direct naar inhoud van Artikel 6 Gemengd
Plan: Bedrijventerreinen
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0733.BpBdrterreinen-VA02

Artikel 6 Gemengd

6.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen, ter plaatse van de aanduiding 'wonen';
  • b. tuinen en erven;
  • c. brouwerij/proeflokaal en horeca van categorie 1, tot een oppervlakte van 200 m²;
  • d. bedrijfsmatige activiteiten die in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 1 Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn aangeduid als categorie 1, 2 en 3.1 met uitzondering van de bedrijven waarvoor een afstand geldt ten aanzien van het aspect 'Gevaar' (R) en bedrijven met indice verkeer 2 en 3;
  • e. bedrijfsmatige activiteiten die in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 3 Staat van bedrijfsactiviteiten Koornwaard (V2) zijn aangeduid als categorie 1, 2 en 3.1;
  • f. bestaande bedrijfsmatige activiteiten tot en met milieucategorie 3.2 die in de van deze regels deel uitmakende Bijlage 4 Staat van bedrijfsactiviteiten Koornwaard (milieucategorie 3.2) zijn aangegeven;
  • g. bedrijfsgebonden detailhandel tot 20% van het totale bedrijfsvloeroppervlak, met een maximum tot 200 m² per bedrijfsperceel;
  • h. havengerelateerde voorzieningen, zoals één takelinstallatie, een was- en afspuitplaats en een brandstofleverstation;
  • i. opslag, onderhoud en reparatie van boten en schepen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'opslag';
  • j. wegen, met bijbehorende paden en bermen, ter ontsluiting van bedrijven en voorzieningen;
  • k. parkeervoorzieningen;
  • l. groenvoorzieningen en aanlegsteigers, watergangen en waterpartijen, en
  • m. bij een en ander behorende overige voorzieningen, zoals nutsvoorzieningen.
6.2 Bouwregels
6.2.1 Toegestane bouwwerken

Op en in de gronden als bedoeld in lid 6.1, mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. niet voor bewoning bestemde gebouwen, ten dienste van de bestemming, zoals bedrijfsgebouwen en nutsgebouwen, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'wonen' tevens woningen mogen worden gebouwd;
  • b. andere bouwwerken, zoals palen, masten, verkeerstekens, luifels, erf- of perceelafscheidingen, technische installaties en reclamezuilen.
6.2.2 Bouwen

Voor het bouwen van bouwwerken als bedoeld in sublid 6.2.1, gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen en bijbehorende bouwwerken mogen uitsluitend binnen bouwvlakken worden gebouwd;
  • b. er dient in voldoende mate in de parkeerbehoefte wordt voorzien op eigen terrein, overeenkomstig de normering in artikel 25.2;
  • c. er mag pas worden gebouwd indien verzekerd is dat de maatregelen conform het in bijlage 5 van de regels opgenomen Inrichtingsplan De Koornwaard ten uitvoer worden gebracht en vervolgens aldus in stand worden gehouden;
  • d. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot-, bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' of 'maximale bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' is aangegeven;
  • e. het aantal woningen ter plaatse van de aanduiding 'wonen' mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum aantal wooneenheden' is aangegeven;
  • f. de bouwhoogte van gebouwen mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven, of niet meer meer dan de bestaande bouwhoogte indien die meer bedraagt;
  • g. van vrijstaande bijbehorende bouwwerken mag bij elke woning de gezamenlijke oppervlakte niet meer dan 50 m² en de bouwhoogte niet meer dan 3,5 m bedragen;
  • h. de bouwhoogte van vlaggenmasten mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven;
  • i. de bouwhoogte van andere bouwwerken mag niet meer bedragen dan daarbij hierna is aangegeven:
bouwwerken   max. bouwhoogte  
erf- of perceelafscheidingen   2 m  
overige reclamezuilen   2 m  
lichtmasten, technische installaties en overige andere bouwwerken   12 m  
6.3 Specifieke gebruiksregels
6.3.1 Opslag buiten gebouwen

Voor opslag buiten gebouwen geldt de volgende bepaling:

  • a. uitsluitend toegestaan binnen de aanduiding 'opslag';
  • a. de vanaf peil gemeten hoogte van opslag mag niet meer bedragen dan de ter plaatse geldende maximale bouwhoogte van gebouwen, met een maximum tot 7 meter met dien verstande dat de hoogte van masten van boten hierbij niet worden meegerekend.
6.4 Afwijken van de gebruiksregels
6.4.1 Culturele, educatieve en dagrecreatieve voorzieningen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 6.1, onder d tot en met f, omtrent toegelaten functies, ten behoeve van culturele, educatieve en dagrecreatieve voorzieningen, zoals botenverhuur, mits:

  • a. de herinrichting van de openbare ruimte nader gespecificeerd en uitgewerkt wordt in een beeldkwaliteitsplan;
  • b. deze voorzieningen een duidelijke binding hebben met de activiteiten op het bedrijventerrein De Koornwaard;
  • c. de educatieve en culturele voorzieningen ondergeschikt zijn aan de overige functies die ter plaatse zijn toegestaan krachtens lid 6.1, onder d tot en met f.
6.5 wro-zone - afwijkingsgebied 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone'- afwijkingsgebied 1, een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in artikel 6, lid 6.2 en toe te staan dat een voorbouw buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits:

  • a. de maatregelen conform het in bijlage 5 van de regels opgenomen Inrichtingsplan De Koornwaard ten uitvoer zijn gebracht en vervolgens aldus in stand worden gehouden;
  • b. de oppervlakte van het gebouw buiten het bouwvlak inclusief bestaande (te vervangen) bebouwing niet meer dan 550 m² bedraagt;
  • c. de goot- en bouwhoogte van het gebouw niet meer dan 4 respectievelijk 5 meter bedraagt;
  • d. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de verkeersveiligheid;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de milieusituatie;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
6.6 wro-zone - afwijkingsgebied 3

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd, ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone'- afwijkingsgebied 3, een omgevingsvergunning te verlenen in afwijking van het bepaalde in artikel 6, lid 6.2 en toe te staan dat een berging buiten het bouwvlak wordt gebouwd, mits:

  • a. de maatregelen conform het in bijlage 5 van de regels opgenomen Inrichtingsplan De Koornwaard ten uitvoer zijn gebracht en vervolgens aldus in stand worden gehouden;
  • b. de oppervlakte van het gebouw niet meer dan 100 m² bedraagt;
  • c. de goothoogte van het gebouw maximaal 3,5 meter bedraagt;
  • d. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de verkeersveiligheid;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de milieusituatie;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.