4.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
Bestaande bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden vergroot, en nieuwe bouwwerken, geen gebouwen zijnde mogen worden gebouwd, waarbij de volgende regels gelden:
-
a. de bouwhoogte van erf- en perceelsafscheidingen voor de naar de weg gekeerde gevels van gebouwen mag niet meer bedragen dan 1,00 m;
-
b. de bouwhoogte van overige erf- en perceelsafscheidingen mag niet meer bedragen dan 2,00 m;
-
c. de bouwhoogte van kranen en lichtmasten mag niet meer dan 9,00 m bedragen;
-
d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag niet meer dan 3,00 m bedragen.
4.3 Afwijking ten aanzien van het bouwen
Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in lid 4.1. in die zin dat:
-
a. het bebouwingspercentage van het bouwperceel wordt verhoogd tot ten hoogste 90%, mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de parkeergelegenheid, laad- en losruimte en opslagruimte en de verkeersveiligheid;
-
b. de goothoogte van de gebouwen op Kruiswijk I wordt vergroot tot ten hoogste 8,00 m;
-
c. de bouwhoogte van de gebouwen op Kruiswijk I wordt vergroot tot ten hoogste 10,00 m;
-
d. de gebouwen op Kruiswijk I worden voorzien van een plat dak;
-
e. gebouwen aan een zijde tot op de zijdelingse perceelgrens worden gebouwd;
mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het bebouwingsbeeld, de veiligheidssituatie, en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.