Provinciaal Inpassingsplan N279 's-Hertogenbosch - Veghel

4.1 Doelstellingen en uitgangspunten

De verkeersafwikkeling van de provinciale weg N279 tussen 's-Hertogenbosch en Veghel vertoont al geruime tijd knelpunten die de provincie Noord-Brabant graag wil oplossen. Dit om het doel van acceptabele en betrouwbare reistijden voor burgers en bedrijven die gebruik maken van deze weg, te realiseren. In het kader van 'Brabantse MIT 2007-2011', dat in 2006 werd gepresenteerd, is besloten een planstudie uit te voeren naar een structurele capaciteitsuitbreiding van de N279 Noord. Deze planstudie was erop gericht om via een aantal stappen te komen tot een besluit dat de uitvoering van de capaciteitsvergroting mogelijk maakt. Dat besluit betreft de vaststelling van een ruimtelijk plan, in dit geval het voorliggend provinciaal inpassingsplan.

Het doel van dit provinciaal inpassingsplan is een capaciteitsvergroting van de N279 tussen 's-Hertogenbosch en Veghel juridisch-planologisch mogelijk te maken. Deze capaciteitsvergroting wordt bereikt door het toevoegen van twee rijstroken en het aanleggen van vier ongelijkvloerse aansluitingen. Het betreft de aansluitingen bij Berlicum (Runweg); Middelrode; Heeswijk Dinther en een nieuwe aansluiting Heeswijk Dinther Zuid, ter vervanging van de huidige aansluiting Laverdonk.

De toevoeging van 2 rijstroken betekent dat er over het gehele tracé in beide rijrichtingen twee rijstroken beschikbaar zijn. Dat is een verdubbeling ten opzichte van de huidige situatie.

De capaciteitsvergroting is erop gericht de huidige, en naar verwachting toenemende, verkeersproblemen op de N279 Noord op te lossen. Dat wordt bereikt doordat de capaciteitsvergroting tot de volgende resultaten leidt:

• acceptabele trajectsnelheden waardoor aanvaardbare reistijden ontstaan;
• betere verkeersafwikkeling, met name in de spits;
• ontlasting van het onderliggende wegennet (minder sluipverkeer);
• een veiligere verbinding tussen 's-Hertogenbosch en Veghel en betere verkeersveiligheid op het onderliggende wegennet;
• een robuuste basis voor betere bereikbaarheid van Brabantstad.

Naast de hierboven omschreven doelstellingen die gericht zijn op het oplossen van de verkeersproblemen streeft de provincie bij de aanleg of wijziging van wegen buiten bestaand stedelijk gebied naar een verbetering van de aanwezige of potentiële kwaliteiten van bodem, water, natuur, landschap of cultuurhistorie of van de extensieve recreatieve mogelijkheden van het gebied waar de ontwikkeling plaatsvindt. Gezien het feit dat de capaciteitsvergroting ook binnen de groenblauwe mantel speelt, streeft de provincie bovendien naar een positieve bijdrage aan de bescherming en ontwikkeling van onderkende ecologische en landschappelijke waarden.

Nabij de Runweg ter hoogte van de nieuw aan te leggen ovatonde zal de fietsverbinding vanuit Berlicum gehandhaafd blijven. De fietsverbinding zal vanuit de Runweg naar de ovatonde gaan, waarbij de Aa overgestoken wordt. Tussen de afrit van de ovatonde richting Den Bosch zal ruimte komen om de fietsverbinding door te trekken richting Den Bosch.