direct naar inhoud van 3.3 Provinciaal beleid
Plan: Rijksinpassingsplan Waterberging Volkerak-Zoommeer
Status: vastgesteld
Plantype: inpassingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0000.IMip12BERGINGVZM-3000

3.3 Provinciaal beleid

3.3.1 Noord-Brabant

Structuurvisie ruimtelijke ordening

De hoofdlijnen van de ruimtelijke ontwikkelingen in de provincie Noord-Brabant zijn vastgelegd in de Structuurvisie ruimtelijke ordening Noord-Brabant (vastgesteld door Provinciale Staten op 10 oktober 2010; in werking getreden op 1 januari 2011). Een van de leidende principes uit de structuurvisie is meer aandacht voor de onderste lagen. De onderste laag (water, bodem, natuur, landschap en cultuurhistorie) is van belang voor de thema's landschap, cultuurhistorie en archeologie. Landschappelijke kwaliteit moet een volwaardige plaats hebben bij ruimtelijke afwegingen. Voor het studiegebied zijn thema's van belang als 'behouden van schaaluitersten' en 'instandhouding van de openheid in de zee- en rivierkleigebieden'. Het cultuurhistorisch beleid van de provincie richt zich op behoud, bescherming, herstel en versterking van de cultuurhistorische waarden. Het project West-Brabantse Waterlinie, waarin door een combinatie van cultuurhistorie met functies als water, natuur en recreatie de geschiedenis van het gebied zichtbaar wordt gemaakt, wordt door de provincie als belangrijk voorbeeld gezien (provincie Noord-Brabant, 2008).

De Brabantse Wal is benoemd tot Provinciaal landschap, gelegen in de gemeenten Bergen op Zoom, Roosendaal, Steenbergen en Woensdrecht. De partijen die betrokken zijn bij het gebied, willen de identiteit van de Brabantse Wal versterken. Voor de verblijfsrecreatie en jachthavens wordt ingezet op een kwalitatieve verbetering van de bestaande voorzieningen.

De nieuwe recreatieve ontwikkelingen dienen geconcentreerd te worden, waarbij behoud van bestaande natuurlijke en landschappelijke waarden uitgangspunt is. Het beleid is verder gericht op het verbeteren van de toegankelijkheid van het buitengebied. Dit kan onder andere door de aanleg van wandel- en fietspaden met de bijbehorende voorzieningen als rustplaatsen en bebording.

Om Noord-Brabant te beschermen tegen overstromingen vanuit de grote rivieren kiest de provincie, mede gebaseerd op het advies van de Deltacommissie, voor verbetering van de preventie. De provincie onderscheidt twee typen waterbergingsgebied: hoogwaterbescherming (beschermen tegen overstromingen vanuit de grote rivieren) en regionale waterberging (beschermen tegen overstromingen vanuit de regionale watersystemen). 'Hoogwaterbescherming vraagt om ruimte voor de berging van water in het winterbed van de rivier. Daarom worden concrete gebieden voor hoogwaterberging ingericht. Dat zijn in Noord-Brabant de Overdiepse polder, het Krammer Volkerak en de Noordwaard.'

EHS in de structuurvisie

De ecologische hoofdstructuur (EHS) bestaat uit het samenhangende netwerk van bestaande en te ontwikkelen bossen en natuurgebieden in Brabant. Deze gebieden hebben de hoofdfunctie natuur. Het ruimtelijke beleid is gericht op behoud, herstel en ontwikkeling van de natuurlijke en landschappelijke kwaliteiten. Er is geen ruimte voor (grootschalige of intensieve) ontwikkelingen die niet passen binnen de doelstellingen voor de EHS en beheer/herstel van de waterstructuren. Bestaande functies en bestaand gebruik binnen de groenblauwe kern worden gerespecteerd. Voor de ontwikkeling van functies binnen de groenblauwe kern gelden de EHS spelregels, zoals die door het Rijk/IPO zijn afgesproken: het “nee, tenzij”-principe met toepassing van het compensatiebeginsel en met mogelijkheden voor de zogenaamde herbegrenzing en saldobenadering. De ontwikkeling van extensieve recreatie die zich richt op de beleving van natuurgebieden, is goed mogelijk. De ontwikkeling moet wel passen binnen de natuurdoelstellingen van het gebied en bijdragen aan de versterking van de aanwezige natuur- en landschapswaarden.

Verordening ruimte Noord-Brabant

In de Verordening Ruimte Noord-Brabant (11 mei 2012) zijn regels opgenomen over waterberging en waterkeringen.

In artikel 5.1 tot en met 5.3 zijn bepalingen uitgewerkt omtrent waterberging. Onderscheid is gemaakt tussen een regionaal waterbergingsgebied (gebied voor tegengaan wateroverlast door regionale watersystemen) en reserveringsgebied waterberging (gebied mogelijk in de toekomst nodig). De regionale waterbergingsgebieden en reserveringsgebieden liggen buiten de plangrens van het Rijksinpassingsplan.

In artikel 5.8 en 5.9 is de aanwijzing en bescherming van de primaire waterkering en de bijbehorende beschermingszones geregeld. In de toelichting is vermeld dat deze regeling is opgenomen in afwachting van de inwerkingtreding van de aanvulling van het Barro met betrekking tot de primaire waterkeringen buiten het kustfundament. Inmiddels is deze aanvulling in werking getreden.

3.3.2 Zuid-Holland

Visie op Zuid-Holland

De kern van de provinciale structuurvisie 'Visie op Zuid-Holland' (2010) is het versterken van samenhang, herkenbaarheid en diversiteit binnen de provincie Zuid-Holland. Op het gebied van landschap wil de provincie Zuid-Holland de landbouw voldoende ruimte en toekomstperspectief bieden en inwoners van Zuid-Holland de gelegenheid geven om de natuur, schoonheid en cultuurhistorie van de provincie te beleven. Daarom wil zij karakteristieke, waardevolle elementen zoals verkavelingspatronen, dijken en molens behouden en versterken. Nieuwe accenten in de structuurvisie zijn: 'kwaliteit van steden, dorpen en landschap versterken', 'landschap (rust en ruimte) dichterbij mensen brengen' en 'rekening houden met de gevolgen van klimaatverandering'. Voor Goeree-Overflakkee wordt er vooral gefocust op de gevolgen van bevolkingskrimp en verzilting. Voor de verblijfsrecreatie en jachthavens wordt ingezet op een kwalitatieve verbetering van de bestaande voorzieningen.

De nieuwe recreatieve ontwikkelingen dienen geconcentreerd te worden, waarbij behoud van bestaande natuurlijke en landschappelijke waarden uitgangspunt is.

Het beleid is verder gericht op het verbeteren van de toegankelijkheid van het buitengebied. Dit kan onder andere door de aanleg van wandel- en fietspaden met de bijbehorende voorzieningen als rustplaatsen en bebording.

De ruimtevraag voor waterberging neemt toe. De ruimtelijke reserveringen tot 2015 zijn uitgewerkt in het Provinciaal Waterplan 2015 en zijn indicatief opgenomen in de structuurvisie op de functiekaart. In het Zuid-Hollandse deel van de Delta zet de provincie in op herstel van de getijdenwerking. In de periode 2010-2015 ontwikkelt en realiseert de provincie samen met andere partijen, waaronder het Rijk, een breed pakket aan (onderzoeks)maatregelen om het bestaande serviceniveau van de zoetwatervoorziening te handhaven, uitgaande van het Zoetwater Advies van de Stuurgroep Zuidwestelijke Delta.

Verordening Ruimte

Waterveiligheid is een provinciaal belang. Het kustfundament, de primaire waterkeringen en de regionale waterkeringen zijn op kaart vastgelegd (zoals de relevante waterkering van Volkerak-Zoommeer). In het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening is regelgeving opgenomen ten aanzien van het kustfundament. In deze verordening is regelgeving opgenomen voor de regionale en primaire waterkeringen. Voor bestemmingsplannen zijn randvoorwaarden opgenomen die een onbelemmerde werking, instandhouding en het onderhoud van de primaire en regionale waterkeringen mogelijk maken.

3.3.3 Zeeland

Omgevingsplan Zeeland

Het Omgevingsplan Zeeland (2012-2018) geeft de provinciale visie van Zeeland op de toekomstige ontwikkeling van de fysieke leefomgeving. Het centrale uitgangspunt voor dit plan is duurzame ontwikkeling en heeft als hoofddoelstelling voor landschap: het versterken van de bijzondere Zeeuwse omgevingskwaliteiten. Vertrekpunt voor het provinciale landschapsbeleid is dat ruimtelijke ingrepen met gevolgen voor het landschap steeds gepaard gaan met inspanningen om de landschappelijke kwaliteiten te verhogen. Als algemeen uitgangspunt geldt dat rekening moet worden gehouden met bestaande omgevingskwaliteiten en dat een nieuwe ontwikkeling zodanig in het landschap moet worden ingebed dat het als een logisch deel onderdeel uitmaakt van het landschap. Voor de verblijfsrecreatie en jachthavens wordt ingezet op differentiatie en kwaliteitsverbetering van de bestaande voorzieningen. De nieuwe recreatieve ontwikkelingen dienen geconcentreerd te worden waarbij behoud van bestaande natuurlijke en landschappelijke waarden uitgangspunt is. Het beleid is verder gericht op het verbeteren van de toegankelijkheid van het buitengebied. Dit kan onder andere door de aanleg van wandel- en fietspaden met de bijbehorende voorzieningen als rustplaatsen en bebording.

In het Omgevingsplan is gesteld dat het belangrijk is voor de toekomst en voor de veiligheid in de rest van Nederland dat de waterkeringen op orde blijven. Ook de functie die de Deltawateren hebben als plek om water te bergen en vooral om water af te voeren bij extreme situaties is daarbij van belang.

Provinciale Ruimtelijke Verordening Zeeland

Het behoud van een veilige waterkering is als provinciaal belang aangemerkt. In de Provinciale Ruimtelijke Verordening Zeeland (2012) is opgenomen dat de regionale waterkeringen in bestemmingsplannen tot 'Waterstaat - waterkering' moeten worden bestemd. Daarmee is gewaarborgd dat de waterkeringen ook via het planologische spoor worden beschermd.