Plan: | Fort Prins Frederik, Ooltgensplaat |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1924.OGLfortprfrederik-BP30 |
het bestemmingsplan Fort Prins Frederik, Ooltgensplaat met identificatienummer NL.IMRO.1924.OGLfortprfrederik-BP30 van de gemeente Goeree-Overflakkee.
de geometrisch bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en de daarbij behorende bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
een bedrijf passend bij de aard van het fort en de cultuurhistorische waarde daarvan waarin, geheel of overwegend, door middel van handwerk goederen worden vervaardigd, bewerkt, hersteld en/of geïnstalleerd, waaronder mede worden begrepen het verkopen en/of leveren, als ondergeschikte activiteit, van goederen die verband houden met het ambacht, zoals een zelfstandige en kleinschalige bierbrouwer, lijstenmakerij, naaiatelier en klompenmakerij.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, zonder dak.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
achtererfgebied alsmede de grond onder het hoofdgebouw, uitgezonderd de grond onder het oorspronkelijk hoofdgebouw.
het bieden van recreatief nachtverblijf, kortdurend, in de vorm van logies al dan niet met ontbijt, binnen een oorspronkelijk voor een andere functie gebouwd (deel van een) hoofdgebouw en bijhorende bouwwerken.
de totale vloeroppervlakte van een bedrijf met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten.
door kunst voortgebrachte objecten, zoals schilderijen en beelden.
de afstands-, hoogte-, inhouds- en oppervlaktematen, die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan tot stand zijn gekomen of tot stand zullen komen met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
de grens van een bouwvlak.
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
de aan een bouwwerk of gebied toegekende waarde, gekenmerkt door het beeld dat is ontstaan en door het gebruik dat de mens in de loop van de geschiedenis van dat bouwwerk of dat gebied heeft gemaakt, zoals dat onder meer tot uitdrukking komt in de beplanting, het reliëf, de verkaveling, het sloten- of wegenpatroon en/of de architectuur.
vormen van recreatie, die in principe plaatsvinden tussen zonsopgang en zonsondergang en niet gericht zijn op het verstrekken van een nachtverblijf, zoals wandelen, fietsen, teambuilding, training, rondleiding, scouting, meditatie en natuurobservatie.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, horecadoeleinden en een maaltijdafhaalcentrum worden hier niet onder begrepen.
al dan niet bebouwd perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat gebouw, en, voor zover een bestemmingsplan of een beheersverordening van toepassing is, deze die inrichting niet verbieden.
gebeurtenis, gericht op een groot publiek, passend bij de aard van het fort en de cultuurhistorische waarde daarvan, met betrekking tot kunst, sport, ontspanning, cultuur, thematische markten en andere vertoningen.
doeleinden ten behoeve waarvan gebruik van gebouwen en/of gronden of aangewezen delen daarvan is toegestaan.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een gebouw of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
een onderneming gericht op het bedrijfsmatig verstrekken van zowel ter plaatse als elders te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf.
voorziening ten behoeve van de infrastructuur.
sociale, culturele, onderwijs-, levensbeschouwelijke en (para)medische voorzieningen, voorzieningen voor sport- en recreatiebeoefening in verenigingsverband en voorzieningen ten behoeve van de openbare dienstverlening, met ondergeschikte detailhandel ten dienste van deze voorzieningen.
functie die ondergeschikt is aan de hoofdfunctie.
het bewaren van goederen, waaronder agrarische producten, materialen en stoffen zonder dat ter plaatse sprake is van productie, bewerking, verwerking, handel en/of activiteiten van administratieve aard.
onder permanente bewoning wordt verstaan een recreatief nachtverblijf te gebruiken als hoofdverblijf.
een bouwwerk dat bedoeld is om uitsluitend recreatief door een huishouden of daarmee gelijk te stellen groep van personen, dat het hoofdverblijf elders heeft, te worden gebruikt, zoals een recreatiewoning, of hiermee gelijk te stellen onderkomen.
bouwwerken ten behoeve van al dan niet openbare (nuts)voorzieningen, zoals:
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging en waterkwaliteit, waaronder duikers, stuwen, gemalen, inlaten en voorzieningen ten behoeve van berging en infiltratie van hemelwater.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
de kortste afstand van het verticale vlak in de zijdelingse perceelsgrens tot enig punt van het op dat bouwperceel voorkomende bouwwerk.
de oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige bouwwerken tezamen.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
de omtrek van de stam van een boom gemeten op 1 m hoogte ten opzichte van maaiveld.
het meten en berekenen van geluidniveaus dient te worden uitgevoerd volgens de bepalingen zoals opgenomen in de “Handleiding meten en rekenen industrielawaai” (Samsom, 1999). Voor muziekgeluid geldt de eis voor één-minuut LAeq/LCeq en wordt de toeslag voor muziekgeluid K3 = 10 dB niet toegepast.
De voor 'Cultuur en ontspanning' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de bestemming, met inachtneming van de volgende regels:
Uitsluitend de bestaande gebouwen en bijhorende bouwwerken, op de bestaande locatie en met de bestaande maatvoeringen zijn toegestaan.
Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:
Evenementen in de open lucht zonder versterkt geluid zijn maximaal 12 keer per jaar toegestaan.
Evenementen in de open lucht met spreekinstallaties en/of versterkte (live) muziek, orkest, taptoe zijn toegestaan onder de volgende voorwaarden:
Maximum aantal evenement- dagen per jaar |
Maximum aantal aansluitende evenement- dagen |
Maximum aantal aansluitende evenement- dagen inclusief op- en afbouwdagen |
Equivalent geluidniveau Leq,1 minuut 1,2 in de periode 07.00 - 01.00 uur als gevolg van versterkte muziek | Langtijdgemiddeld beoordelingsniveau LAr,LT 1 vanaf de evenementlocatie in de periode van 01.00-07.00 uur | |
3 | 2 | 8 | 70 dB(A) / 80 dB(C) | 40 dB(A) |
1 Gemeten of berekend als invallend geluidniveau op de gevels van verblijfsrecreatieve bestemmingen binnen het plangebied (meet-/rekenhoogte ho = +1,5 m).
Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 3.1 ten behoeve van:
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - 1' zijn de in lid 4.1.1 bedoelde gronden uitsluitend bestemd voor een opstelplaats voor de brandweer.
Ter plaatse van de aanduiding 'parkeerterrein' zijn de in lid 4.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor parkeren.
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de bestemming, met inachtneming van de volgende regels:
Gebouwen en bijhorende bouwwerken zijn niet toegestaan.
Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:
De voor 'Recreatie - Dagrecreatie' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de bestemming, met inachtneming van de volgende regels:
Uitsluitend de bestaande gebouwen en bijhorende bouwwerken, op de bestaande locatie en met de bestaande maatvoeringen zijn toegestaan.
Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de bestemming, met inachtneming van de volgende regels:
Een bouwperceel heeft een omvang van minimaal 142 m2.
Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in lid 6.2.2 sub b onder 8 en 9 ten behoeve van een kleinere onderlinge afstand, mits voorzieningen worden getroffen ter voorkoming van branddoorslag en/of overslag.
In aansluiting op het bepaalde in lid 6.1.2 is parkeren ten behoeve van recreatief nachtverblijf uitsluitend toegestaan op het eigen bouwperceel.
De voor 'Recreatie - Verblijfsrecreatie 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van verkeer - 1' zijn de in lid 7.1.1 bedoelde gronden uitsluitend bestemd voor een opstelplaats voor de brandweer.
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de bestemming, met inachtneming van de volgende regels:
Voor het bouwen van andere bouwwerken gelden de volgende regels:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde onder 7.2.1 onder a en onder b.1 voor het toestaan van een extra recreatief nachtverblijf op de gronden met de aanduiding 'specifieke bouwaanduiding - 4', mits:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde onder 7.2.1 sub b onder 8 en 9 ten behoeve van een kleinere onderlinge afstand, mits voorzieningen worden getroffen ter voorkoming van branddoorslag en/of overslag.
Burgemeester en wethouders kunnen ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wetgevingszone - wijzigingsgebied' het plan wijzigen ten behoeve van vergroting van het aantal toegestane recreatieve nachtverblijven in het wijzigingsgebied tot maximaal 31 (waarbij een op grond van lid 7.3.1 vergund extra recreatief nachtverblijf niet meetelt) en ten behoeve van bijbehorende parkeervoorzieningen, onder voorwaarde dat:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - propaantank' zijn de in lid 8.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor een propaantank en bijbehorende veiligheidsvoorzieningen.
Ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van recreatie - opstelplaats tankauto' zijn de in lid 8.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor een opstelplaats van een tankauto en bijbehorende veiligheidsvoorzieningen.
Op deze gronden mogen uitsluitend bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd.
Het gebruik voor de in lid 8.1.2 bedoelde propaantank is uitsluitend toegestaan, indien:
Het bevoegd gezag kan afwijken van het bepaalde in lid 8.3 onder b indien op een andere wijze in voldoende veiligheid kan worden voorzien.
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'brug' zijn de in lid 9.1.1 bedoelde gronden tevens bestemd voor een brug.
Ter plaatse van de in deze bestemming bedoelde gronden mag uitsluitend worden gebouwd ten behoeve van de bestemming, met inachtneming van de volgende regels:
Voor het bouwen van gebouwen en bijhorende bouwwerken geldt de volgende regel:
Voor het bouwen van andere bouwwerken geldt de volgende regel:
De voor 'Waarde - Archeologie 2' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie 2 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te (laten) leggen of de volgende werkzaamheden uit te (laten) voeren:
Het verbod van lid 10.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 10.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden aan de hand van nader archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
De voor 'Waarde - Archeologie 4' aangewezen gronden zijn - behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en) - mede bestemd voor de bescherming en veiligstelling van archeologische waarden.
Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming Waarde - Archeologie 4 zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, aan te (laten) leggen of de volgende werkzaamheden uit te (laten) voeren:
Het verbod van lid 11.3.1 is niet van toepassing, indien de werken en werkzaamheden:
De werken en werkzaamheden, zoals in lid 11.3.1 bedoeld, zijn slechts toelaatbaar, indien de aanvrager van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden aan de hand van nader archeologisch onderzoek kan aantonen dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden aanwezig zijn. Voorts zijn de werken en werkzaamheden toelaatbaar, indien:
De voor Waarde - Cultuurhistorie aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de instandhouding, herstel en ontwikkeling van de cultuurhistorische waarden.
Op deze gronden gelden de volgende bouwregels:
Het bevoegd gezag kan bij het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 12.2 indien:
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waarde - Cultuurhistorie' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren, te doen uitvoeren of te laten uitvoeren:
Het verbod als bedoeld in lid 12.4.1 is niet van toepassing op werken en werkzaamheden die:
De werken en werkzaamheden als bedoeld in lid 12.4.1 zijn toelaatbaar, mits:
De voor 'Waterstaat - Waterkering' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor dijken en kaden met een waterkerende functie en de hierbij behorende voorzieningen en inrichtingsaspecten.
Ten aanzien van de in lid 13.1 bedoelde dubbelbestemming gelden de volgende bouwregels:
Ten aanzien van de in lid 13.1 bedoelde andere daar voorkomende bestemmingen geldt de volgende bouwregel:
Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van lid 13.2.2 , indien de bij de betrokken bestemming behorende bouwregels in acht worden genomen en het belang van de waterkering door de bouwactiviteiten niet onevenredig wordt geschaad. In het kader van het verzoek om afwijking wint het bevoegd gezag vooraf schriftelijk advies in bij de waterbeheerder.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Vlaggenmasten, antennemasten en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen, die deel uitmaken van een gebouw, mogen de voor dat gebouw toegestane maximale bouwhoogte met niet meer dan 5 m overschrijden.
Schoorstenen en dakopbouwen ten behoeve van noodtrappen, luchtbehandelings- en liftinstallaties mogen de voor het gebouw toegestane maximale bouwhoogte met niet meer dan 3,5 m overschrijden en mogen geen grotere oppervlakte hebben dan 40% van de vloeroppervlakte van de bovenste laag van het gebouw, waarop zij worden geplaatst.
Met betrekking tot bestaande maten geldt het volgende:
Ter plaatse van de aanduiding 'vrijwaringszone - dijk' zijn de gronden, naast de voor die gronden aangewezen bestemmingen, tevens aangeduid voor de bescherming, onderhoud en instandhouding van de primaire waterkering.
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
Een ondergeschikte functie mag een omvang hebben van niet meer dan 30% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw, tenzij anders bepaald in de bestemmingen.
Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van:
De onder lid 18.1 genoemde omgevingsvergunningen kunnen uitsluitend verleend worden mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de in artikel 10 lid 10.1 en artikel 11 lid 11.1 bedoelde dubbelbestemming te wijzigen indien uit nader archeologisch onderzoek is gebleken dat er geen sprake is van te beschermen archeologische waarde. Alvorens toepassing te geven aan deze regels winnen burgemeester en wethouders advies in bij een archeologisch deskundige.
Waar in dit plan wordt verwezen naar andere wettelijke regelingen, wordt geduid op de regelingen zoals die luidden op het tijdstip van de vaststelling van het bestemmingsplan.
Deze regels worden aangehaald als: Regels van het bestemmingsplan Fort Prins Frederik, Ooltgensplaat.