Plan: | Bestemmingsplan Westeinderweg 6 en 8 2011 |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1916.bpww-0010 |
Op 23 april 2004 heeft het kabinet de Nota Ruimte vastgesteld. In deze nota wordt ruimte voor ontwikkeling voorgesteld en wordt uitgegaan van het motto 'decentraal wat kan en centraal wat moet'. Voor heel Nederland is een beperkt aantal generieke regels gehanteerd onder de noemer 'basiskwaliteit' wat zorgt voor een ondergrens op het gebied van veiligheid, milieu, verstedelijking, groen en water. De Nota zorgt daarnaast dat water, als integraal sectorbeleid een stevig element vormt in de ruimtelijke planvorming. Verder kiest het Rijk voor bundeling van economie, infrastructuur en verstedelijking als ruimtelijke strategie. De planlocaties vallen binnen de Nota Ruimte als zogenoemd bundelingsgebied binnen het nationale stedelijke netwerk Randstad Holland, waarvan het Rijk de internationale concurrentiepositie wil verstevigen.
In de structuurvisie Randstad 2040 zet het kabinet de koers uit om de Randstad integraal te ontwikkelen tot een duurzame en concurrerende topregio in 2040. Lopende en nieuwe ontwikkelingen en opgaven vragen om een visionair en samenhangend antwoord. Klimaatverandering, internationale arbeidsmigratie, bereikbaarheidsproblemen, vergrijzing van de bevolking en toenemende internationale concurrentie brengen kansen en risico's met zich mee voor de toekomstige concurrentiepositie van de Randstad.
De steden van de Randstad ontwikkelen zich in een economisch krachtenveld van verdere internationalisering. De unieke ligging in de delta, de diversiteit en onderlinge nabijheid van steden en landschappen zijn kwaliteiten die de Randstad onderscheidt van andere Europese stedelijke regio's.
Het kabinet wil keuzes maken vanuit vier leidende principes voor de lange termijn. Deze leidende principes zijn:
Voor de regio Haaglanden is op hoofdlijnen de koers uitgezet om ruimte te creëren voor groene woon- en werkmilieus. Door meer ruimte hiervoor te creëren kan de diversiteit in woon-en werkmilieus worden vergroot en de aantrekkelijkheid van de regio voor (internationale) kenniswerkers worden versterkt.
De Nota Belvedère is opgesteld om de cultuurhistorische identiteit sterker richtinggevend te maken voor de inrichting en ontwikkeling van de ruimte. Voor Nederland is een aantal Belvedèregebieden aangewezen. De strategie van de Belvedèregedachte is “Behoud door ontwikkeling”. Dit heeft te maken met het bewaren van cultuurhistorie door te ontwikkelen op een manier die de specifieke identiteit van het gebied behoudt en verder uitbouwt, zodat naar de toekomst deze herkenbare identiteit blijft bestaan.
De planlocaties vallen binnen het Belvedèregebied “Zoeterwoude – Weipoort”, dat wordt gekenmerkt door een veenpolderlandschap met karakteristieke boerderijlinten en droogmakerijen. Karakteristiek voor de veenontginning zijn de lange, smalle kavels die overwegend als grasland in gebruik zijn. De dorpen zijn tegenover de weidsheid van het landschap juist vrij besloten van aard, door de erf- en wegbeplanting en zijn ontstaan langs hoger gelegen gekanaliseerde veenstromen of weteringen. De bebouwing bevindt zich voornamelijk op de kop van de kavels.
De consequentie van de ligging in een Belvedèregebied, is dat er bij ontwikkelingen rekening dient te worden gehouden met de cultuurhistorische waarden en dat deze, waar mogelijk, zelfs richtinggevend moeten zijn (inspiratiebron) voor de inrichting van het gebied.