Plan: | Batavia Stad fase 3 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0995.BP00024-VG01 |
Het structuurplan is vastgesteld op 7 april 2005 en bevat een visie op de integrale leefomgeving, waar - behalve het ruimtelijk beleid - bijvoorbeeld ook duurzaamheid, milieu en verkeer deel van uitmaken. Lelystad ziet daarbij de handhaving en versterking van de kernkwaliteiten rust, ruimte, groen en water als enkele van de belangrijkste opgaven. Groei is daarbij noodzakelijk om te kunnen blijven investeren in de stad. De bestaande kwaliteit van Lelystad is de basis voor de verdere groei.
Het Structuurplan voorziet de ontwikkeling van vier knooppunten, waaronder de Kustknoop, waar het plangebied deel van uitmaakt. De ontwikkeling van de Kustknoop omvat het vormgeven en realiseren van een centrale entree, inclusief een centrale parkeergelegenheid en een opstapplaats voor een snelle en adequate openbaar vervoerverbinding. Deze ontwikkeling is grotendeels uitgevoerd en onder meer zichtbaar in de grote parkeerterreinen in de directe omgeving van het plangebied.
Een belangrijke opgave is het realiseren van een variatie van werkgelegenheid en een verhoging van het aantal arbeidsplaatsen, die in de pas loopt met de ontwikkelingen van de bevolkingsgroei. Naast de ontwikkelingen op grootschalige bedrijventerreinen, wordt ruimte geboden aan onder andere de ontwikkeling van en in de Kustknoop. Daarbij wordt nieuwe werkgelegenheid gecreëerd in de recreatieve en toeristische sector, waaronder de dagrecreatie. Een verder ontwikkeling van Batavia Stad past binnen het structuurplanbeleid.
De Gemeentelijke Visie Vestigingsbeleid (GVV) biedt inzicht in de manier waarop de gemeente invulling geeft aan de bestaande en toekomstige werklocaties en het beleid waarmee dit gepaard gaat.
Het locatiebeleid wordt onderverdeeld naar werklocaties, kantorenlocaties en detailhandelslocaties. De verdeling onderscheidt drie koepelmilieus: centrummilieus, gemengde milieus en specifieke milieus. Deze drie zijn in de GVV verder opgesplitst in een zevental vestigingsmilieus.
Batavia Stad heeft als Factory Outlet Village een bovenregionale verzorgende functie. Als gevolg van het succes ervan is deze locatie verder ontwikkeld met een tweede fase met een oppervlakte van 8.967,20 m2. De gemeente zag deze ontwikkeling als aanvulling op de ontwikkeling van het stadshart en heeft waar nodig gefaciliteerd. De derde fase is het vervolg van de in 1999 gemaakte afspraken tussen de gemeente Lelystad en Stable International B.V., maar is in het GVV nog niet expliciet opgenomen.
Op 12 juli 2011 heeft de gemeenteraad nieuw detailhandelsbeleid voor Lelystad vastgesteld door middel van de nota “Winkelstructuur Lelystad 2020”. Dit detailhandelsbeleid is opgesteld naar aanleiding van een veranderende markt. Het nieuwe beleid geeft handvatten voor de mogelijkheden van detailhandel in de gemeente Lelystad.
In het beleid is opgenomen dat het wenselijk is Batavia Stad te versterken, door uitbreiding toe te staan. Daarbij is expliciet aangegeven dat het om een laatste fase gaat. Ook na uitbreiding moet Batavia Stad gericht zijn op recreatief winkelen, het is gericht op niet-dagelijkse detailhandel. Toegestane functies zijn outlet detailhandel, horeca en overige dienstverlening (bijvoorbeeld ANWB-winkel).
De Nota Recreatie en Toerisme geeft een samenhangend beleid met ontwikkelingskaders op het gebied van recreatie en toerisme. Het doel van de nota is een aanzet te geven tot concrete actie voor eerdere plannen en programma's.
De Nota formuleert meerdere hoofdopgaven, voor de kuststrook is de hoofdopgave “verder ontwikkelen van de basiskwaliteiten” van belang. Hiermee wordt gedoeld op het op orde houden en het recreatief versterken van de directe leefomgeving van de bewoners van Lelystad. Daarbij moet rekening worden gehouden met de natuurbeschermingsregimes vanuit wetgeving en beleid. De kansen worden daarom met name gezocht in extensieve vormen van (dag)recreatie, zoals bijvoorbeeld (nieuwe) fiets-, wandel- en ruiterroutenetwerken. Kleinschalige horecagelegenheden worden gezien als rustpunten in de netwerken en daarom mogelijk.
Hoewel primair de nadruk ligt op de ontwikkeling van dagrecreatie in Lelystad, zijn twee potentiële ontwikkelingslocaties voor verblijfsrecreatie aangegeven, waaronder de mogelijke hotelontwikkeling in het gebied bij de kust.
In augustus 2008 heeft de gemeente (eigen) archeologisch beleid vastgesteld. Dit beleid bestaat uit beleidsafspraken en een beleidsadvieskaart. Bij toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen moet rekening gehouden worden met hetgeen in de beleidsafspraken is gesteld over de doorwerking naar bestemmingsplannen.
In het beleid wordt onderscheid gemaakt in gebieden met hoge, middelhoge en lage archeologische waarde. In de gebieden met een lage archeologische waarde is archeologisch onderzoek niet noodzakelijk, in de gebieden met hoge en middelhoge waarden wel. Meer informatie staat in paragraaf 3.4.4.
De gemeente Lelystad heeft het beleid voor welstand in een Welstandsnota opgenomen. De drie belangrijkste doelstellingen van de welstandsnota geven nader inhoud aan de vereenvoudiging van het welstandstoezicht. De drie doelstellingen zijn:
De vereenvoudiging heeft geleid tot twee welstandsniveaus en één welstandsvrij niveau. De twee welstandsniveaus zijn gebieden met beperkte of stedenbouwkundige welstand en gebieden met een volledige of architectonische welstand. Daarnaast is er ook sprake van welstand in ontwikkelingsgebieden. Hiervoor geldt óf het vastgestelde welstandsbeleid, óf een door de gemeenteraad vastgesteld beeldkwaliteitsplan.
Het plangebied betreft een ontwikkelingslocatie, waarvoor geen beeldkwaliteitsplan is vastgesteld. De welstandscriteria van het niveau “gebieden met volledige of architectonische welstand” zijn van toepassing. Bij deze gebieden wordt zowel de stedenbouwkundige samenhang als de architectuur van het gebouw beoordeeld. Voor dit niveau zijn criteria opgesteld voor de omgeving, de voorkanten, de zijkanten en de achterkanten. Het beleid is tot in de details vastgelegd. De nieuwbouw van Batavia Stad moet voldoen aan de Welstandsnota.
Het gemeentelijk handhavingsbeleid is verwoord in het Beleidsplan handhaving fysieke leefomgeving 2011 - 2014. Dit beleidsplan geeft de kaders voor het uitvoeren van de handhavingstaak door de gemeente. Het beleidsplan is een integraal plan waarin de handhavingstaken van de beleidsvelden bouw, milieu en Apv, zijn meegenomen. Het nieuwe handhavingsbeleidsplan geeft richting aan de uitvoering van de handhavingstaken.
Op basis van dit plan wordt jaarlijks een handhavingsuitvoeringsplan vastgesteld, waarin de werkwijze, de intensiteit en de prioritering voor de handhavingstaken worden beschreven.
Het beleidsplan is voor geheel Lelystad van toepassing, dus ook voor het plangebied. Het heeft echter geen directe invloed op dit bestemmingsplan.
De gemeenteraad heeft in 2009 het Parkeerbeleidsplan vastgesteld. In het plan is een integraal parkeerbeleid vastgelegd, dat is afgeleid van de ambities van Lelystad op het gebied van ruimte, economie en bereikbaarheid. Het parkeerbeleidsplan geeft de kaders aan van de ambities van de gemeente Lelystad op het gebied van parkeren in en rond de stad.
Bataviastad is een toeristisch knooppunt, waarbij de Gemeente Lelystad een actieve rol op het gebied van (de regie over) parkeren wil behouden om zo nieuwe ontwikkelingen te kunnen sturen. Het belangrijkste uitgangspunt voor dit knooppunt is dat er voldoende parkeerplaatsen gerealiseerd worden bij nieuwe ontwikkelingen, om overlast voor de omgeving te voorkomen. De gemeente is daarom actief betrokken bij de ontwikkeling van dit bestemmingsplan en de oplossing van het parkeren daarvoor.