Plan: | Gaddijk 5, Spijkenisse |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1930.BPSPGaddijk5-3001 |
Het bestemmingsplan Gaddijk 5, Spijkenisse met identificatienummer NL.IMRO.1930.BPSPGaddijk5-3001 van de gemeente Nissewaard
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij horende bijlagen
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
een aan een hoofdgebouw gebouwd gebouw dat in bouwkundig opzicht te onderscheiden is van het hoofdgebouw, maar er in functioneel opzicht onderdeel van uitmaakt.
Een dienstverlenend beroep, dat in een woning of de daarbij behorende bijgebouwen wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Een aan een gebied toegekende waarde in verband met de in dat gebied voorkomende overblijfselen uit oude tijden.
Een door burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige op het gebied van de archeologische monumentenzorg
Eén of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
Het oppervlak van het bouwperceel, bestemmingsvlak dan wel van het bouwvlak, dat ten hoogste met gebouwen mag worden bebouwd.
De grens van een bestemmingsvlak.
Een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
Een op zichzelf staand, al dan niet vrijstaand gebouw, dat door de vorm onderscheiden kan worden van het hoofdgebouw en dat in functioneel als architectonisch opzicht ondergeschikt is aan het hoofdgebouw.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
De grens van een bouwvlak.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
Een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
Het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
De erf- en terreinafscheiding is een bouwwerk, bestaande uit houtwallen of houten hekken (kastanjehout) of groene hagen waarmee de grens tussen twee erven wordt aangegeven.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Een of meer panden, of een gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer panden of bouwwerken op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
horeca 1:
Een bedrijf, dat gericht is op het verstrekken van maaltijden voor gebruik ter plaatse (restaurantbedrijf, waaronder ook wordt verstaan lunchrooms, eethuizen, bistro's, fastfoodrestaurants, snackbars, broodjeszaken en daarmee naar de aard te vergelijken bedrijven), met uitzondering van erotisch getinte vermaakfunctie;
horeca 2:
Een bedrijf dat is gericht op het ter plaatse verstrekken van dranken (café's, bars en daarmee naar de aard te vergelijken bedrijven);
horeca 3:
Elke voor het publiek, al dan niet tegen betaling toegankelijke localiteit, die in belangrijke mate is ingericht of wordt gebruikt voor het dansen, zoals discotheken en dancings, waarin al dan niet dranken voor gebruik ter plaatse worden versterkt, met uitzondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
horeca 4:
Een bedrijf dat is gericht op het bieden van logies (hotelbedrijf).
Het in een woning of de daarbij behorende bijgebouwen door een bewoner op bedrijfsmatige wijze uitoefenen van activiteiten, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitstraling heeft die in overeenstemming is met de woonfunctie.
De hoogte van het afgewerkte bouwterrein.
Volkstuinen, niet zijnde tuinen behorende bij een woning, alleen bedoeld voor het hobbymatig en voor eigen gebruik poten van planten en bloemen en telen van groente, fruit, kruiden, aardappelen of andere voedselgewassen, niet zijnde zogenaamde dag- en verblijfstuinen.
Een bouwkundige constructie van enige omvang, geen pand zijnde, die direct en duurzaam met de aarde is verbonden.
Een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voorzien van een gesloten dak.
Een als bijlage bij deze regels behorende en daarvan onderdeel uitmakende lijst van bedrijven en instellingen.
Een volledig uitgeruste woning, met een maximale vloeroppervlakte van 50 m² en bedoeld om het hele jaar door bewoond te worden (permanente bewoning).
De verbeelding met bijbehorende verklaringen, waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangewezen.
De totale oppervlakte van hoofdgebouwen.
De naar de weg gekeerde gevel(s) van een gebouw of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg gekeerde gevel, de gevel die op het moment van terinzagelegging van het ontwerp van het plan kennelijk als zodanig diende te worden aangemerkt, dan wel de gevel naar die weg die volgens het straatnamenregister bepalend is voor de adressering.
De lijn waarin de voorgevel van het hoofdgebouw is gelegen, alsmede het verlengde daarvan.
Gebruiken van een woning of wooneenheid voor het huisvesten van niet meer dan één huishouden.
Een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden, waaronder begrepen eventueel gemeenschappelijk gebruik van bepaalde ruimten.
Langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
Vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
Tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
Vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen.
Tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor 'Recreatie - Nutstuin' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op en onder de in lid 3.1 genoemde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten dienste van de bestemming, met inachtneming van de volgende bepalingen:
De voor Wonen - Tiny houses aangewezen gronden zijn bestemd voor:
De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt ten hoogste:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen van het bepaalde in lid 4.3 sub b onder 5 en toestaan dat tevens in woningen bedrijfsactiviteiten worden uitgeoefend, die in een hogere categorie zijn ingedeeld dan toegestaan of die niet in de staat van bedrijfsactiviteiten zijn genoemd, indien deze activiteiten naar de aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met de bedrijfsactiviteiten genoemd in de staat van bedrijfsactiviteiten onder categorie 1, mits vooraf een milieudeskundige hierover is gehoord.
De voor Waarde-Archeologie 2 aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen in die zin, dat de bestemming "Waarde-Archeologie 2" van de verbeelding wordt verwijderd, indien blijkt dat de voor archeologisch waardevolle gebieden de waardebepalende elementen niet zijn te handhaven in relatie tot de functie van de gronden en de gebouwen, en/of de aanwezige bodemvondsten naar elders zijn overgebracht. Burgemeester en wethouders winnen advies in bij een archeologisch deskundige, voordat zij besluiten om het plan te wijzigen.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
.
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, een omgevingsvergunning verlenen van:
Burgemeester en wethouders kunnen, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het straat- en bebouwingsbeeld, de woonsituatie, de milieusituatie, de verkeersveiligheid, de sociale veiligheid en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, het plan wijzigen voor het bouwen met een geringe mate van afwijking van de plaats en richting van bestemmingsgrenzen indien dit noodzakelijk is in verband met afwijkingen of onnauwkeurigheden ten opzicht van de feitelijke situatie of in die gevallen waar een rationele verkaveling van de gronden een geringe afwijking vergt.
Voor bouwwerken luidt het overgangsrecht als volgt:
Voor gebruik luidt het overgangsrecht als volgt:
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan ' Gaddijk 5, Spijkenisse'