direct naar inhoud van 4.4 Water
Plan: Bestemmingsplan Oosterparkwijk
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0014.BP489Oosterparkwij-oh01

4.4 Water

Het waterbeleid voor Groningen is vastgelegd in 'Waterwerk' het Groninger water- en rioleringsplan 2009-2013. In onderstaande tabel is het beleidskader weergegeven

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP489Oosterparkwij-oh01_0058.png"

Het beleid is vertaald in ambities voor de Gemeente Groningen. De centrale ambitie is het streven naar een duurzaam stedelijk waterbeheer. Doelen bij het duurzaam stedelijk waterbeheer zijn onder meer:

  • 1. Inspelen op klimaatveranderingen.
  • 2. Voorkomen en beperken van wateroverlast.
  • 3. Inrichten en beheren van het water op een wijze die aansluit bij natuurlijke processen.
  • 4. Verhogen van de natuurwaarde van wateren en oevers.
  • 5. Bevorderen van recreatief medegebruik van water en oevers.
  • 6. Verbeteren van de leefomgevingskwaliteit in de wijken.
  • 7. Zuiniger omspringen met drinkwater en grondwater.
  • 8. Vergroten van het maatschappelijke draagvlak voor duurzaam waterbeheer.

Duurzaam stedelijk waterbeheer moet dus leiden tot een natuurlijker functionerend watersysteem. Dit kan worden gerealiseerd door een scala aan maatregelen, zoals waterbesparing, het voorkomen en zonodig terugdringen van verontreinigingen en het natuurlijker inrichten van waterlopen en vijvers.

De natuurlijke relatie van water met zijn omgeving ligt in steeds sterkere mate (mede) ten grondslag aan de ruimtelijke ontwikkeling. Het water als medeordenend principe. Water legt verbindingen tussen bodem, natuurlijke ontwikkeling en de gesteldheid en beleving van de woon- en werkomgeving.
Bij de planvorming wordt in een vroegtijdig stadium overleg met waterbeheerders gezocht (Watertoets). In het kader van de watertoets zal nadere uitwerking van de principes van afwatering en ontwatering in relatie tot de waterkwaliteit en de waterkwantiteit plaats moeten vinden in overleg met de waterbeheerder. De locatie valt binnen het beheergebied van waterschap Noorderzijlvest. Het waterschap vervult een adviserende en toetsende rol.

Waterstructuur huidige situatie

De Gorechtvijvers staan in open verbinding met het Oosterhamrikkanaal. Het Oosterhamrikkanaal staat in verbinding met het van Starkenborghkanaal. Deze wateren vallen onder het peil van de Electra Boezem. Voor dit peilgebied wordt een zomer- en winterpeil gehanteerd van NAP -0,93 meter (streefpeil). Het maximale peil in de Electra Boezem bedraagt NAP -0,20 meter. De Wetering (watergang naast Petrus Campersingel) valt net buiten dit bestemmingsplan. Deze watergang voert wel af op de watergangen van de Gorechtvijvers.

De vijvers in het gebied hebben de volgende peilen:

  • de Mezenvijver heeft een streefpeil van NAP -1,42 meter;
  • de Pioenvijver heeft een streefpeil van NAP -1,54 meter.

De Mezenvijver is verbonden door middel van een duiker met de noordelijke Pioenvijver. De Pioenvijvers zijn onderling ook door middel van een duiker verbonden. De noordelijke Pioenvijver voert door middel van een gemaal af naar het Van Starkenborghkanaal.

De vijvers zijn van oudsher in gebruik als overstortvijver van het gemengde rioolstelsel.

De peilgebieden van de Oosterparkwijk inclusief de benaming van de vijvers zijn weergegeven in onderstaande figuur.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP489Oosterparkwij-oh01_0059.png"

Waterfunctie:

Groningen is een waterrijke stad en het water in de stad is zeer divers. Aan elk water in de stad is een functie toegekend. Voor elke functie is een streefbeeld opgesteld. Dit streefbeeld bepaalt het onderhoud en beheer. Functiegericht beheer en onderhoud sluiten aan bij de centrale ambitie op watergebied: het streven naar een duurzaam stedelijk waterbeheer.

In het gebied van bestemmingsplan Oosterparkwijk komen de volgende functies voor:

  • Boezemwater Gorechtvijvers
  • Stedelijk water Pioenvijvers, Mezenvijver
  • Esthetisch stedelijk water Gorechtvijvers, Pioenvijvers, Mezenvijver

Korte omschrijving waterfuncties

  • boezemwater: dit water heeft een aan- en afvoerfunctie voor water op een lokale en regionale schaal.
  • stedelijk water: water dat dient voor de berging van water en deels voor de aan- en afvoer.
  • esthetisch stedelijk water: Aanvullende functie op de zes hoofdfuncties. Het gaat hierbij om water waarbij de vorm duidelijk moet worden ervaren in relatie tot de (stedelijke) omgeving. Esthetisch stedelijk water treffen we aan in kunstig aangelegde stadsparken, maar ook in de Gorechtvijvers (boezemwater).

Waterstructuur geprojecteerde situatie

Op de locatie van het voormalige Oosterparkstadion wordt momenteel de woonwijk De Velden ontwikkeld. Deze woonwijk zal het hemelwater afvoeren naar de nog te graven vijver. Deze komt vervolgens weer in verbinding te staan met de Mezenvijver en Pioenvijver. De uiteindelijke afvoer zal naar het van Starkenborghkanaal plaatsvinden.

In onderstaande figuur is de waterstructuur van de vijvers weergegeven:

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP489Oosterparkwij-oh01_0060.png"

Waterberging

Voor het plangebied is gekeken in hoeverre de waterstructuur voldoende waterberging biedt (bron stedelijke wateropgave).

In het gebied is voldoende oppervlaktewater aanwezig om het neerslagoverschot dat tijdens het klimaatscenario optreedt te kunnen bergen. De berekende maximale waterstandstijging ligt tussen de 125 centimeter en 145 centimeter. Voor dit gebied voldoet deze situatie, slechts enkele laag gelegen delen lopen enig risico op overlast.

afbeelding "i_NL.IMRO.0014.BP489Oosterparkwij-oh01_0061.png"

Water, bodem en riolering

Bij nieuwbouw en eventuele inbreiding van het plangebied moet rekening gehouden worden met de gevolgen van een toename van verhard en bebouwd oppervlak. Door deze verdere verstedelijking komt regenwater sneller tot afstroming. Voor het bestaande watersysteem betekent deze toename een extra belasting; er moet meer water worden geborgen. Hiervoor wordt door de waterschappen een compensatie in de vorm van oppervlaktewater vereist is. Als vuistregel wordt een compensatie van 10% van de toename van het verhard en / of bebouwd oppervlak in de vorm van oppervlaktewater geëist. Binnen het plan moet hier ruimte voor gereserveerd worden. Indien watergangen gedempt worden door nieuwe ontwikkelingen moet dit gecompenseerd worden door de aanleg van nieuwe watergangen/partijen.

Drainagesystemen moeten indien mogelijk rechtstreeks afwateren richting het oppervlaktewater.

Een ander nadeel van de verdere verstedelijking is dat geen regenwater in de bodem verdwijnt. Door de hiermee gepaard gaande grondwaterstandsdaling kan een verdroging van de ondergrond optreden. Dit is voor met name de bomen en het overige groen nadelig. Door de toepassing van bijvoorbeeld infiltratievoorzieningen en waterdoorlatende bestrating wordt water geïnfiltreerd. Door toepassing van deze systemen kan ook water geborgen worden. De plaatselijke grondslag moet duidelijk maken of deze toepassingen gebruikt kunnen worden.

De aanleg van een vegetatiedak/groene daken kan een bijdrage leveren aan het vertraagd afvoeren van regenwater. Het vegetatiedak gebruikt water voor de groei van de beplanting, het bergt enig water en voert het vervolgens vertraagd af. Ecologisch gezien biedt dit ook de nodige voordelen; meer ruimte en ontwikkeling voor insecten, vogels en andere flora en fauna.

Bodem

De drooglegging is de afstand van het oppervlaktewaterpeil tot aan de bovenzijde van het maaiveld. De ontwateringsdiepte is de afstand van de grondwaterstand tot aan het maaiveld. Het verschil tussen de drooglegging en de ontwateringsdiepte wordt veroorzaakt door de opbolling van het grondwater tussen de watergangen. De ontwateringsdiepte moet bij wegen en bomen minimaal 1.00 meter zijn en bij gebouwen moet deze minimaal 0.20 meter beneden de bodemafsluiting van de kruipruimte zijn.

De drooglegging op basis van de stedelijke wateropgave bedraagt in het gebied minimaal 1,40 meter

De drooglegging in het gebied voldoet aan de gestelde uitgangspunten voor drooglegging.

Riolering

Op de voormalige locatie van het Oosterparkstadion is de nieuwe woonwijk De Velden in ontwikkeling. Deze wijk wordt voorzien van een gescheiden rioolstelsel. Hierbij wordt het regenwater gescheiden van het overige huishoudelijke afvalwater van onder meer toilet, douche en keuken. Het dakwater plus het overige regenwater gaat vervolgens rechtstreeks naar de nog te graven vijverpartij. Deze vijver komt vervolgens weer in verbinding te staan met de Mezenvijver.

De overige riolering in het gebied maakt onderdeel uit van een gemengd stelsel. Het regenwater en overig huishoudelijk afvalwater wordt in 1 buis verzameld en getransporteerd naar de rioolwaterzuivering.

In de Bloemenbuurt/het Blauwe dorp wordt bij sanering van de riolering gekozen voor het extra leggen van een regenwaterriool om schoon water waar mogelijk af te koppelen naar oppervlaktewater.

Bouwmaterialen

Bij de bouw van de gebouwen mogen geen materialen gebruikt worden die milieuverontreinigend zijn zoals lood, zink en koper. Ook bepaalde bitumen en behandeld hout logen milieugevaarlijke stoffen uit welke via het regenwater in het oppervlaktewater terecht kunnen komen.

Het toepassen van vegetatiedaken/groene daken is een prima middel om regenwater vast te houden en vertraagd af te voeren. De vegetatie neemt vocht op, bergt water en gebruikt op die manier water. Tevens verdampt het water door zon en wind. Bij hevige neerslag zal het water minder snel tot afstroming komen. Ook dit kan een bijdrage leveren in de compensatie van de toename van het verhard en bebouwd oppervlak. Daarnaast isoleren de groene daken in de zomer. Door het verdampingsproces in de grondlaag wordt voorkomen dat het dak te veel opwarmt. Op deze wijze kan bespaard worden op energieslurpende voorzieningen zoals airco's en dergelijke.