direct naar inhoud van 4.3 Toelichting op de artikelen
Plan: Bestemmingsplan Hortusbuurt - Noorderplantsoen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP513HortusbuurtNo-vg01

4.3 Toelichting op de artikelen

4.3.1 Artikelsgewijze toelichting

Inleidende regels

De artikelen 1 tot en met 3 bevatten achtereenvolgens de in het plan gebruikte begrippen en hun definitie, de wijze waarop moet worden gemeten en de manier van omgaan met uitmetingsverschillen.

Bestemmingsregels

Nadere eisen

In veel van de bestemmingen komt een nadere-eisen-regeling voor. Daarbij kunnen burgemeester en wethouders nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van:

a. de verblijfssituatie:

Ten aanzien van de binnen de bestemming toegelaten gebruiksvormen dient rekening gehouden te worden met het instandhouden c.q. tot stand brengen van een redelijke lichttoetreding, alsmede de aanwezigheid van voldoende privacy.

b. het straat- en bebouwingsbeeld:

Ten aanzien van de binnen de bestemming toegelaten gebruiksvormen dient te worden gestreefd naar het instandhouden c.q. tot stand brengen van een, in stedenbouwkundig opzicht, samenhangend straat- en bebouwingsbeeld. In het algemeen zal bij bebouwing worden gestreefd naar:

  • een goede verhouding tussen bouwmassa en open ruimte;
  • een goede hoogte-breedteverhouding tussen de bebouwing onderling en een samenhang in bouwvorm/architectonisch beeld tussen bebouwing die ruimtelijk op elkaar georiënteerd is.

c. de verkeersveiligheid:

Ten aanzien van de binnen de bestemming toegelaten gebruiksvormen dient rekening te worden gehouden met het instandhouden c.q. tot stand brengen van een verkeersveilige situatie.

d. de sociale veiligheid:

Ten aanzien van de binnen de bestemming toegelaten gebruiksvormen dient te worden voorkomen dat een ruimtelijke situatie ontstaat die onoverzichtelijk, onherkenbaar en niet sociaal controleerbaar is.

e. de milieusituatie:

Ten aanzien van de binnen een bestemming toegelaten gebruiksvormen dient rekening te worden gehouden met de milieuaspecten, zoals hinder voor omwonenden en een verkeersaantrekkende werking.

f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden:

Ten aanzien van de binnen een bestemming toegelaten gebruiksvormen dient rekening te worden gehouden met de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, indien deze daardoor kunnen worden beïnvloed.

Artikel 4 Bedrijf

De bestemming Bedrijf is van toepassing op de kringloopwinkel Mamamini aan de Noorderbinnensingel, op het monumentale tankstation aan de Turfsingel en op een reparatiebedrijf voor fietsen, brommers e.d. Sturing op herinvulling is gewenst omdat het vaak grote panden betreft. Het is niet gewenst dat deze panden, na functieverlies, zonder sturing kunnen transformeren naar woon- en/of centrumfuncties. Wonen op de begane grond is dan ook niet toegestaan. De op de verbeelding opgenomen maximale bouwhoogtes zijn tot stand gekomen op de wijze zoals in paragraaf 2.1.4 van de toelichting beschreven.

Artikel 5 Bedrijf - Nutsvoorziening

Deze bestemming geldt voor het grote nutsvoorzieningengebouw aan de Bloemsingel.

Artikel 6 Centrum - 1

De bestemming Centrum - 1 is van toepassing op de panden aan de Nieuwe Ebbingestraat en op delen van het Boterdiep. Ook het winkelcentrum aan De Beren valt onder de bestemming Centrum - 1. Binnen de bestemming zijn detailhandel, zakelijke en maatschappelijke dienstverlening toegestaan. De functie horeca is toegestaan waar dat is aangegeven op de plankaart. Er is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen om nieuwe horecavestigingen van uitsluitend categorie 2 (restaurants) mogelijk te maken. De functie wonen is toegestaan op bovengelegen verdiepingen. Op adressen waar op dit moment op de begane grond gewoond wordt is dat met een aanduiding positief bestemd. Voor de panden aan de westzijde van de Ebbingestraat, gelegen tussen de Noorderkerkstraat en de Zuiderkerkstraat is een afwijkingsbevoegdheid opgenomen om ook de begane grondverdieping voor wonen te mogen gebruiken. Het doel hiervan is om op termijn leegstand te voorkomen. Hetzelfde geldt voor de panden aan de oostzijde van de Nieuwe Ebbingestraat vanaf de Boteringesingel/Bloemsingel (de nummers 119-137). Zie ook paragraaf 2.3 van de toelichting. Voor het Boterdiep, de Turfsingel en de Spilsluizen (voor zover binnen deze bestemming) geldt een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid naar een bouwhoogte van 18 meter. Hiermee ontstaat voor de meeste panden aan deze straten een mogelijkheid om de bestaande bouwhoogte met 4 meter op te hogen. De op de verbeelding opgenomen maximale bouwhoogtes zijn tot stand gekomen op de wijze zoals in paragraaf 2.1.4 van de toelichting beschreven.

Artikel 7 Centrum - 2

Deze bestemming onderscheidt zich van Centrum - 1 door het feit dat binnen deze bestemming bij recht op de begane grond mag worden gewoond. De bestemming geldt voor het Boterdiep en een strook aan de Korreweg. Er is detailhandel, zakelijke en maatschappelijke dienstverlening, kantoren, sport en recreatie, bedrijvigheid en wonen toegestaan. De functie horeca is toegestaan waar dat is aangegeven op de plankaart. Er is een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor nieuwe horeca-2. Er geldt ook een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid naar een bouwhoogte van 18 meter. Hiermee ontstaat voor de meeste panden aan deze straat een mogelijkheid om de bestaande bouwhoogte met 4 meter op te hogen. De op de verbeelding opgenomen maximale bouwhoogtes zijn tot stand gekomen op de wijze zoals in paragraaf 2.1.4 van de toelichting beschreven.

Artikel 8 Dienstverlening

De bestemming Dienstverlening is van toepassing op de watertoren aan de Noorderbinnensingel. Er zijn verschillende functies mogelijk, zoals maatschappelijke en zakelijke dienstverlening, bepaalde vormen van horeca en bepaalde vormen van bedrijvigheid.

Artikel 9 Gemengd

Deze bestemming geldt voor een flink aantal straten, waaronder Nieuwe Boteringestraat, het zuidelijk deel van de Nieuwe Kijk in't Jatstraat, de Noorderhaven, de Spilsluizen, het Guyotplein, de Ossenmarkt, de Marktstraat en het zuidelijk deel van het Nieuwe Kerkhof. Binnen de bestemming zijn kantoren, zakelijke en maatschappelijke dienstverlening, sport en recreatie, detailhandel (tot maximaal 200 m2 brutovloeroppervlakte), bedrijvigheid en wonen toegestaan. De functie horeca is op de plankaart aangeduid om te voorkomen dat deze functie toeneemt. Er is een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor het vergroten van de maximale bouwhoogte tot 18 meter. Deze afwijkingsbevoegdheid geldt echter uitsluitend voor de straten Noorderhaven, Lopendediep, Spilsluizen en Guyotplein.

Artikel 10 Groen

De bestemming Groen omvat de hoofdgroenstructuur in het plangebied. Het gaat hier om het Noorderplantsoen, het Nieuwe Kerkhof, het Guyotplein, de groene oevers bij de Spilsluizen en de Turfsingel en twee openbare groengebiedjes aan respectievelijk de Grote Appelstraat en achter de Nieuwe Boteringestraat. De Kruissingel tussen Kerklaan en het voormalige restaurant 'Jantje zag eens pruimen hangen' (nu Flinders) is medebestemd voor autoverkeer. Het parkeerterrein bij het restaurant is medebestemd voor parkeerterrein, net als de weg ernaartoe. Met een binnenplanse afwijkingsbevoegdheid kan (een deel van) dit parkeerterrein worden omgezet naar een uitbreiding van het terras. Het Noorderplantsoen is medebestemd voor grootschalige evenementen, waaronder Noorderzon, voor maximaal 12 dagen per jaar en voor middelgrote evenementen, voor maximaal 20 dagen per jaar. Daarbij geldt dat evenementen uitsluitend zijn toegestaan op de gronden met de aanduiding 'evenemententerrein'. Voor de opbouw van grootschalige evenementen geldt een maximale periode van 21 dagen en een maximale afbouwperiode van 14 dagen. Voor middelgrote evenementen geldt een maximale opbouwtijd van 3 dagen per evenement en eveneens een maximale afbouwperiode van 3 dagen per evenement. De muziekkoepel in het plantsoen is specifiek aangeduid. Daarnaast is met een aanduiding aangegeven waar in het Noorderplantsoen een nieuwe kiosk annex toiletvoorziening inclusief terras zal worden gerealiseerd. Tot slot zijn binnen de bestemming Groen twee terrassen aangegeven op de plankaart in het groen bij de Spilsluizen en de Turfsingel. Bepaalde activiteiten zijn, vanwege de natuurlijke en landschappelijke waarden, omgevingsvergunningsplichtig.

Artikel 11 Horeca

De bestemming Horeca is van toepassing op het voormalige restaurant 'Jantje zag eens pruimen hangen' (nu Flinders) in het Noorderplantsoen. De bestemming maakt uitsluitend daghoreca en horeca van categorie 2 mogelijk, inclusief bijbehorende terrassen.

Artikel 12 Maatschappelijk

Deze bestemming geldt voor de scholen, kerk, rechtbank, universiteitsgebouwen en nog te realiseren gymzalen binnen de Hortusbuurt.

Artikel 13 Tuin

De bestemming Tuin geldt voor de erven binnen vele gasthuizen in het plangebied. Ook een aantal groene binnengebieden heeft de bestemming Tuin gekregen. De gronden zijn bestemd voor tuinen die horen bij aangrenzende hoofdgebouwen. De tuinen kennen natuurlijke en landschappelijke waarden. Er zijn uitsluitend bestaande gebouwen toegestaan. Deze zijn op de kaart aangeduid met een bouwvlak. Er geldt een maximale hoogte van 3,50 meter. Bouwwerken, geen gebouw zijnde, zijn wel toegestaan. Bepaalde activiteiten zijn, vanwege de natuurlijke en landschappelijke waarden, omgevingsvergunningsplichtig. Los van de vergunningvrije bouwwerken is bebouwing niet toegestaan. Ook is parkeren als strijdig gebruik aangemerkt. Hiermee blijft het groene karakter van deze binnenterreinen in stand.

Artikel 14 Verkeer

De bestemming Verkeer omvat de verkeersstructuur in het plangebied. Ook de Ossenmarkt is voorzien van een bestemming Verkeer. De Ossenmarkt is medebestemd voor evenementen, waaronder de kermis (gedurende maximaal 18 dagen per jaar), Winterstad en evenementen zonder aanmerkelijk geluidsbelang. De onder de Ossenmarkt gelegen ondergrondse parkeergarage is op de plankaart aangeduid. Binnen de bestemming is ook sprake van een standplaats voor straathandel, namelijk aan het Guyotplein.

Artikel 15 Water

Deze bestemming geldt voor de waterpartijen in het Noorderplantsoen.

Artikel 16 Wonen - 1

De bestemming Wonen - 1 geldt voor het grootste deel van het plangebied. Binnen deze bestemming is wonen toegestaan. Hieronder vallen ook bijzondere vormen van huisvesting, zoals begeleid wonen en kamerverhuur. Ten aanzien van kamerverhuur geldt dat het bestemmingsplan en het kamerverhuurbeleid complementair zijn aan elkaar. Het bestemmingsplan maakt deze vorm van huisvesting mogelijk en met het kamerverhuurbeleid (15%-norm) wordt hierop gestuurd. Deze norm wordt niet in het bestemmingsplan geregeld. Zakelijke en maatschappelijke dienstverlening, horeca (alleen de categorieën 2 en 3) en bedrijven zijn uitsluitend toegestaan waar dat op de plankaart is aangegeven. Het betreft een aantal restaurantjes (Lambik, Fortuna), het café De Minnaar van de Rozenstraat en onder meer een tandartsenpraktijk en een kinderdagverblijf.

De regels van de bestemming Wonen - 1 zijn gericht op behoud en versterking van de ruimtelijke karakteristiek. In principe moeten gebouwen worden gebouwd binnen het bouwvlak. De hoogtes mogen maximaal de op de plankaart aangegeven hoogtes bedragen. Er is onderscheid gemaakt tussen hoofdmassa en bebouwing op het achtererf. De hoofdmassa wordt mogelijk gemaakt in de voorgevel. Hierbij wordt rekening gehouden met de karakteristieken per pand of straat, zoals het aantal bouwlagen, de goot- en bouwhoogten. Op het binnenterrein mag in de meeste gevallen slechts tot 4 meter hoog worden gebouwd en tot maximaal 80% van het perceel. Hiermee wordt op het binnenterrein een zekere openheid behouden en worden waarden als licht, lucht en privacy gewaarborgd. Bestaande uitzonderingen in de bebouwing worden positief bestemd. Als er op de kaart geen bebouwingspercentage is aangegeven mag het bebouwingspercentage maximaal 100% bedragen.


Artikel 17 Wonen - 2

De bestemming Wonen - 2 geldt voor een beperkt deel van het plangebied. Binnen deze bestemming is wonen toegestaan. Hieronder vallen ook bijzondere vormen van huisvesting, zoals begeleid wonen en kamerverhuur. Ten aanzien van kamerverhuur geldt dat het bestemmingsplan en het kamerverhuurbeleid complementair zijn aan elkaar. Het bestemmingsplan maakt deze vorm van huisvesting mogelijk en met het kamerverhuurbeleid (15%-norm) wordt hierop gestuurd. Deze norm wordt niet in het bestemmingsplan geregeld.

De regels van de bestemming Wonen - 2 zijn gericht op behoud en versterking van de ruimtelijke karakteristiek. Het verschil met de bestemming Wonen-1 is dat in Wonen-2 de reguliere woonbestemming met regeling voor bijbehorende bouwwerken is opgenomen zoals die voor de meeste woonbestemmingen in Groningen geldt. Deze bestemming geldt voor projectmatig ontwikkelde bouwblokken en twee-onder-één-kapwoningen langs de Noorderbinnensingel en woningen op het voormalige Circusterrein. Omdat hier een duidelijk onderscheid is tussen hoofd- en bijbehorende bouwwerken is ervoor gekozen om voor deze woningen aan te sluiten bij de reguliere regeling. Hoofdgebouwen moeten binnen het bouwvlak worden gebouwd.

Regeling voor bijbehorende bouwwerken

Voor de bouwmogelijkheden is het van belang op welk gedeelte van het erf gebouwd wordt. Bijbehorende bouwwerken zijn (bij recht) uitsluitend toegestaan in achtererfgebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP513HortusbuurtNo-vg01_0036.jpg"
Voorerfgebied en achtererfgebied


Aangebouwde bijbehorende bouwwerken zijn (bij recht) toegestaan, mits zij:

  • maximaal 4 meter hoog zijn, en;
  • maximaal 4 meter diep zijn, gemeten vanuit (het verlengde van) de achtergevel.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP513HortusbuurtNo-vg01_0037.jpg"
Aangebouwde bijbehorende bouwwerken


Vrijstaande bijbehorende bouwwerken zijn toegestaan tot een maximale hoogte van 3 meter. Indien de zij- of achtererfgrens grenst aan het openbaar toegankelijk gebied moeten bijbehorende bouwwerken minimaal 1 meter uit deze zij- en/of achtererfgrens worden geplaatst.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP513HortusbuurtNo-vg01_0038.jpg"
Ligging aan het openbaar toegankelijk gebied


Voor alle bijbehorende bouwwerken in achtererfgebied tezamen, inclusief bouwwerken, geen gebouw zijnde, geldt dat achtererfgebied voor maximaal 50% mag worden bebouwd tot een maximale oppervlakte van 50 m2.

Artikel 18 Leiding - Hoogspanning

Deze bestemming is van toepassing op de ondergrondse hoogspanningsverbinding die loopt van het nutsgebouw aan de Bloemsingel richting het zuiden, het plangebied uit.

Artikel 19 Waarde - Archeologie 1

De dubbelbestemming Waarde - Archeologie 1 geldt voor het gehele plangebied. Dit houdt in dat werkzaamheden die het bodemarchief roeren omgevingsvergunningsplichtig zijn wanneer zij groter zijn dan 50 vierkante meter en dieper dan 30 centimeter reiken.

Artikel 20 Waarde - Beschermd stadsgezicht

Praktisch het hele plangebied valt onder deze dubbelbestemming. Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de hoeveelheid, de plaats en de afmetingen van de bebouwing, ten behoeve van het behoud (en herstel) van de ruimtelijke en functionele karakteristiek van het gebied, zoals omschreven in lid 20.1.

Algemene regels

Artikel 21

Dit artikel bevat de anti-dubbeltelregel. De redactie is conform artikel 3.2.4 van het Besluit ruimtelijke ordening. Deze bepaling is ervoor om te voorkomen dat dezelfde grond meer dan eens betrokken wordt bij de toets van de aanvraag om een omgevingsvergunning en daarmee meer gebouwd kan worden dan is toegestaan.

Artikel 23

In dit artikel wordt geregeld dat de aanvullende stedenbouwkundige bepalingen uit de Groninger Bouwverordening niet van toepassing zijn. Hetgeen het bestemmingsplan regelt gaat vóór datgene wat op dit gebied door de Bouwverordening wordt geregeld. Daarop is echter op een tweetal punten, die in dit artikel zijn genoemd, een uitzondering gemaakt. Het belangrijkste hierbij is onderdeel a, waarmee de Nota Parkeernormen van de gemeente Groningen voor dit bestemmingsplan van toepassing wordt verklaard.

Artikel 24

Dit artikel bevat een afwijkingsbevoegdheid, die op alle bestemmingen in het plangebied van toepassing zijn. Bedoeling van de bepaling is om relatief kleine afwijkingen van het bestemmingsplan toe te staan, zowel qua omvang als qua functie.

Overgangs- en slotbepalingen

Artikel 25

Dit artikel regelt het overgangsrecht. De redactie is conform de artikelen 3.2.1 en 3.2.2 van het Besluit ruimtelijke ordening.

Artikel 26

Dit artikel bevat de zogenaamde slotregel, die bedoeld is voor een eenduidige vastlegging van de naam van het bestemmingsplan.

Interpretatieve gebruiksbepalingen

Interpretatieve gebruiksbepalingen kunnen per bestemming worden opgenomen wanneer binnen die betreffende bestemming behoefte is aan specifieke gebruiksregels of -verboden.

4.3.2 Toelichting regeling van vrije beroepsactiviteiten en bedrijfsmatige activiteiten in en bij woningen

De begrippen aan huis verbonden beroep en vrij beroep worden vaak, en ook hier, synoniem gebruikt. Het voorliggend bestemmingsplan biedt de mogelijkheid aan huis verbonden beroepen -met behoud van de woonfunctie- uit te oefenen in een woning en de daarbij behorende aangebouwde bijbehorende bouwwerken.

In het algemeen is het verboden om, indien aan gronden en bouwwerken een woonbestemming of -functie is gegeven, deze te gebruiken op een wijze of tot een doel in strijd met de woonbestemming. Een ander gebruik dan wonen is niet toegestaan. In de jurisprudentie is echter bepaald dat het vestigen van een vrij beroep niet in strijd is met de woonbestemming, tenzij het bestemmingsplan het tegendeel bepaalt en het beroep door de bewoner van het pand wordt uitgeoefend, waarbij het woonhuis in overwegende mate de woonfunctie behoudt en de uitoefening van het beroep een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is. Het gaat veelal om een eenpersoonsberoep.

Op grond van de definitie van aan huis verbonden beroepen in dit bestemmingsplan zijn de betreffende activiteiten (onder voorwaarden, zie hierna) in overeenstemming met de functie wonen. Voor dergelijke activiteiten in een woning en/ of de daarbij behorende aangebouwde bijbehorende bouwwerken is geen afwijking bij een omgevingsvergunning nodig.

Of een bepaald gebruik in overeenstemming is met de functie woondoeleinden wordt beoordeeld aan de hand van de volgende criteria:

a. de aard van het gebruik

b. de omvang van het gebruik

c. de intensiteit van het gebruik

Ad a. Bij de 'aard' van het gebruik kan men denken aan een beroep welke naar zijn aard (ernstige) hinder voor zijn omgeving oplevert, of welke naar zijn aard grote verkeersproblemen zal opleveren. Het gebruik mag immers geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer. Het mag evenmin een onevenredige parkeerdruk veroorzaken.

Ad b. Bij de 'omvang' van het gebruik is relevant of het gebruik meerdere ruimten of gebouwen in beslag neemt, welk gedeelte van het gebouw door het gebruik in beslag wordt genomen, hoeveel vierkante meter het gebruik in beslag neemt.

Ad c. Bij de 'intensiteit' van het gebruik kan worden gedacht aan frequent of incidenteel gebruik. Als nu blijkt dat het gebruik aldus een uitstraling heeft welke niet te rijmen valt met de gelegde woonbestemming, dan is het gebruik strijdig met de woonbestemming (zie ARRvS, AB 1993/163). Onder een 'vrije beroepsbeoefenaar' wordt verstaan: 'iemand die wordt gevraagd om zijn individuele, persoonlijke kwaliteiten, die in het algemeen op artistiek of academisch/HBO-niveau liggen'. In de praktijk is het onderscheid moeilijk aan te geven. Bij vrije beroepen valt te denken aan: advocaat, accountant-administratieconsulent, alternatieve genezer, belastingconsulent, bouwkundig architect, dierenarts, fysiotherapeut, gerechtsdeurwaarder, huidtherapeut, huisarts, interieurarchitect, juridisch adviseur, kunstenaar,logopedist, makelaar, medisch specialist, notaris, oefentherapeut, Cesar/Mensendieck, organisatieadviseur, orthopedagoog, psycholoog, raadgevend adviseur, redacteur, registeraccountant, stedenbouwkundige, tandarts, tandarts-specialist, (al dan niet beëdigd) tolkvertaler, tuin- en landschapsarchitect, verloskundige.

Aan huis verbonden beroepen in een vrijstaand bijbehorend bouwwerk

Voor het gebruik van vrijstaande bijbehorende bouwwerken ten behoeve van een aan huis verbonden beroep is het nodig om bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan. Hiertoe is een bevoegdheid voor burgemeester en wethouders opgenomen in lid 16.6 en lid 17.6.

Kleinschalige bedrijfsmatige activiteiten

Overige activiteiten, die niet vallen onder de aan huis verbonden beroepen, maar in bepaalde gevallen wel daarmee gelijk te stellen zijn, worden aangemerkt als beroeps- en/of bedrijfsmatige activiteiten, die niet rechtstreeks passen binnen de woonbestemming. Zij zijn daarom niet bij recht toegestaan in dit plan. Wel is het mogelijk voor deze activiteiten bij een omgevingsvergunning af te wijken van het bestemmingsplan (zie lid 16.6 en lid 17.6, voor zover voorkomend op de bij dit plan behorende Staat van bedrijfsactiviteiten wonen-werken (bijlage 2).