Plan: | Bestemmingsplan Westeinderweg 6 en 8 2011 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1916.bpww-0010 |
Historie van het plangebied
De percelen Westeinderweg 6 en 8 liggen in “Kleine Westeindsche veen en droogmakerij”. De percelen liggen in de bocht tussen de Stompwijkse vaart en de Nieuwe Vaart. Op de intekening van de kadastrale opmetingen gedaan in de periode 1811- 1832 is zichtbaar dat het gebied al grotendeels is droogelegd en de gronden in gebruik waren als weilanden en hakhoutbossen (afb. 10). De topografische mailitaire kaart van 1876 geeft een overzicht van de verhouding tussen water en droge weilanden (afb. 11). Langs de Nieuw Vaart stond een droogmakerijmolen die tussen 1876 en 1899 werd vervangen door een stoomgemaal. In deze periode ontstond ook de Dwarse Tocht, die haaks op de Nieuwe Vaart stond. De aanleg van de Westeinderweg dateert ook uit het laatste kwart van de 19e eeuw (afb. 12). De aanleg van de Westeinderweg was een breuk met het bebouwingsbeeld zoals dat vanaf de 16e eeuw was ontstaan. De bewoning had tot die tijd alleen op de kades en langs de hooggelegen dijken plaatsgevonden als lintbebouwing. Met name de Stompwijkerweg was voorzien van agrarische lintbebouwing. De aanleg van een stoomgemaal en de Dwarse tocht hebben er toe geleid dat ook bewoning van de lager gelegen polders mogelijk werd.
Het gebied heeft sinds de 16e eeuw met name een agrarische functie. Het landschap met de karakteristieke vaarten, verkavelingssloten en weilanden is sinds de ontginningen nauwelijks veranderd. Ook het bebouwingsbeeld met de lintbebouwing en de agrarische cluster zijn nog steeds leidend in het gebied. De lintbebouwing aan deze zijde van de Stompwijkse vaart staat evenwijding aan de vaarten en tochten en heeft een maximale hoogte van één laag met een zadeldak (met of zonder wolfseinden) of een schilddak.
Toekomstbeeld
Momenteel wordt er gewerkt aan een visie op de boerderijlinten binnen de gemeente en de gemeenten Wassenaar en Voorschoten. In de visie worden karakteristieken geformuleerd die het gebied met de agrarische lintbebouwing bijzonder maakt. Daaraan worden voorschriften ter bescherming van de historische gebiedkenmerken gekoppeld. Vanuit dit kader zou moeten voortvloeien dat de bebouwing aan de percelen Westeinderweg 6 en 8 evenwijdig aan de tocht komen te staan en zich positioneren als een cluster van kleinschalige bebouwingsblokken.
Afbeelding 10: Kadastrale kaart 1819
Afbeelding 11: Topografische militaire kaart 1876
Afbeelding 12: Topografische militaire kaart 1899