 van overeenkomstige toepassing zijn;

2.    deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aandui­ding "Wro-zone - wijzigingsgebied 1”;

3.    de detailhandelsfunctie uitsluitend in combinatie met de woonfunctie wordt uitgeoefend, waarbij de oppervlakte van het permanente woongedeelte van het hoofdgebouw niet minder mag bedragen dan 75 ;

4.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusitu­atie, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkhe­den van de aangrenzende gronden;

 

d.    de bestemming ‘Maatschappelijk’ wordt gewijzigd in de bestemming "Wonen - 1", met inbegrip van te wijzigen en aan te brengen bouwvlakken, mits:

1.    na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de regels van artikel 27 van overeenkomstige toepassing zijn;

2.    de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid vergezeld gaat van een exploitatieplan;

3.    er geen sprake is van onevenredige schade voor de aan­grenzende bedrijven, in die zin dat de bedrij­ven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;

4.    niet meer dan één woonhuis per bouwvlak wordt gebouwd;

5.    de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid past binnen het Woonplan Terschelling 2008-2016;

6.    de woonhuizen worden gebruikt dan wel gebouwd voor personen die maatschappelijk en/of economisch aan het eiland Terschelling gebonden zijn;

7.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusituatie, het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsitu­atie en de gebruiksmogelijkheden van de aan­grenzende gronden;

 

e.    de bestemming ‘Maatschappelijk’ wordt gewijzigd in de be­stemming ‘Wonen - 2’, met inbegrip van te wijzigen en aan te brengen bouwvlakken, mits:

1.    na toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de regels van artikel 28 van overeenkomstige toepassing zijn;

2.    deze wijzigingsbevoegdheid uitsluitend wordt toegepast ter plaatse van de aandui­ding "Wro-zone - wijzigingsgebied 7”;

3.    de toepassing van de wijzigingsbevoegdheid vergezeld gaat van een exploitatieplan;

4.    er is geen sprake van onevenredige schade voor de aan­grenzende bedrijven, in die zin dat de bedrij­ven in hun ontwikkelingsmogelijkheden worden beperkt;

5.    de toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid past binnen het Woonplan Terschelling 2008-2016;

6.    de woonhuizen worden gebouwd voor personen die maatschappelijk en/of economisch aan het eiland Terschelling gebonden zijn;

7.    geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de milieusitu­atie, de woonsituatie en de gebruiksmogelijkhe­den van de aangrenzende gronden.