Plan: | It Joo Oudega |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1900.2011middBPitjoo-onhe |
In deze paragraaf is aangegeven welke afwegingen ten aanzien van water zijn gemaakt. Het is een toelichting op het doorlopen proces en maakt de besluitvorming ten aanzien van water transparant.
Hydrologische situatie plangebied
Huidige situatie
Het plangebied ligt in het beheersgebied van Wetterskip Fryslân in een gebied met twee streefpeilen. In het oostelijk deel (GPG-F7690) streeft het waterschap een vast waterpeil van NAP -2,4 m na. In het westelijk deel streeft het waterschap een vast peil van -2,2 m na (GPG-F7692). De hydrologische situatie is weergegeven in onderstaande afbeelding.
Bodem en hydrologie
De toplaag is een teellaag van zware zavel die varieert van 0 cm tot 80 cm diepte, daaronder en op sommige plekken aan de oppervlakte komt lichte tot zeer zware klei voor. De klei is niet in alle boorprofielen teruggevonden en heeft een maximale diepte van 50 cm. De veenlaag die weer daaronder zit varieert van 30 cm dikte tot 1 meter dikte. Het veen komt voor tot een diepte van 1,50 m. onder het veen zit een zandpakket met sterk lemig zand.
Hydrologische situatie
Toekomstige situatie
Op advies van het waterschap wordt in het uitbreidingsgebied één peil gehanteerd. In het ontwerp wordt het peil van -2,40 aangehouden. De watergangen worden zodanig geplaatst dat de peilgrens verplaatst wordt tot aan de boerderij naast de nieuw aan te leggen bedrijventerrein. Dit is weergegeven in onderstaande afbeelding. In het ontwerp dient rekening te worden gehouden met de nieuwe waterhuishoudkundige situatie. De drooglegging is 1,00 m van peil tot aan onderkant fundering.
Toekomstige situatie
De inrichting van het bedrijventerrein omvat enkele nieuwe gebouwen en een verhard stuk terrein en een nieuw aan te leggen weg. De toename van het verhard oppervlak bedraagt circa 18.000 m2. Uitbreiding van de oppervlakte open water is 2.800 m2. Dit is ruim meer dan de door het waterschap vereiste 10% van de toename van de verharde oppervlakte.
Er wordt uitgegaan van een gescheiden rioolstelsel waarbij hemelwater niet in het vuilwater riool terecht komt. Om de berging te garanderen worden er voorzieningen getroffen door middel van nog te graven sloten. Er worden geen vaarten of sloten gedempt, wel worden er enkele verlengd en verbreed. Eventuele duikers (Joodyk) moeten voldoen aan de eisen voor de hoofdwatergang. Uitwerking hiervan zal plaatsvinden in het kader van de Keurontheffing.
Het plan ligt in de buurt van de boezem (Rigedijk). In verband met de boezemkade Rigedijk dienen bouwwerken op een afstand van minimaal 5 meter van de teen van de dijk geplaatst te worden.
Uitgangspunten en randvoorwaarden ten aanzien van water
Hieronder worden de hydrologische uitgangspunten en randvoorwaarden voor de inrichting van het bedrijventerrein It Joo beschreven. Bij de totstandkoming van de uitgangspunten en randvoorwaarden is gebruik gemaakt van informatie van Wetterskip Fryslan, de gemeente Wymbritseradriel en Attema Vastgoed BV. Daarnaast is gebruik gemaakt van de Handreiking Watertoets 2.
Veiligheid
Het plan ligt tegen de boezemkade Rigedijk aan, hiermee moet rekening worden gehouden ten aanzien van de afstand van de bebouwing en de teen van de dijk. Ten aanzien van dit aspect zijn verder geen onderwerpen waarmee rekening gehouden dient te worden.
Riolering/berging
Er wordt uitgegaan van een gescheiden stelsel, waarbij afvalwater op de riolering wordt aangesloten en naar de rioolwaterzuivering wordt afgevoerd. Omdat het verhard oppervlak toeneemt, moet er extra waterberging gerealiseerd worden. Dit wordt gerealiseerd door de bestaande watergangen te verbreden en te verlengen en nieuwe watergangen te graven. Het hemelwater van het verhard oppervlak wordt dus niet gekoppeld aan de riolering. Hierdoor wordt de belasting van het rioleringssysteem tot een minimum beperkt. Dit komt de algemene waterkwaliteit ten goede. Het definitieve rioleringsplan zal aan het waterschap worden voorgelegd.
(Grond)wateroverlast
Bij de aanleg van de nieuwe gebouwen dient rekening te worden gehouden met de gewenste drooglegging door een voldoende hoog vloerpeil te kiezen in combinatie met eventuele ophoging. Wetterskip Fryslân adviseert om te kiezen voor een minimale drooglegging van 1,00 m onder vloerpeil (bij gebruik van kruipruimte). Bij een streefpeil van NAP -2,4 m betekent dit een minimaal vloerpeil van NAP -1,40 m.
Uit de boorprofielen blijkt dat de GHG (Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand) 10 tot 20 cm onder maaiveld is en de GLG (Gemiddeld Laagste Grondwaterstand) ongeveer 70 cm onder maaiveld.
Uit de Waterkansenkaart Noord-Nederland volgt dat in dit gebied grondwatertrap II voorkomt. In deze indeling is de GHG praktisch gelijk aan maaiveld en de GLG tussen de 50 en 80 cm onder maaiveld. Uit de bovenstaande gegevens blijkt dat bouwen met een kruipruimte niet zinvol wordt geacht.
Watervoorziening
Ten aanzien van dit aspect zijn er vooralsnog geen onderwerpen waarmee rekening gehouden dient te worden.
Volksgezondheid
Ten aanzien van dit aspect zijn er vooralsnog geen onderwerpen waarmee rekening gehouden dient te worden.
Bodemdaling
Ten aanzien van dit aspect zijn er vooralsnog geen onderwerpen waarmee rekening gehouden dient te worden.
Waterkwaliteit
Om vervuiling van hemelwater tegen te gaan worden er geen uitlogende bouwmaterialen, zoals koper en lood toegepast.
Verdroging/ natte natuur
Het plangebied ligt in het agrarisch gebied met een bestemming voor hoogwaterpeil en ligt niet in een verdroogd gebied. De verschuiving van de peilgrens heeft naar verwachting geen invloed op het natuurgebied Oudegaaster Brekken. Het gebied grenst aan graslanden en ten westen aan het dorp.
Beheer en onderhoud
Ten aanzien van dit aspect zijn er vooralsnog geen onderwerpen waarmee rekening gehouden dient te worden.
Wateradvies
Op 7 januari 2009 heeft het waterschap een verzoek ontvangen om een wateradvies uit te brengen betreffende de ontwikkeling van het bedrijven terrein It Joo te Oudega. Op 14 januari 2009 is het verzoek besproken met het waterschap. Het waterschap heeft op 9 februari 2009 gereageerd op het concept waterparagraaf met een positief wateradvies. Indien afgeweken wordt van de uitgangspunten zoals beschreven in deze paragraaf, wordt geadviseerd contact op te nemen met het waterschap.