direct naar inhoud van Artikel 20: Verkeer - Parkeergarage
Plan: Binnenstad
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0080.02002BP00-VG01

Artikel 20: Verkeer - Parkeergarage

20.1. Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer - Parkeergarage' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. gebouwen ten behoeve van (ondergronds) parkeren;
  • b. gebouwen ten behoeve van parkeren al dan niet in combinatie met ruimte voor grootschalige detailhandel in voedings- en genotmiddelen, voorzover het de eerste bouwlaag betreft, ter plaatse van de aanduiding 'supermarkt';

waarbij het behoud van de in hoofdstuk 3 en bijlage 2 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische, ruimtelijke en archeologische waarden van het beschermd stadsgezicht uitgangspunt is en waarbij, indien de gronden ter plaatse zijn voorzien van de aanduiding 'milieuzone - leeflaag', deze leeflaag beschermd wordt tegen de daaronder aanwezige, doch afgeschermde bodemverontreiniging;

met de daarbijbehorende:

  • c. ontsluitingswegen;
  • d. nutsvoorzieningen;
  • e. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
20.2. Bouwregels
20.2.1. Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende regels:

  • a. een gebouw zal binnen een bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van een gebouw mag ten hoogste de ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' aangegeven bouwhoogte bedragen;
  • c. een ondergrondse parkeergarage zal in ten hoogste één ondergrondse bouwlaag worden gebouwd.
20.2.2. Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen zal ten hoogste 2,00 m bedragen;
  • b. de bouwhoogte van de overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, anders dan rechtstreeks ten behoeve van de geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer, zal ten hoogste 5,00 m bedragen.
20.3. Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

  • a. de in hoofdstuk 3 en bijlage 2 van de toelichting aangegeven cultuurhistorische, ruimtelijke en archeologische waarden van het beschermd stadsgezicht;
  • b. de milieusituatie;
  • c. de verkeerssituatie;
  • d. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken.