direct naar inhoud van 5.7 Ecologie
Plan: Moerkapelle Dorp
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1892.BpMoerkapelleDorp-Va01

5.7 Ecologie

Meer en meer wordt onderkend dat goed werkende ecosystemen voor mensen verschillende onmisbare functies hebben. Ter bescherming van deze eigenschappen van de natuurlijke omgeving en vanuit de gedachte dat alle levende wezens een intrinsieke waarde hebben, geldt een drietal landelijke wetten en beleidsplannen: de Flora- en faunawet, de Natuurbeschermingswet en het Natuurbeleidsplan 1990 (Nota Ruimte met daarin de Ecologische Hoofdstructuur). Daarnaast geldt provinciaal beleid, te weten: Provinciale Structuurvisie Zuid-Holland en Provinciaal Compensatiebeginsel (Rode Lijst).

Bij een ruimtelijke ontwikkeling dient middels een quickscan (combinatie van bureauonderzoek en één veldbezoek) te worden vastgesteld of:

  • er overtreding van de verbodsbepalingen voor beschermde soorten plaatsvindt (toetsing Flora- en faunawet (Ffw), maar ook Provinciaal compensatiebeleid met betrekking tot biotopen van Rode Lijstsoorten);
  • er mogelijke significante gevolgen zijn voor beschermde gebieden (toetsing NB-wet);
  • er wezenlijke waarden en kenmerken voor Ecologische Hoofdstructuurgebieden aangetast worden.

Indien deze typen effecten niet optreden wordt de ruimtelijke ontwikkeling conform de eerder genoemde regelgeving toelaatbaar geacht.

Indien deze effecten wel optreden gelden verschillende werkwijzen om deze effecten te voorkomen of beheersen.

Onderzoek

Voor het conserverend bestemmingsplan is middels bureauonderzoek en een gebiedsbezoek op hoofdlijnen inzicht verkregen in de ecologie en (mogelijke) aanwezigheid van soorten in en om het plangebied.

Ligging plangebied en ecologische structuren

Het plangebied wordt omgeven door agrarisch gebied; aan de noord-, west- en oostzijde betreft dit de polder De Wilde Veenen, aan de zuidwestkant de Tweemanspolder. Deze twee polders maken deel uit van het nationaal landschap Groene Hart.

De zuidwestzijde van het plangebied, langs de Moerkapelse Zijde en het gebied ten noorden hiervan, kan gezien worden als een ecologisch belangrijke groenstructuur. Dit deel van het plangebied heeft een relatie met het ecologische, waardevolle gebied langs het riviertje De Rotte. Ten westen van het plangebied, langs De Rotte, loopt een ecologische verbindingszone. In de nota 'Ecologische verbindingszones in Zuid-Holland, aanwijzingen voor inrichting en beheer' van de Ppovincie Zuid-Holland (1998) wordt de betrokken ecologische verbinding aangeduid als een aaneengesloten moerasverbinding die geschikt is voor minder kritische diersoorten. De verbinding is van belang voor soorten watervleermuis, bunzing, hermelijn, wezel, gehakkelde aurelia, landkaartje en houtpantserjuffer.

Soorten kunnen vanuit het gebied langs de Rotte migreren via deze route naar de dorpskern om daar te foerageren of zich er te vestigen. In dit deel van het plangebied is een meer interessante vegetatie aanwezig ten opzichte van de vegetatie in de dorpskern en is soms sprake van een betere waterkwaliteit in de sloten.

Uit de Provinciale Structuurvisie blijkt dat het plangebied deels aangeduid wordt als stad- en dorpsgebied en deels als bedrijventerrein.

Flora

Met name in het zuidwestelijke deel van het plangebied (strook ten noorden van Moerkapelse Zijde), dat een ecologische relatie onderhoudt met het ecologisch waardevolle gebied langs De Rotte, is een interessante en soortenrijke vegetatie aanwezig langs bermen, soms beplant met oude elzen en knotwilgen, slootoevers (met onder andere grote egelskop) en houtsingels.

In de dorpskern zijn nauwelijks beschermde plantensoorten te verwachten. Wel is het mogelijk dat de beschermde tongvaren (tabel 2 Ffw) op oude, vochtige muren voorkomt.

De meeste sloten in plangebied bevatten weinig soortenrijke oevers, met uitzondering van de sloten in het zuidwestelijke deel van het plangebied. Over het algemeen zijn de oevers weinig natuurvriendelijk vormgegeven; de oevers zijn vaak steil en bevatten weinig karakteristieke soorten als riet en gele lis. De waterkwaliteit varieert van redelijk tot matig. Er zijn in de huidige situatie langs de slootoevers geen beschermde plantensoorten te verwachten.

Fauna

  • Vogels
    In de dorpskern komen diverse vogels voor, onder andere huismus, ekster, kauw, spreeuw, boerenzwaluw, gierzwaluw, houtduif en mogelijk kerkuil. Een aantal daarvan broedt in gebouwen, bijvoorbeeld onder dakpannen en in nissen.
  • Zoogdieren
    In de dorpskern bevinden zich veel panden met oudere dakpannen op het dak of nissen onder de gevel. Deze panden kunnen rust- en nestgelegenheid bieden aan vleermuiskolonies. Bomen en struweelachtige vegetaties kunnen als migratieroute en foerageergebied voor vleermuizen dienen. Zo bevindt zich langs de Raadhuisstraat een interessante bomenrij van linden, welke mogelijk een belangrijke migratieroute vormt voor vleermuizen.
    Naast vleermuizen zijn er verder geen beschermde zoogdieren in het plangebied te verwachten.
  • Vissen
    Van de sloten en tochten in het buitengebied is bekend dat de vissoorten Kleine modderkruiper en bittervoorn voorkomen.
  • Amfibieën
    In het plangebied zijn de algemeen beschermde soorten groene kikker, bruine kikker en gewone pad te verwachten. Van de (streng) beschermde rugstreeppad is bekend dat hij in de omgeving van het plangebied voorkomt. Binnen het plangebied kunnen ruige oeverhoekjes, sier- en volkstuintjes, speelveldjes en bouwplaatsen waar zand opgebracht is, een biotoop bieden aan deze soort.
  • Libellen en insecten
    Volgens het Natuurloket bevinden zich geen beschermde libellen of insectensoorten in de kilometerhokken waarbinnen het plangebied valt. Kijkend naar de aanwezige biotopen zijn deze ook niet te verwachten.

Conclusie ten aanzien van plan

Er zijn geen beperkingen voor vaststelling van het conserverend bestemmingsplan Moerkapelle Dorp.