direct naar inhoud van 4.5 Externe veiligheid
Plan: Leeuwarden - Industrieterrein Leeuwarden Oost en De Hemrik
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0080.05009BP00-VG01

4.5 Externe veiligheid

Het aspect externe veiligheid betreft het risico op een ongeval waarbij een gevaarlijke stof aanwezig is. Daarbij kan het gaan om stationaire bronnen (chemische fabriek, LPG-vulpunt) en mobiele bronnen (transportroute gevaarlijke stoffen). Bij externe veiligheid worden het plaatsgebonden risico (dat zich in hoofdzaak richt op de kans op een ramp) en het groepsrisico (dat zich vooral richt op het aantal mogelijke slachtoffers) onderscheiden.

De risicokaart van Nederland geeft een goede indicatie van aanwezige inrichtingen, transportroutes en transportleidingen voor gevaarlijke stoffen. In onderstaande afbeelding is een fragment van de risicokaart voor het plangebied opgenomen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0080.05009BP00-VG01_0003.png"

fragment risicokaart.nl

In de hierna volgende paragrafen volgt een toelichting op de aanwezig inrichtingen, transportroutes en transportleidingen zoals op bovenstaande afbeelding aangegeven.

4.5.1 Risicovolle inrichtingen

In het plangebied zijn meerdere risicovolle inrichtingen aanwezig. Het gaat daarbij om inrichtingen die opgenomen zijn in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en andere inrichtingen. In het hiervoor opgenomen fragment zijn de inrichtingen aangegeven met een rode driehoek of stip, al dan niet met een begrenzing van de inrichting erbij.

Tankstations waarbij ook LPG wordt verkocht (zoals het tankstation aan de Jupiterweg) vallen onder het Bevi. Daarnaast valt ook Friesland Campina onder het Bevi, vanwege de opslag van ammoniak. Bij dergelijke inrichtingen zijn veiligheidszones van toepassing. Het gaat daarbij om het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR).

Plaatsgebonden risico

Bij de Bevi-inrichtingen in het plangebied gaat het om een LPG-tankstation en Friesland Campina. De van belang zijnde PR-contouren (10-6) rond de Bevi-inrichtingen zijn in de afbeelding aangegeven door middel van de zwart gestreepte cirkels. Bij het LPG-tankstation liggen deze rond het vulpunt, de afleverzuil en de opslagtank. De grootte van de cirkel is afhankelijk van verschillende aspecten, waaronder de doorzet (m3 gas), of een opslagtank ondergronds of bovengronds is, etc.

Zoals aangegeven is in het plangebied ook sprake van een inrichting die niet onder het Bevi valt. Het gaat daarbij om de rioolwaterzuiveringsinstallatie (rwzi) in het plandeel Oost. Bij deze inrichting is sprake van een biogashouder met een opslagcapaciteit van 300.000 liter. Hier is een PR-contour van 25 meter rond het opslagpunt aanwezig.

Deze PR-contouren en de locatie van de risicovolle inrichtingen zijn waar nodig in dit bestemmingsplan overgenomen, zodat verzekerd is dat de risicocontouren rond de inrichtingen niet vergroten en/of wijzigen van formaat. Hierdoor worden mogelijk aanwezige risico's ten opzichte van (beperkt) kwetsbare objecten (bijvoorbeeld kantoren of woningen) niet groter. De risicocontouren vallen op dit moment niet over (beperkt) kwetsbare objecten en vormen daardoor geen belemmering.

Groepsrisico

Naast een PR-contour is rond inrichtingen sprake van een GR-contour. Bij de LPG-tankstations is hiervoor in het Bevi een vaste contour van 150 meter opgenomen, het zogenoemde invloedsgebied. Wanneer ontwikkelingen met (beperkt) kwetsbare objecten binnen deze contouren plaatsvinden, is een verantwoording van het groepsrisico noodzakelijk.

In de bestaande situatie levert het groepsrisico voor het grootste deel van het plangebied geen belemmeringen op. Het plangebied is immers bedoeld voor bedrijven, die over het algemeen niet als (beperkt) kwetsbaar object worden aangemerkt. De aanwezige bedrijfswoningen in De Hemrik worden aangemerkt als (beperkt) kwetsbaar object, omdat de dichtheid hiervan meer bedraagt dan twee woningen per hectare. Om belemmeringen te voorkomen is het niet meer toegestaan nieuwe bedrijfswoningen toe te voegen. Het gebied op het voormalige FVC terrein vormt hiervan een uitzondering. In een eerder wijzigingsplan waren hier al (nieuwe) bedrijfswoningen toegestaan. Deze blijven in dit bestemmingsplan mogelijk. Nieuwe risicovolle inrichtingen worden volledig uitgesloten.

4.5.2 Transportroutes gevaarlijke stoffen spoor, water en weg

Zoals op het fragment van de risicokaart te zien is, zijn in en direct rond het plangebied verschillende soorten transportroutes voor gevaarlijke stoffen aangewezen. Het gaat daarbij om het transport over de spoorlijn Leeuwarden-Groningen en - zuidelijk van het plangebied - over het Van Harinxmakanaal.

Het spoor tussen Leeuwarden en Groningen wordt naast het personenvervoer ook in geringe mate gebruikt voor het vervoer van goederen. In het Basisnet spoor zijn spoorwegen opgenomen waar een plaatsgebonden risicocontour geldt. Het traject langs en door het plangebied is hierin niet opgenomen, de plaatsgebonden risicocontour ligt op de rand van de spoorlijn.

Het Van Harinxmakanaal is een transportroute voor gevaarlijke stoffen over water. Aan weerszijden van deze transportroute moet een zone worden vrijgehouden van nieuwe bebouwing en beplanting. Hierdoor kunnen de hulpdiensten, in geval van een calamiteit, de ongevalsplek goed bereiken. Omdat deze gebieden niet binnen het plangebied liggen, biedt dit geen uitgangspunten voor dit bestemmingsplan. Bovendien ligt de PR-contour op de rand van de vaarweg en dus niet binnen het plangebied.

Daarnaast vindt transport van gevaarlijke stoffen in en rond het plangebied plaats over de weg. Het LPG-tankstation moet bijvoorbeeld bevoorraad worden. De frequentie van dit soort transporten is echter laag. De wegen zijn niet opgenomen in het Basisnet weg. De PR-contour rond de wegen ligt op de rand van de weg, waardoor de risico's voor de omgeving minimaal zijn.

4.5.3 Transportroutes gevaarlijke stoffen leidingen

Zoals in het fragment van de risicokaart te zien is, zijn in en direct langs het plangebied twee transportleidingen voor aardgas (rood gestreepte lijnen) aanwezig. Rond de leidingen zijn risicocontouren aanwezig, deze zijn geregeld via het Besluit externe veiligheid buisleidingen (Bevb). Rond de leidingen is een plaatsgebonden risicocontour aanwezig. Deze is afhankelijk van de druk die door de leidingen loopt en de diameter van deze leidingen. De druk door de leidingen is 40 bar, de buizen hebben een diameter van 12 inch. Rond de buis is een belemmeringenstrook aanwezig. In verband met de druk is deze 5 meter aan weerszijden van de buis. De contour van het plaatsgebonden risico betreft is kleiner en de belemmerende strook die wordt daarom opgenomen op de verbeelding.

Rond de buis is een inventarisatieafstand van 140 meter, deze geldt aan weerszijden van de buisleiding. Wanneer binnen die afstand van de buis nieuwe ontwikkelingen plaatsvinden, moet een verantwoording van het groepsrisico plaatsvinden.

4.5.4 Advies Bureau externe veiligheid

Het advies van Brandweer Fryslân is opgenomen in een bijlage bij deze toelichting. Uit dat advies blijkt dat, ondanks maatregelen ter verhoging van de veiligheid risico's nooit voor 100% worden weggenomen. Met behulp van het uitvoeren van de verantwoordingsplicht voor het groepsrisico en het brandweeradvies, heeft het bevoegd gezag zich uitgesproken over de aanvaardbaarheid van het restrisico.

Met het vaststellen van dit bestemmingsplan heeft de gemeenteraad verantwoord dat het groepsrisico en de daaruit voortvloeiende consequenties voor de zelfredzaamheid en hulpverlening, maatschappelijk aanvaardbaar zijn. Geconcludeerd wordt dat externe veiligheid geen belemmering vormt voor de haalbaarheid van dit bestemmingsplan.