Plan: | 2e partiële herziening Keijzershof 2018 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1926.he100210136-4001 |
Het bestemmingsplan 2e partiële herziening Keijzershof 2018 met identificatienummer NL.IMRO.1926.he100210136-4001 van de gemeente Pijnacker-Nootdorp .
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1926.he100210136-4001 met de bijbehorende regels en bijlagen.
een sportveld van beperkte omvang waar diverse sporten zoals voetbal, basketbal, volleybal, buitenfitness of tennis kunnen worden uitgeoefend, welke is omsloten door een hekwerk.
artikel 2.1 (de bouwhoogte van een bouwwerk) van het bestemmingsplan 'Keijzershof 2018' wordt als volgt gewijzigd:
vanaf het peil tot het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, zonnepanelen, liftkokers- en installaties, voorzieningen ten behoeve van ventilatie, verwarming en koeling van gebouwen en naar de aard en/of omvang daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen
De regels behorende bij het bestemmingsplan 'Keijzershof 2018' met identificatienummer NL.IMRO.1926.bp000170110-4001 en het bestemmingsplan '1e partiële herziening Keijzershof 2018' met identificatienummer NL.IMRO.1926.he100190110-4001 zijn onverminderd van toepassing voor de onderhavige partiële herziening, tenzij in deze partiële herziening anders is bepaald.
e. aan de woonfunctie en functies als genoemd in de bestemming 'Verkeer - Railverkeer' ondersteunende voorzieningen in de vorm van:
1. kleinschalige horecabedrijven die in de Staat van Horecabedrijven zijn aangeduid als categorie 1a en daarmee vergelijkbare horeca;
2. kleinschalige detailhandel (zoals fietsverhuur en/of -reparatie);
3. kleinschalige maatschappelijke voorzieningen, waaronder ook ontmoetingsruimten en flexibele werkplekken begrepen
een en ander met een gezamenlijke bruto vloeroppervlakte van maximum 500m².
d. gebouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen;
e. gebouwen ten behoeve van ondersteunende voorzieningen als bedoeld in artikel 15.1 onder e.
a. Een omgevingsvergunning voor het bouwen, veranderen of uitbreiden van gebouwen wordt verleend, indien wordt aangetoond dat in voldoende mate wordt voorzien in ruimte voor het parkeren of stallen van auto's. Hierbij wordt rekening gehouden met de omvang van het gebouw en de activiteiten die plaatsvinden in het gebouw.
b. Het parkeren of stallen van auto's dient plaats te vinden in, op of onder het gebouw, danwel op of onder het onbebouwde terrein dat bij dat gebouw behoort.
c. Het benodigde aantal parkeerplaatsen wordt vastgesteld aan de hand van de 'Nota Parkeernormen 2021' en wijzigingen daarvan.
d. De onder a. genoemde parkeergelegenheid dient in stand te worden gehouden.
e. Het college kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder a.:
1. indien het voldoen aan de parkeernorm door bijzondere omstandigheden op overwegende bezwaren stuit; of
2. voor zover op andere wijze in de nodige parkeer- en stallingsruimte is voorzien.
f.Indien de onder c. genoemde 'Nota Parkeernormen 2021', na vaststelling van dit plan wordt gewijzigd, moet bij het bouwen en het uitbreiden of veranderen van activiteiten of functies op grond van deze planregels worden voldaan aan deze gewijzigde nota.
d. In aanvulling op het bepaalde in sub a mag een omgevingsvergunning voor het bouwen slechts worden verleend indien gewaarborgd is dat in minimaal 490m² extra watercom- pensatie wordt voorzien en deze in stand wordt gehouden.
15.2.6 Gebouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen
a. Gebouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
b. De bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen mag niet meer bedragen dan op de verbeelding ter plaatse van de aanduiding 'maximale bouwhoogte (m)' is aangegeven;
c. Gebouwen ten behoeve van parkeervoorzieningen mogen (gedeeltelijk) ondergronds worden gebouwd;
d. De in- en uitgang van een gebouwde parkeervoorziening ligt op tenminste 10 meter van de gevel van een woning.
15.2.7 Gebouwen ten behoeve van ondersteunende voorzieningen
a. Gebouwen ten behoeve van ondersteunende voorzieningen dienen binnen een bouwvlak te worden gebouwd;
b. Gebouwen ten behoeve van ondersteunende voorzieningen mogen een gezamenlijk maximum bebouwd oppervlak hebben van 500m²;
c. De bouwhoogte van gebouwen ten behoeve van ondersteunende voorzieningen mag -indien gerealiseerd als zelfstandig gebouw - maximaal 5 meter bedragen . Indien deze voorzieningen deel uitmaken van een gebouwen met woningen dan geldt de maximale bouwhoogte voor woningen zoals bedoeld in artikel 15.2.2 onder c.
15.3 Afwijken van de bouwregels
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in artikel 2.1 van het bestemmingsplan 'Keijzershof 2018' en in afwijking van het bepaalde in lid 15.2.5 en in combinatie met toepassing van artikel 15.5, ten behoeve van het bouwen van een sportkooi met bijbehorende voorzieningen, zoals een tribune en hekken, tot een maximum bouwhoogte van 8 meter, gemeten vanaf de bovenzijde van het gebouw(deel) of het maaiveld waarop de sportkooi met bijbehorende voorzieningen wordt gerealiseerd, mits een aanvaardbaar woon- en leefklimaat op naburige percelen wordt gewaarborgd.
15.5 Afwijken van de gebruiksregels
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen in afwijking van het bepaalde in lid 15.1 ten behoeve van sportactiviteiten in een sportkooi, mits geen afbreuk wordt gedaan aan een aanvaardbaar woon- en leefklimaat op naburige percelen.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan ' 2e partiële herziening Keijzershof 2018'