direct naar inhoud van BIJLAGEN BIJ DE REGELS
Plan: Bedrijvenpark H2O
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0244.bpBTHattemerbroek-0003

BIJLAGEN BIJ DE REGELS

Bijlage 2 Rekenprotocol kavelwaarden

De volgende rekenstappen moeten worden genomen om het oppervlakte gerelateerde

geluidbronvermogen (dB(A)/ m2) vast te stellen. Bedrijven die zich willen vestigen, zullen dit door middel van een akoestisch onderzoek moeten aantonen. Dit onderzoek zal worden geëist in het kader van de melding activiteitenbesluit milieubeheer dan wel een aanvraag om omgevingsvergunning voor oprichting of wijziging van een inrichting.

1. De berekende geluidniveaus zijn gebaseerd op de aangeleverde akoestische gegevens van een bedrijf, zoals is verwoord in een akoestisch onderzoek dat is opgesteld voordat het

bedrijf zich heeft gevestigd op het bedrijventerrein. Bij de berekeningen is uitgegaan van de representatieve bedrijfssituatie van de bedrijven conform de uitgangspunten van het Activiteitenbesluit milieubeheer dan wel de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).

2. Op een afstand r van het middelpunt van het inrichtingsperceel die gelijk staat aan de wortel van de oppervlakte van het kavel maal 3, worden de geluidniveaus bepaald. Deze methodiek doet recht aan de rekenvoorwaarde om de totale akoestische energie van een bedrijf als puntbron te definiëren. Er wordt voldaan aan de afstand 1,5 maal d, waarbij d de grootste bronafmeting is (b.v. de diagonaal van het bedrijfskavel). Hierbij is uitgegaan van een factor 4 voor de maximale lengte - breedte verhouding van een kavel.

3. Er wordt niet een meteocorrectieterm Cmeteo toegepast.

4. Vervolgens is een vervangende geluidbron (puntbron) gedefinieerd die de maximale geluidsuitstraling van het bedrijf op basis van de representatieve bedrijfssituatie weergeeft.

De volgende formule is hiervoor gebruikt:

Lw, (nacht) = Lp (nacht) + Dgeo

Waarbij Dgeo is gedefinieerd als: Dgeo = 20Log (r) + 11

5. De geluidbron is op een hoogte van 5 meter boven het maaiveld vastgelegd terwijl onderstaand spectrum industrielawaai is gebruikt:

Frequentie (Hz) 31,5 63 125 250 500 1000 2000 4000 8000

Standaardspectrum IL -25 -20 -15 -11 -7 -5 -8 -9 -11

6. De berekening van de vervangende puntbron naar een emissie per m2 is met behulp van de volgende formule berekend:

Lkavel,(D-A-N) = LW,tot,(D-A-N) – 10*log (Akavel)

Hierbij is Akavel de oppervlakte van het kavel.

7. Teneinde op basis van de oppervlaktebronnen van de percelen op het industrieterrein de geluidbelasting op de toetspunten te toetsen is gerekend met een bodemfactor (Bf) van 0,2.

Bijlage 3 Toetsingskader geurhinder

  • Bij woningen buiten het plangebied (categorie A uit het provinciale geurbeleid) wordt in principe geen hogere geurbelasting toegestaan dan de streefwaarde.
  • Bij uitzondering kan gemotiveerd worden afgeweken tot de richtwaarde, waarbij in afwijking van het provinciale beleid, rekening moet worden gehouden met cumulatie van geurcontouren van hetzelfde type (bijvoorbeeld groencompostering wat op verschillende plaatse in de omgeving voorkomt).

Voor continue bronnen gelden de onderstaande waarden uitgedrukt in ouE/m³ als 98-percentiel: (De maximale geurbelasting wordt uitgedrukt in odourunits per kubieke meter lucht (ouE/m³)

Tabel Waarden bij continu bronnen

Aard van de geur   Streefwaarde   Richtwaarde   Grenswaarde  
  Cat A (Woningen e.d. in gebiedscategorie wonen)  
zeer hinderlijk   0,05   0,15   0,5  
hinderlijk   0,15   0,5   1,5  
minder hinderlijk   0,5   1,5   5  
niet hinderlijk   1,5   5   15